“Zoals een goed ambtenaar betaamt” Liber Amicorum - CAOP
“Zoals een goed ambtenaar betaamt” Liber Amicorum - CAOP
“Zoals een goed ambtenaar betaamt” Liber Amicorum - CAOP
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
90<br />
lang de ‘kardinale’ deugden. Dat komt van het latijnse woord cardo<br />
dat ‘spil’ of ‘scharnier’ betekent. Het zijn de deugden ‘waar het<br />
om draait’.<br />
Sinds Plato al worden ze opgesomd als rechtvaardigheid, verstandigheid,<br />
dapperheid en maat. En <strong>een</strong> rijke iconografische traditie<br />
heeft ze verbeeld en toont daarmee hoe ze – in verschillende tijden<br />
op verschillende manieren – tot de verbeelding hebben gesproken.<br />
Er is hier g<strong>een</strong> plaats om ze uitgebreid te bespreken. Ik volsta met<br />
<strong>een</strong> enkel woord van uitleg.<br />
De dapperheid heb ik al kort genoemd. Het zal duidelijk zijn dat<br />
ze vereist is overal waar gevaar dreigt of waar tegenslagen moeten<br />
worden geïncasseerd.<br />
De rechtvaardigheid zoekt steeds gelijkheid te realiseren: straf<br />
naar de mate van de misdaad, loon naar werken, eer naar verdienste,<br />
enzovoort.<br />
De verstandigheid is de kwaliteit die voorkomt dat men zijn<br />
blik teveel inperkt; het vermogen om, met oog voor de concrete<br />
omstandigheden, tegelijk zicht te houden op het uiteindelijke en<br />
omvattende doel. Een voorgenomen doelstelling staat in het kader<br />
van <strong>een</strong> groter doel; <strong>een</strong> dienst maakt deel uit van <strong>een</strong> organisatie<br />
en die speelt haar rol binnen de samenleving; haar diensten<br />
verwijzen naar de mensen die ze nodig hebben en naar hun leven<br />
en welzijn. Verstandig is degene die dat grotere doel weet te vertalen<br />
in de gegeven condities. Verstandigheid verwijst bovendien<br />
naar zelfkennis, die nodig is om het eigen handelen te sturen en<br />
te voorkomen dat je als vanzelf vervalt in waartoe je nu <strong>een</strong>maal<br />
geneigd bent.<br />
De maat ten slotte is de deugd waarin het besproken principe<br />
van het midden het sterkst tot uitdrukking komt. Men zegt wel dat<br />
het menselijk handelen gedreven wordt door drie verlangens: het<br />
verlangen om (bezit, veiligheid, welzijn) te verwerven, het verlangen<br />
om te kunnen (regelen, zorgen, maken, tot stand brengen), en<br />
het verlangen om te gelden (erkend te worden, gezien te worden,<br />
bemind te worden). Die drie verlangens kunnen gemakkelijk ontaarden<br />
in de drie grote ondeugden van hebzucht, heerszucht en<br />
eerzucht, wanneer ze niet worden getemperd door de deugd van de<br />
maat, die ze vormt tot deugden.<br />
Wie zijn handelen toetst aan deze vier kardinale deugden, zal<br />
ontdekken dat ze niet los verkrijgbaar zijn. Wie probeert rechtvaardig<br />
te zijn zal in de situatie de juiste maat moeten kunnen bepalen;