04.09.2013 Views

Untitled - Papuaerfgoed.org

Untitled - Papuaerfgoed.org

Untitled - Papuaerfgoed.org

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

436 INDUSTRIE<br />

uit Makassar, verwerken en 320 000 stuks per dag leveren. Japan kent vele en Hongkong enkele<br />

knopenfabrieken.<br />

Het is hier de plaats even te wijzen op de 'seedpearl industry' in de Labuk-baai in Brits Noord Borneo,<br />

al is het meer een cultuur. Volgens het Annual Report van Brits N. Borneo over 1951, blz. 45 was de<br />

productie van parels in 1947 4061 oz (122 kg), in 1950 472 oz (ca 14 kg), en in 1951 118 oz (ca 3 ½ kg).<br />

De prijs per oz steeg in deze jaren van 58 $ tot 105 $ en 1295 $ (1951) (60 $ = £E 7).<br />

Vóór de oorlog maakte men in Japan knopen van de ivoornoot, van een wilde palm, die echter<br />

is aangeplant op de Solomon-eilanden en het denkelijk ook bij ons zou doen (geslacht Phytelepbas).<br />

Zoutfabricage. Dit onontbeerlijke genotmiddel is bij alle tropische volkeren zeer in trek en, zoals<br />

bekend, bestaat er op Nieuw Guinea dikwijls nog ruilhandel tussen stammen, die in permanente vijandschap<br />

leven, maar het zout niet willen ontberen. Het wordt ook gebruikt als conserveringsmiddel voor<br />

huiden, met name krokodillenhuiden, en in enkele gevallen voor het maken van gedroogde vis (ikan<br />

kring), nl. bij Korrido (Schouten-eilanden) en bij Merauke. Dit conserveringsmiddel is duur, omdat het<br />

uit Nederland komt en er ook nog ca 10% invoerrecht op drukt en deze duurte wordt zeer gevoeld.<br />

Tijdens de wereldoorlog ontbrak alle aanvoer uit Java en werd tijdelijk zout gefabriceerd te Seroei.<br />

Wegens het uitvallen van Indonesië uit de handel, komt het zout nu uit Holland.<br />

Tafelzout wordt ingevoerd in busjes van de K.N.Z. te Boekelo en ook een grovere kwaliteit voor<br />

wassen en voor conservering van huiden en vis.<br />

Ook de Papoea's, die te Korrido op Biak gedroogde vis vervaardigen, gebruiken zout van Boekelo.<br />

Dit komt echter duur, hoewel niet duurder dan het zout van Madoera, toen dit te krijgen was. Locale<br />

productie schijnt niet te zullen renderen; ze is niet goed mogelijk op de zuidkust, waar het zeewater te<br />

troebel is, doch wellicht denkbaar bij Hollandia, Mandiwa (Argoenibaai), Koeroedoe, Wariap e.d.<br />

plaatsen (zie regentabel p. 58, deel II) waar gedurende de korte droge tijd aldaar productie door het<br />

laten indampen van zeewater in bassins mogelijk lijkt. Intussen is nooit zout bereid op de Zuidkust van<br />

Australisch Nieuw Guinea, waar de droge tijd veel langduriger is en het zeewater slikvrij. Zoutproductie<br />

is volgens Dr Koolhaas alleen mogelijk bij zeer langdurige droge tijd, zeer hoge stralingsenergie<br />

en lage luchtvochtigheid.<br />

Het eerste is belangrijk wanneer men bedenkt, dat in Madoera eerst ca 1 ½ maand nadat de droge<br />

tijd begonnen is, het water zover is ingedampt, dat het eerste zout kan worden geoogst.<br />

De zoutprijs te Sorong was in 1951 f 0,40 per kg.<br />

De invoercijfers zijn voor zout in Nederlands Nieuw Guinea: 1948: 207 ton en 1949: 421 ton per<br />

K.P.M. uit Indonesië. Daarna is ons alleen bekend voor 1951 waarde f 43 900,- en voor 1952: 112 ton<br />

zout, waarde f 20 300,—, d.i. per ton f 181,—. 1 Herkomst uitsluitend Nederland. De consumptie der<br />

N.N.G.P.M. is hierbij niet inbegrepen.<br />

Merauke wijkt 't minst af van Z. Madoera, heeft ook krachtige lang aanhoudende winden en<br />

beide hebben vijf maanden met minder dan 100 mm regen (gemiddeld 36 mm in Z. Madoera en<br />

33 mm in Merauke). Als men de zee in vóórbassins zou kunnen klaren zou zoutfabricage hier nadere<br />

studie verdienen (Dr Braak).<br />

Op verschillende plaatsen in Oost-Indonesië wordt zout gewonnen uit zeewater. In Zuid-Celebes<br />

besloegen de zoutpannen in 1940 400 ha en was hun productie 20 800 ton. Bali leverde in 1946 ca 5 500<br />

ton, Lombok in dat jaar 4 250 ton.<br />

TABAKSINDUSTRIE EN LUCIFERSFABRICAGE<br />

Wij denken hier aan de vervaardiging van sigaretten (strootjes) en tabak voor<br />

de bevolking; in Seroei schijnt de grond geschikt te zijn voor tabaksteelt.<br />

Dat een sigarettenfabriek wellicht reden van bestaan kan hebben, blijkt wel uit<br />

de belangrijke invoer in Nieuw Guinea, nl. in 1947 van 58 m 3 of 9 570 000<br />

stuks 2 en in 1948 van 292 m 3 of 48 180 000 stuks. Voor 1950 wordt 77%<br />

millioen sigaretten opgegeven, voor 1951 38 578 000 en voor 1952 28 654 000.<br />

1 Voor 1953 zijn de cijfers f 60 300,-; 336,2 ton en f 180,-.<br />

2 Omrekencijfers: 1 ton bruto invoer = ca 445 000 sigaretten, 1 m 3 bruto = 135 000 à 165 000 stuks,<br />

1 kist = 0,18 m 3 = 30 000 stuks.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!