Untitled - Stichting Papua Erfgoed
Untitled - Stichting Papua Erfgoed
Untitled - Stichting Papua Erfgoed
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
wijde hartvaten en derhalve vermoedelijk beri-beri (een avitaminose-B)<br />
in de hartstreek. De eerste drie gevallen kwamen kort op elkaar en alarmeerden<br />
mij. Het betrof lieden uit het diepste binnenland. Er waren er<br />
meer uit die streek en de anderen zijn toen met spoed overgebracht naar<br />
Moeting, in het binnenland. Daar was een kleine hulpgevangenis en de<br />
voeding was daar bepaald minder goed voor potentiële beri-beri patiënten<br />
dan in Merauke. Toch is er geen één meer gestorven; sterker nog, er<br />
was onder de overlevenden één man, die echt beri-beri had. Hij genas in<br />
Moeting. Hij en zijn vrienden danken hun leven aan het ingrijpen van de<br />
resident, wijlen dr. B. J. Haga, die mijn ambtelijk gratie-voorstel terzijde<br />
legde, de strafplaats wijzigde en de straffen, die hij als revisie-rechter eerder<br />
bekrachtigd had, nu opnieuw in revisie wijzigde en terugbracht tot<br />
een halfjaar verblijf in Moering, een handelwijze, die zo schromelijk afweek<br />
van het juridisch begrip revisie, dat de assistent-resident, door<br />
wiens handen de stukken gegaan waren, de behoefte gevoelde uitdrukkelijk<br />
te verklaren, dat hij de gratie-procedure (die via het Hooggerechtshof<br />
loopt) had aanbevolen. Haga, de materie boven de vorm stellende,<br />
had anders beslist. Hij vreesde, dat de betrokkenen overleden zouden<br />
zijn lang vóór het Hooggerechtshof een advies had uitgebracht, terwijl<br />
hem ook de bevoegdheid tot voorlopige in vrijheid stelling ontbrak.<br />
De juridische aspecten van het geval kunnen verder buiten beschouwing<br />
blijven. De suggestibiliteit dezer Papoea's bleek mij ruim een jaar<br />
later opnieuw. Er heerste een slepende, maar hevige influenza-epidemie<br />
die in het binnenland verschrikkelijk huis hield. In het zoeven genoemde<br />
dorp Moeting was in een halfjaar tijd 25% van de bevolking ten grave<br />
gesleept. "Uit ditzelfde dorp waren zeven mannen opgesloten in de gevangenis<br />
te Merauke. Zij hadden een tovenares vermoord en daarvoor<br />
bad ik hen veroordeeld tot zeven maanden elk, de aanvoerder van de<br />
groep tot elf maanden. Thuis gekomen van een bezoek aan hun zwaar<br />
getroffen dorp vernam ik, dat zes van de zeven ook influenza hadden en<br />
dat twee van hen door de dokter waren opgegeven, terwijl hij voor een<br />
derde weinig hoop meer koesterde. Ik ben toen de gevangenis binnengewandeld<br />
en heb hun verteld hoe het te Moeting er voor stond, hen<br />
erop wijzende, dat het hun dure plicht was beter te worden, omdat zij<br />
zich eenvoudig niet permitteren konden ook dood te gaan. Zij zijn allen<br />
genezen. Het inzicht, dat mij tot dit optreden bracht, had mij helaas<br />
ontbroken toen ik de strafmaat bepaalde. Toen de zeven maanden om<br />
waren gingen zes mannen terug naar Moeting. De zevende had nog vier<br />
47