Untitled - Papuaerfgoed.org

HANDEL 509
Gouvernementsinvoer. Hierbij blijven Leger en Marine buiten beschouwing. De overblijvende
gouvernementsinvoer, waarvoor cijfers beschikbaar zijn, is zeer belangrijk, doch beperkt zich tor
bouwmaterialen (de voornaamste post 1 ), auto's en trucks en de banden daarvoor, technische apparatuur
voor telefonie en radio, machines, gloeilampen en reservedelen voor electrische centrales, waterleidinginstallaties,
gouvernementsvaartuigen, landbouwwerktuigen, -zaden, medicijnen en tenslotte kantoorbehoeften,
incl. schrijfmachines en leermiddelen; voorts alle laboratorium- en ziekenhuisapparaten en
benodigdheden, alsmede meubilering en stoffering voor kantoren, scholen, enz.
Voorts is er invoer door de 'B.P.M.-handelszaken' voor het Gouvernement van alle petroleumproducten,
als HSD-olie voor dieselmotoren, benzine voor vliegtuigen en auto's, kerosine voor doorverkoop
naar particuliere handelaren, die deze weer aan de bevolking leveren. Aanleiding tot invoer
van gouvernementswege was de onmogelijkheid voor particulieren om aan de eisen inzake vooruitbetaling
aan de leveranciers etc. te voldoen. Door de geldzuivering was het grootste gedeelte van het
handelskapitaal weggezuiverd.
Het Gouvernement voert in het algemeen vrijwel geen levensmiddelen of textiel in.
Alle gouvernementsinvoer loopt over de afdeling Nieuw Guinea van het Ministerie van Overzeese
Rijksdelen, al dan niet met inschakeling van het Rijksinkoopbureau in Nederland. Voor deze invoer
worden uiteraard geen rechten betaald.
Leger en Marine voeren alle voedsel zelf in, o.a. gedroogde aardappelen uit Nederland, vers vlees
uit Nederland, en vlees en vis in blik.
Voor defensie worden ook bouwmaterialen als cement en Bailey-balken voor de Genie, wapens,
gereedschappen en spijkers, auto's, uniformen en andere kleding ingevoerd.
Bij K.L. en K.M. was de invoer van bouwmaterialen niet de grootste post, zoals bij de gouvernementsinvoer,
doch de tweede. Levensmiddelen vormen post no 1 en kleding no 3.
Wij schatten de waarde van de invoer van consumptiegoederen voor K.L. en K.M. op 5 of meer
millioen gulden per jaar.
In de dissertatie van Dr Stratenus 2 vindt men op blz. 84 een en ander hierover. Wat de gouvernementsgoederen
in eigenlijke zin betreft, kunnen wij voor de jaren 1949 en 1950 slechts de hoeveelheden
in tons opgeven (14 119 ton in 1949 en 26 333 ton in 1950). In 1949 overtrof de gouvernementsinvoer
die van particulieren nog met een kwart. In 1950 was hij er ver onder, en dit bleef zo. Voor
het jaar 1951 zijn zowel gewichten als waarden bekend en kunnen wij meedelen, dat de gouvernementsinvoer
een waarde had van f 4 723 000,— (1952: f 8 194 000,— en 1953: f 10 645 000,—). Ondanks
de grote activiteit van het Gouvernement in de jaren 1951 en 1952 bleef de invoer slechts een fractie
uitmaken van de invoeren voor de N.N.G.P.M. en de burgerbevolking (ca 1/8, resp. 1/5; in '53 1/6).
Het is interessant, dat het Gouvernement van N.N.G., ofschoon het niet de gewone exporterende
landbouw- of mijnbouwbedrijven bezit, toch goederen uitvoert en wel de non-ferrometalen, die gewonnen
worden op de door het Amerikaanse leger achtergelaten opslagplaatsen, voornamelijk van oude vliegtuigen.
De waarde van deze zogenaamde scrap-uitvoer bedroeg in 1951 nog ca 1,8 millioen en in 1952
nog 0,6 millioen. Deze export zal binnenkort wel geheel eindigen (in 1953 0,3 mill.).
Verboden in- en uitvoer (artikelen). De bepalingen op dit gebied zijn nog afkomstig van het oude
Nederlands-Indië en zijn samengevat in het ,,Overzicht van de Verbods- en Beperkende Bepalingen enz."
in 1939 uitgegeven door de Dienst van de In- en Uitvoerrechten en Accijnzen te Batavia. Hiertoe
behoren o.a. ontplofbare stoffen, absinth en communistische geschriften. Voorts zijn voorwaarden
verbonden aan de invoer van vee, huisdieren, apen, papegaaien en dit geldt ook voor de uitvoer
daarvan. De laatste is voor paradijsvogels en -veren sinds 1928 verboden in navolging van de maatregelen
in Oost N.G. De Landbouw Voorlichtingsdienst houdt toezicht op ingevoerde levende planten, zaden,
vruchten, aardappelen, enz. In verband met internationale overeenkomsten is de in- en uitvoer van opium
verboden. In A.N.G. is ook de uitvoer van menselijke schedels verboden; men vreest blijkbaar, dat
door grote vraag naar schedels door toeristen, het koppensnellen zou toenemen! Na de afscheiding
van N.G. zijn nog beperkende bepalingen gekomen voor de invoer van pluimvee, konijnen, verdovende
middelen en sterk werkende geneesmiddelen. In A.N.G. is voor houtuitvoer een 'permit' nodig 3 .
1 Omdat nauwelijks aannemers bestaan op N.N.G., die huizen kunnen bouwen, heeft het Gouvernement
Nederlandse aannemers ingeschakeld en bestelt bouwmaterialen voor zichzelf (en vaak ook
voor deze aannemers) in Nederland. Hetzelfde geldt voor electrische- en waterleiding-artikelen.
2 Lit. 36.
3 Sommige overzeese gebieden hebben veel uitvoeriger lijsten lijsten van verboden invoer-artikelen;
die van Brits Togo telt bijv. 25 nummers, waarbij o.a. pornografie, handboeien, minderwaardige
alcoholica (,trade spirits'), alcoholica met meer dan 48.5 % alcohol, enz.