Dromen - Jeugdboekenweek
Dromen - Jeugdboekenweek
Dromen - Jeugdboekenweek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Gedicht 2<br />
‘Vaders’<br />
Daniël Billiet<br />
Uit: Met gekleurde billen zou het gelukkiger leven zijn<br />
(samengesteld door Jan van Coillie)<br />
Averbode, 1996, p. 86<br />
Over de auteur<br />
Daniël Billiet is in de eerste plaats dichter, maar hij schreef ook enkele<br />
jeugdromans. Hij publiceerde eerst gedichten voor volwassenen. Maar<br />
toen hij merkte dat er voor tieners geen echte gedichten op de markt<br />
waren, legde hij zich toe op jeugdpoëzie. Daniel Billiet wil dat jongeren<br />
zich herkennen in zijn poëzie en heeft het vaak over onderwerpen die<br />
jongeren bezighouden: roken, vaders, school, broers en zussen,<br />
knuffelen, zakgeld… Hij is vooral sterk als het gaat over gevoelens zoals<br />
verliefdheid, angst, eenzaamheid en onzekerheid. Kenmerkend is de<br />
humor waarmee hij problemen relativeert. Hij leert je met andere ogen<br />
naar de werkelijkheid kijken. Hij behoort zonder twijfel tot een van de<br />
belangrijkste dichters voor de jeugd in ons taalgebied.<br />
Over het boek<br />
Met gekleurde billen zou het gelukkiger leven zijn is een verzameling gedichten en<br />
versjes, die werd samengesteld door Jan van Coillie. De gedichten<br />
werden per onderwerp gerangschikt en dat maakt het vooral een erg<br />
praktisch boek. In het boek vind je rond verschillende thema’s poëzie<br />
voor jongeren van alle leeftijden.<br />
Werken met het gedicht<br />
Voor het lezen<br />
Om dit gedicht te introduceren kun je vertrekken vanuit het liedje ‘Papa’<br />
van Stef Bos (te vinden op de cd Is dit nu later?). Het liedje gaat over de<br />
verschillen en gelijkenissen tussen kinderen en hun ouders. Aansluitend<br />
kun je een kort gesprek houden over de eigenschappen die de leerlingen<br />
van hun ouders hebben geërfd.<br />
Met welke eigenschappen ben je tevreden? Met welke niet?<br />
Op wie van je ouders lijk je het meest?<br />
Waarin verschil je erg met je ouders?<br />
Laat de leerlingen hun gevoelens verwoorden bij het lied. Pols naar de<br />
herkenbaarheid.<br />
Je kunt ook starten vanuit Stille brieven van Ed Franck. Dat is een dichtbundel<br />
die uit een aantal brieven bestaat, waarvan sommige gericht zijn<br />
aan ouders. Lees er enkele voor en hou een kort klasgesprek.<br />
Wie schrijft er thuis wel eens brieven aan zijn ouders?<br />
Waarover gaan die?<br />
Waarover zou je wel eens een brief aan je ouders willen schrijven?<br />
Zijn er dingen waaraan je je ergert bij je ouders?<br />
Het gedicht<br />
Het gedicht leent zich zowel tot voorlezen als tot lezen in stilte. Als de<br />
leerlingen het gedicht in stilte hebben gelezen, kun je hun vragen<br />
waarom sommige zinnen afgebroken worden en op een volgende regel<br />
verdergaan. Zijn die woorden belangrijk? Moet je er rekening mee<br />
houden als je het gedicht hardop leest? Laat de leerlingen het gedicht<br />
hardop lezen.<br />
Na het gedicht<br />
In een gesprek kunnen de volgende vragen aan bod komen:<br />
Wat probeert de auteur ons te vertellen in dit gedicht?<br />
Waar droomt hij/zij van?<br />
Is het zo dat vaders te weinig met hun kinderen praten?<br />
Had het gedicht ook ‘Moeders’ kunnen heten?<br />
Waarin zou jij je ouders wel eens les willen geven?<br />
Wat zouden ze van je kunnen leren?<br />
Wees voorzichtig met de vragen die je stelt, want dit onderwerp kan<br />
gevoelig liggen bij sommige leerlingen.<br />
Verwerking<br />
Familiefoto<br />
In groepjes van vijf beelden de leerlingen een familiefoto uit.Van de<br />
familie moet een bepaalde karakteristiek te zien zijn. Een erg hechte<br />
familie, een familie vol haat, een familie in ruzie, een erg deftige familie,<br />
een volkse familie… De leerlingen bepalen eerst wie ze op de familiefoto<br />
zetten. Na de voorbereiding presenteren de leerlingen hun foto aan<br />
de rest van de klas. Ieder groepje start met de rug naar het publiek.<br />
De foto wordt een tiental seconden vastgehouden. Daarna draaien de<br />
leerlingen zich weer met de rug naar het publiek.Vervolgens wordt de<br />
foto in de klas besproken. Een mogelijke vervolgopdracht kan inhouden<br />
dat er op een tweede foto iets ongewoons plaatsvindt.<br />
Improvisatie-oefeningen<br />
Eenvoudige conflictsituaties tussen ouders en hun kind worden door alle<br />
leerlingen per twee uitgespeeld. Het is belangrijk dat de leerlingen<br />
telkens goede argumenten zoeken om de ander te overtuigen. Er moet<br />
een oplossing uit de bus komen. Op die manier zullen de leerlingen<br />
merken dat praten en discussiëren niet eenvoudig zijn.<br />
Enkele voorbeelden:<br />
- discussie over televisie.Vader en kind willen elk een ander programma<br />
zien;<br />
- discussie over een vakantiebestemming/zakgeld;<br />
- discussie over het uur waarop de kinderen moeten gaan slapen.<br />
Evalueer die gesprekjes kort. Wie haalde gelijk? Waarom? Werd er een<br />
compromis gevonden? Draai daarna de rollen eens om.<br />
Schrijfopdracht<br />
Leerlingen dromen over wat voor ouder zij later zullen zijn. Eventueel<br />
kan er vertrokken worden van een invulformule. Stimulerende<br />
invulformules prikkelen de fantasie van kinderen. Enkele voorbeelden:<br />
Later zou ik graag… want… / Als ik later zelf vader ben, dan…<br />
Deze schrijfsels kunnen trouwens een prima vertrekpunt zijn voor een<br />
klasgesprek.<br />
Eerste en tweede middelbaar – 113