17.09.2013 Views

AC 10 2010 (PDF, 1.35 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 10 2010 (PDF, 1.35 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 10 2010 (PDF, 1.35 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Nr. 575 HOF VAN CASSATIE 2397<br />

vraag te weten of de grond van verval al dan niet vaststaat, betreft de gegrondheid<br />

van het hoger beroep, niet de ontvankelijkheid ervan. De inverdenkinggestelde<br />

heeft immers belang om tegen die beslissing op te komen.<br />

4. Het arrest oordeelt dat de eisers niet aantonen hoe hun recht van verdediging<br />

op onherstelbare wijze zou geschonden zijn door de verwijzing wegens<br />

bezwaren en dat de argumenten ontwikkeld in conclusie dienaangaande het<br />

tegendeel bewijzen.<br />

Aldus onderzoekt het arrest de gegrondheid van het verweer met betrekking tot<br />

de aangevoerde grond van verval van de strafvordering om het hoger beroep af te<br />

wijzen.<br />

5. Hieruit volgt dat de omstandigheid dat het arrest het hoger beroep niet<br />

ontvankelijk verklaart, hen niet kan grieven.<br />

Het onderdeel is bij gebrek aan belang niet ontvankelijk.<br />

(...)<br />

Derde middel<br />

13. Het middel voert schending aan van artikel 63 Wetboek van Strafvordering,<br />

artikel 4 Voorafgaande Titel Wetboek van Strafvordering en artikel 17<br />

Gerechtelijk Wetboek: het bestreden arrest oordeelt onterecht dat de onrechtmatigheid<br />

van de beweerde schade uit het misdrijf niet de ontvankelijkheid van de<br />

burgerlijkepartijstelling maar de grond van de zaak betreft; nochtans volstaat het<br />

niet dat de aangevoerde schade het gevolg is van een misdrijf; daarenboven moet<br />

het slachtoffer een rechtmatig belang hebben; enkel de schade die het gevolg is<br />

van het verlies van een niet-onrechtmatig voordeel of belang, kan grond tot<br />

vergoeding opleveren.<br />

14. Anders dan het middel aanvoert, oordelen de appelrechters niet "dat het<br />

gegeven dat de [verweerder] had meegewerkt aan een misdrijf niets afdeed van<br />

deze ontvankelijkheid", maar alleen dat "het feit dat de [verweerder] mogelijks<br />

zou hebben meegewerkt aan een fiscaal misdrijf" aan de ontvankelijkheid niets<br />

afdoet. Zij beschouwen aldus deze medewerking geenszins als een vaststaand<br />

feitelijk gegeven.<br />

In zoverre berust het middel op een verkeerde lezing van het arrest en mist het<br />

feitelijke grondslag.<br />

15. Krachtens artikel 63 Wetboek van Strafvordering volstaat het voor een<br />

ontvankelijke burgerlijkepartijstelling te kunnen beweren door het misdrijf benadeeld<br />

te zijn geweest, dit wil zeggen dat de bewering omtrent de schade die door<br />

het misdrijf zou zijn geleden, aannemelijk wordt gemaakt. Bijgevolg moet voor<br />

de ontvankelijkheid van de burgerlijkepartijstelling het rechtmatige karakter van<br />

die schade niet worden bewezen.<br />

16. Wanneer de onrechtmatigheid van de beweerde schade niet prima facie uit<br />

de omstandigheden van de zaak blijkt, vermag het onderzoeksgerecht te oordelen<br />

dat de aanvoeringen daaromtrent de grond van de zaak betreffen en de ontvankelijkheid<br />

van de burgerlijkepartijstelling niet in de weg staan.<br />

Het middel dat ervan uitgaat dat het onderzoeksgerecht steeds zelf de rechtmatigheid<br />

van de schade moet vaststellen, faalt in zoverre naar recht.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!