Open document als PDF

ad 2, 3. Deze mutatie betreft een technische mutatie in het kader van de
actualisering van het verplichtingenbestand.
d. de onderverdeling in artikelonderdelen
02.39.01 Sanering waterbodems
In verband met de start in 1995 van realisatie van de grootschalige
stortplaatsen in het Hollands Diep en Ketelmeer zullen de saneringsactiviteiten
beperkt blijven tot de ontwikkeling van saneringsprocessen en
de saneringsonderzoeken. Omdat de waterbodemsanering zonder de
beschikbaarheid van stortplaatsen niet mogelijk is zal, conform de
regeringsbeslissing over de Evaluatienota Water, een deel van de
saneringsgelden over de periode 1995–1998 worden aangewend voor de
realisatie van de stortplaatsen. De daarvoor vereiste middelen zijn
overgeheveld naar artikelonderdeel 02.39.02.
In het kader van het onderzoek naar scheiden en reinigen van baggerspecie,
is in de haven van Elburg een proefsanering uitgevoerd, waarbij
verschillende verwerkingstechnieken op praktijkschaal zijn beproefd. In de
haven Lobith is een proef uitgevoerd met flotatie en schuimscheidingstechnieken.
In 1995 en 1996 zullen in de Biesbosch en in de haven van
Arnhem praktijkproeven worden gestart om de juiste manieren van
baggeren en verwerken van vervuilde baggerspecie op praktijkschaal te
kunnen testen.
02.39.02 Aanleg bergingslokaties
In 1993 zijn de Milieu-effectrapportages voor de lokatiekeuze van de aan
te leggen stortplaatsen voor baggerspecie in het Ketelmeer en het
Hollands Diep afgerond. De kosten van deze stortplaatsen worden
geraamd op f 400 miljoen. De in 1994 gestarte vergunningprocedures
zullen in 1995 worden afgerond. Om tijdverlies te voorkomen wordt door
een projectgroep van Rijkswaterstaat en ingenieursbureau’s gewerkt aan
het definitieve ontwerp en het opstellen van de bestekken.
De voorbereidingskosten voor de aanleg van de stortplaatsen, zijn
voorgefinancierd uit het saldo van de opbrengst en uitgaven
verontreinigingsheffing Wet verontreiniging oppervlaktewateren (artikel
02.36). Deze voorfinanciering zal te zijner tijd moeten worden terug
betaald. Ervan uitgaande dat zowel verontreinigde nautische baggerspecie
als saneringsspecie in de stortplaatsen zal worden geborgen, vindt
de financiering van de aanleg van de stortplaatsen plaats uit het
Infrastructuurfonds en door gelden te onttrekken aan het budget voor de
waterbodemsanering.
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de verplichtingen en uitgaven (x f 1000) en de economische en de functionele
codering
Artikelonderdeel Verplichtingen Uitgaven Codering
1994 1995 1996 1994 1995 1996 econ. funct.
02.39.01 Sanering waterbodems 28 490 23 335 6 356 34 396 19 589 9 016 73.2 07.35
02.39.02 Aanleg bergingslokaties 13 889 42 490 126 020 12 259 44 299 74 235 73.2 07.35
Totaal 42 379 65 825 132 376 46 655 63 888 83 251
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 24 400 hoofdstuk XII, nr. 2 154