You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>De</strong> <strong>Blauwe</strong> <strong>Bloemen</strong> Blz.: 24 / 217<br />
aansteken, de kaarsen die we zeer zorgvuldig onder het toezicht van grootvader zo geplaatst<br />
hadden dat hun vlammen niet een bovenstaande tak van de kerstboom in vlam en vuur konden<br />
zetten. Niemand van ons wou het kasteel in brand steken deze avond! Grootvader had ook aan<br />
de butler gevraagd om twee emmers gevuld met water in de gang te plaatsen. Meer<br />
opwindend dan de versiering was natuurlijk de grote hoop van pakjes die onder de kerstboom<br />
lag. Daar stonden de geschenken van en voor iedereen, maar de meeste pakjes waren voor<br />
ons.<br />
We wisten dat er geen man of geest <strong>be</strong>stond zoals het Kerstmannetje, maar we herdachten nog<br />
meewarig en met heimelijk genoegen aan de jaren waarin mijn vader die rol had gespeeld en<br />
waarin we hem hadden laten geloven dat we hem niet <strong>be</strong>spioneerd hadden om te zien hoe hij<br />
zijn verkleding tot Vadertje Kerstmis had verwezenlijkt. Ditmaal, op klokslag zeven, wanneer<br />
de andere gasten elkaar met veel eer<strong>be</strong>toon <strong>be</strong>gonnen te groeten, en enige kussen al onder de<br />
maretak vielen, kwamen er ook een Kerstmannetje en een Zwarte Piet de kamer in, hoewel<br />
onze vader dan al naast ons met een glas Champagne in de hand stond. <strong>De</strong> mannen waren<br />
volledig in rood en wit gekleed, op zwarte laarzen na. We verslikten ons bijna van verbazing,<br />
want het Kerstmannetje ging nooit vergezeld van een Zwarte Piet! Sinterklaas was iemand<br />
anders dan het Kerstmannetje! We hielden nochtans onze mond, want we dachten aan de<br />
geschenken.<br />
Virginie inspecteerde de mannen van top tot teen, van voren en van achteren, en ze fluisterde<br />
me snel toe, ‘het Kerstmannetje is Richard Bousanges. Ik weet niet wie Zwarte Piet is, maar<br />
het moet één van de andere Orangerie mannen zijn!’<br />
Richard Bousanges was inderdaad een frequente gast en een goede vriend van onze Oom<br />
Bastien. Ik herkende iets later de man met het zwart gekleurde gezicht als Max Vinck, en het<br />
zwart rook erg naar schoensmeersel.<br />
‘Heb niet de durf om mij te <strong>be</strong>naderen, jullie schurken,’ riep Max met een stem als een<br />
krakende donder toen ik hem <strong>be</strong>snuffelde. ‘Zijn jullie braaf geweest dit jaar? Ik wed van niet!<br />
Zal ik de zweep op jullie twee leggen? Waren jullie een ondeugende jongen en meid? Ik zal<br />
jullie rauw opeten! Vertel me eens waar de keldercellen zijn, zweepgebroed. Ik zal daar eens<br />
een plaats voor jullie wat gaan opwarmen, zie! Vrees mijn woede, jingos!’<br />
We lachten hem voor één keer niet in zijn gezicht uit. We deden zelfs of we schrik hadden.<br />
Virginie verborg zich achter de rokken van overgrootmoeder met een zo angstig gezicht dat<br />
Zwarte Piet er verbouwereerd bleef bij staan, waarop ik me dub<strong>be</strong>l plooide van het lachen en<br />
Virginie een tong uitstak naar Zwarte Piet en hem <strong>be</strong>gon uit te schelden voor al wat<br />
kleinzielig was, voor kindermoordenaar en dergelijke narigheden, totdat de arme Max<br />
volledig het noorden verloor en Grootvader Charles hem van ons moest verlossen. Zwarte<br />
Piet hief dan weer zijn zweep wat hoger en achtervolgde ons rond de tafel.<br />
‘Paul en Virginie, houdt op met Zwarte Piet te teisteren. Houd op met het plagen, zeg ik<br />
jullie!’ klonk dan Grootmoeder Anne. ‘Wees nu een brave jongen en meisje, want als Zwarte<br />
Piet niet weet waar de keldercellen zich <strong>be</strong>vinden, ik kan hem dat vertellen! Jullie zullen op<br />
brood en water blijven de volgende dagen als jullie niet braaf blijven vanavond, en de<br />
geschenken zullen tot volgend jaar <strong>be</strong>waard worden. Blijf kalm, ga op een stoel zitten en laat<br />
onze gasten in vrede aankomen!’<br />
Zwarte Piet keek nog steeds met een kwaad gezicht naar ons, met ogen vol verwijt, wanneer<br />
wij elk op een stoel gingen zitten zoals hemelse engeltjes.<br />
Er zou geen brood en water voor ons komen, wisten we, maar toch sprongen we naar twee<br />
stoelen naast de deur die van de zitkamer naar de eetkamer leidde en vanwaar we een zeer<br />
goed zicht hadden op de gasten. We troostten ons dus met een tactische terugtocht, een<br />
<strong>be</strong>weging die we al vele malen vroeger herhaald hadden. Als we onze zin niet mochten doen,<br />
Copyright: René Jean-Paul <strong>De</strong>wil © Aantal woorden: 130919 Maart-Juni 2012