22.08.2013 Views

“Zoals een goed ambtenaar betaamt” Liber Amicorum - CAOP

“Zoals een goed ambtenaar betaamt” Liber Amicorum - CAOP

“Zoals een goed ambtenaar betaamt” Liber Amicorum - CAOP

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

110<br />

Het tweede sleutelwoord is ‘macht’. Een politiek bestuurder heeft<br />

door de bank genomen meer macht dan <strong>een</strong> <strong>ambtenaar</strong> om iets wel<br />

te willen en iets anders niet, en om iets te doen of te laten. Met <strong>een</strong><br />

buiging naar Crince LeRoy, die al in de jaren ‘60 van de vorige eeuw<br />

de macht van ambtenaren beschreef als de vierde macht, laat ik<br />

hier na deze veronderstelling te relativeren.<br />

Een politiek bestuurder heeft macht, althans zo zegt men dat vaak.<br />

Maar het is natuurlijk beter om te stellen dat hij de macht die aan<br />

zijn politieke ambt verbonden is, gedurende <strong>een</strong> zekere of – meestal<br />

– onzekere periode mag uitoefenen. De macht komt hem dus niet<br />

persoonlijk toe, maar ontl<strong>een</strong>t hij aan het ambt dat hij bekleedt.<br />

Bovendien is die macht hem toevertrouwd om de publieke zaak<br />

te dienen, niet om zijn eigen persoonlijke belangen te behartigen,<br />

noch die van zijn partij, familie en vrienden.<br />

De politieke ambtsdrager kan dus niet, als <strong>een</strong> bankier, werken<br />

op basis van de premisse dat hem door anderen kapitaal is toevertrouwd<br />

teneinde hem de kans te bieden zich te verrijken. Het epitheton<br />

‘zakkenvuller’ dat vaak aan <strong>een</strong> politicus wordt toegekend,<br />

past in dit opzicht dus niet overtuigend bij de gewenste aard van de<br />

ambtsvervulling.<br />

Bij de uitoefening van zijn macht is de politieke bestuurder gebonden<br />

aan geschreven en ongeschreven regels. Hij moet zijn<br />

macht uitoefenen op de wijze die bij het publieke ambt hoort en<br />

die daarom bij uitstek van hem verwacht mag worden. Als <strong>een</strong><br />

bestuurder zijn macht moet neerleggen, moet het ambt dat hij bekleedde<br />

dezelfde publieke waardigheid hebben als toen hij daartoe<br />

geroepen werd. En indien dat dreigt mis te gaan, moet hij zeker zijn<br />

ambt neerleggen.<br />

Uit de recente geschiedenis van het openbaar bestuur zijn hier<br />

sprekende voorbeelden van te vinden. Bekend is bijvoorbeeld het<br />

geval van <strong>een</strong> staatssecretaris die niet schroomde voor de ogen<br />

van zijn personeel, dat hij kort daarvoor de hoogst mogelijke gedragsnormen<br />

had opgelegd, met <strong>een</strong> van zijn ondergeschikten de<br />

nachtrust te zoeken in <strong>een</strong> voor hem als slaapverblijf ingerichte<br />

container.<br />

Ook wordt bijvoorbeeld niet oorbaar geacht dat <strong>een</strong> bestuurder,<br />

ter bevordering van de publieke zaak, met belastinggeld speculeert,<br />

zelfs niet als hij bijna zeker weet dat de publieke zaak daar<br />

veel garen bij zou spinnen. Zelfs het aanhouden van spaarte<strong>goed</strong>en

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!