Liefde kent geen grenzen - Federaal Wetenschapsbeleid
Liefde kent geen grenzen - Federaal Wetenschapsbeleid
Liefde kent geen grenzen - Federaal Wetenschapsbeleid
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
96<br />
termijn uitmaken (één derde van alle visa aanvragen op lange termijn), ze halen<br />
tevens het grootste aantal visa binnen voor gezinshereniging. Een lichtelijk ander<br />
beeld verschijnt als we kijken naar de aangevraagde visa met het oog op een<br />
huwelijk (gezinsvorming). Ook hier steekt Marokko er terug met kop en<br />
schouders bovenuit. Verrassend is echter dat Turkije hier slechts een elfde plaats<br />
inneemt.<br />
Deschamps (2005) beschouwt de volgmigratie tussen 18 en 39 jaar oud als een<br />
indicatie voor huwelijksmigratie. Aangezien de meerderheid van de Turkse en<br />
Marokkaanse volgmigranten tussen 18 en 39 jaar oud zijn, vormt<br />
huwelijksmigratie een belangrijk instroomkanaal voor beide nationaliteitsgroepen.<br />
Marokko spant ook hier de kroon en is goed voor 19% van de totale<br />
huwelijksmigratie, op de voet gevolgd door Turkije met 16% van de totale<br />
huwelijksmigratie. Het volgende niet EU-land is Thailand met 3%.<br />
Deze cijfers trappen <strong>geen</strong> openstaande deuren in. Aangezien huwelijksmigratie<br />
voor derdelanders na de ‘arbeidsmigratiestop’ van 1974 één van de enige<br />
mogelijkheden blijft om zich legaal in West Europa te vestigen (Caestecker &<br />
D’Hondt, 2005) en de emigratiedruk in Turkije en Marokko aanzienlijk blijft (Van<br />
der Heyden, 2006; Timmerman, 2006), wekt het nauwelijks verbazing op dat het<br />
huwelijk één van de belangrijkste strategieën is om zich legaal en permanent in<br />
België te vestigen. Daar waar de migratiestop de bedoeling had om de migratie<br />
een halt toe te roepen, zien we dat migratie uit Marokko en Turkije stelselmatig is<br />
blijven toenemen.<br />
De droom van vele jongeren in Marokko en Turkije om naar het Westen te<br />
trekken, wordt beantwoord door de blijvende oriëntatie op de herkomstregio van<br />
Marokkaanse en Turkse jongeren in België. Deze vaststelling staat haaks op de<br />
veronderstelling dat naarmate de socialisatie plaatsvindt in de ontvangende<br />
maatschappij, de waarden en normen betreffende partnerkeuze en gezinsvorming<br />
steeds meer zullen aansluiten bij de patronen van huwelijkssluiting van deze<br />
ontvangende maatschappij. Deze zogenaamde ‘integratieparadox’ wordt<br />
gerelativeerd in kwalitatief onderzoek in Nederland van Esveldt en Schoorl (1998)<br />
en Hooghiemstra (2003). De betreffende studies tonen aan dat de partnerkeuze en<br />
huwelijkssluiting van Turken en Marokkanen wel degelijk wijzigen, maar dat<br />
deze veranderingen zeer langzaam verlopen. Esveldt en Schoorl (1998) stellen dat<br />
er indicaties bestaan dat komende generaties in de toekomst in toenemende mate<br />
voor een in België opgegroeide partner zullen kiezen. Deze voorspelling wordt<br />
niet bevestigd in recent onderzoek rond Marokkaanse en Turkse<br />
huwelijksmigratie in Vlaanderen. Volgens cijfers uit 2004, hebben Marokkaanse<br />
vrouwen van de tussen- en tweedegeneratie een lichte voorkeur voor een partner<br />
uit de herkomstregio (50,7%). Marokkaanse mannen prefereren dan weer iets<br />
meer een in België opgegroeide herkomstgenote (56,6%). Bij Turken is de voorkeur<br />
voor een partner uit de herkomstregio meer uitgesproken: 66,7% van de tussen- en