Dromen - Jeugdboekenweek
Dromen - Jeugdboekenweek
Dromen - Jeugdboekenweek
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Verwerking<br />
Eigen beest inblikken<br />
De kinderen brengen een doosje of blikje mee. Ze maken hun eigen<br />
beest en blikken het in.<br />
Eerst beschrijven ze hun beest, deze vragen kunnen hun beschrijving<br />
leiden:<br />
Hoe ziet je beest eruit? Welke kleur heeft het? Hoe groot kan het<br />
worden?<br />
Wat eet het, wat drinkt het?<br />
Wanneer komt het? Wat doet het?<br />
Hoe heet het?<br />
Hoe bezweer je het?<br />
De kinderen oefenen in het bedenken van een bezweringsformule.<br />
De jongen heeft een donkerbeest, hij bezweert het met ‘Licht, licht...’<br />
De kinderen geven een eigenschap van hun beest en bezweren het met<br />
het tegengestelde. Een oefening in tegenstellingen zal de inspiratie<br />
aanscherpen.<br />
De kinderen zeggen ook wat er met het beest gebeurt na de bezwering.<br />
Daarna tekenen/schilderen ze hun beest, ze stoppen het in hun blik of<br />
doos en kleven er hun naam en de naam van het beest op. Elke dag<br />
worden er vier beesten even uit hun blik gehaald en aan de klas voorgesteld.<br />
Woordspelletje<br />
Wat is een merrie?<br />
Naar analogie van ‘nacht-merrie’ maken de kinderen nieuwe dag- en<br />
nachtdieren: nachtslang, dagvlinder...<br />
Je rubriceert de dieren naargelang de kinderen er bang of niet-bang voor<br />
zijn. De kinderen motiveren hun keuze.<br />
Wat gebeurt er?<br />
Wat zeg je?<br />
Waar droom je verder van?<br />
De kinderen kunnen individueel een origineel antwoord op de vragen<br />
bedenken en het droomgedicht afwerken. Het kan ook een groepsopdracht<br />
worden. De kinderen werken dan in groepen van acht en alle<br />
kinderen krijgen een van de vragen. Ze kiezen eerst allemaal een plaats,<br />
dan schuiven ze het blad door. Ieder kind vult een origineel antwoord<br />
op zijn vraag in. De droomgedichten worden tot besluit voorgelezen.<br />
Plastisch<br />
Het donkerbeest wordt twee keer beschreven. De kinderen zoeken het<br />
op. Ze maken in groepen van vier met veertjes, lapjes stof en verf een<br />
groot donkerbeest zoals ze het zien vanuit de tekst. Je kunt het donkerbeest<br />
ook maken met wol en karton. Lees met de kinderen de werkwijze<br />
en laat ze die stap voor stap uitvoeren. Neem een stuk karton. Wikkel de<br />
wol eromheen. Doe gerust verschillende soorten door elkaar. Als je een<br />
dik beest wilt hebben moet je veel wol gebruiken. Is je beest dik<br />
genoeg? Trek er dan een lange draad onderdoor; knoop de draad<br />
bovenaan goed vast. Knip aan de onderkant de lussen door. Het karton<br />
mag weg. Bind een tweede touw iets onder het eerste. Knip de bovenste<br />
wol door en maak er een kapsel van. Plak ogen en mond op je beest en<br />
klaar is Kees.<br />
Andere boeken van Uri Orlev<br />
Lydia, koningin van Palestina, Fontein, 1994<br />
Het zandspel, Fontein, 1996<br />
De drakenkroon, Fontein, 1998<br />
Het kleine grote meisje, Leopold, 1998<br />
Maak je eigen droomgedicht<br />
Alle kinderen beginnen als volgt:<br />
Als je slaapt<br />
kun je alles dromen.<br />
Ik droom<br />
dat ik wakker ben,<br />
en dat ik op school zit,<br />
en daar zit ik weer te dromen<br />
dat ik ergens anders ben.<br />
op (een eiland, een wolk, weer in bed…)<br />
of…<br />
En dan…<br />
Vragen<br />
Waar kom je terecht?<br />
Is het leuk of mooi of eng?<br />
Wat zie je en wat hoor je daar?<br />
Ben je alleen of niet?<br />
Wat doe je daar?<br />
Tweede en derde leerjaar – 55