Untitled - Papuaerfgoed.org

490
HANDEL
Het jaar 1952 kon nog geen onverdeeld gunstig jaar voor N.N.G. genoemd
worden, al waren er ongetwijfeld lichtpunten aan te wijzen. Van particuliere zijde
werd in dat jaar een toenemende belangstelling getoond voor de mogelijkheden,
welke de economische sector biedt, zowel in het vlak van de import als van de
export. Er was een invoeroverschot van f 31 ½ millioen.
Wat de exporthandel van particulieren betreft viel enige verhoogde interesse
te onderkennen, vooral van de zijde van Singapore.
De situatie wijzigde zich in deze zin, dat een groter aandeel van de totale
export overging van de Nieuw Guinea Im- en Export Maatschappij N.V. naar
andere firma's (voornamelijk Chinese). Ter bevordering van de uitvoer kwam
in 1952 een regeling tot stand, waarbij aan exporteurs de vrije beschikking wordt
toegekend over 10 % van de uit de export voortvloeiende deviezen, waarover
hierachter meer. Ook met betrekking tot de import viel voor 1952 op te merken,
dat naast de z.g. Nigimij het aantal kleinere importeurs geleidelijk toenam.
De prijzen van de meeste exportproducten der burgerbevolking toonden vooral in de
eerste helft van 1952 een scherpe daling, waardoor de exportwaarde van de bevolkingsproducten
een aanzienlijke vermindering onderging. Nederlands Nieuw
Guineas handelsbalans toonde t.o.v. vorig jaar het volgende beeld, incl. de
handel in Aardoliemijen:
Tegenover een gestegen importwaarde staat een daling van de waarde van
de export.
Een analyse van de import vertoont het volgende beeld voor N.N.G., excl.
K.L. en K.M. in afgeronde cijfers:
1 In Suriname Sf 57 millioen in 1952 en Sf 54½ millioen in 1953.
2 In Suriname Sf 46 millioen in 1952 en Sf 48¾ millioen in 1953.
3 De gestegen importwaarde houdt verband met grotere kapitaalsinvestaties van de zijde van het
Gouvernement en van de N.N.G.P.M.