Open document als PDF

ontwerp verschijnen en na de vereiste inspraakprocedure in 1998 als
regeringsbeslissing aan het parlement worden aangeboden.
Onderzoek
Onderzoek vormt een belangrijke basis voor het waterbeheer. Zeker nu
de uitvoering van het beleid voorop staat, is onderbouwing van te nemen
maatregelen van belang met het oog op de effectiviteit van deze maatregelen.
Daarbij komt dat, voor het oplossen van knelpunten, als eerste stap
vaak generieke maatregelen genomen zijn terwijl de vervolgstappen meer
om oplossingen op maat vragen. Verder geldt vaak dat de voor de
vervolgstappen resterende problemen hardnekkig van aard en moeilijk
oplosbaar zijn. Om de juiste keuzen te maken is kennis nodig van de
watersystemen en de effecten van invloeden op die systemen.
Uitgangspunten voor het onderzoek vormen de doelen waar het
waterbeheer zich op richt:
– bescherming tegen verontreiniging;
hierbij gaat het vooral om de prioriteitsstelling bij de sanering
(lozingen van verontreinigende en eutrofiërende stoffen, waterbodems).
Zeker op het gebied van de verontreiniging is gedetailleerder
inzicht in het rendement en in de te bereiken effecten belangrijk
voor de juiste prioriteitstelling. Dit stelt veranderende eisen aan de
beschrijving en de prognose van de verspreiding. Inzicht in de
relevante processen is hierbij een basisvoorwaarde.
– inrichting en herstel;
voortzetting van het beheer gericht op een duurzaam gebruik van
watersystemen is uitgangspunt. Vergelijkende ecosysteemstudies
worden uitgevoerd, waarbij voor de Noordzee, de estuaria en de
grote wateren wordt aangesloten op onderzoek en ontwikkelingen in
Europees verband. Nieuwe wegen moeten worden verkend, waarbij
de benodigde vernieuwing en verdieping plaats zal vinden op
ogenschijnlijk vertrouwde terreinen. Stond bijvoorbeeld morfologie
vroeger centraal bij regulering en bochtafsnijdingen, nu is kennis
van morfologie ook vereist voor de herinrichting van riviergebieden
en de uitvoering van baggerwerkzaamheden voor de scheepvaart
om de afvoerfunctie te verbeteren.
– geleiding gebruik;
onderzoek moet worden voortgezet naar de bestrijding van de
verdroging en de verbetering van de scheepvaartfunctie van de
watersystemen in relatie tot de inrichting en herstelmaatregelen.
Vanuit de verschillende gebruikersfuncties zal moeten worden
vastgesteld welke eisen aan de watersystemen worden gesteld.
Inzicht moet worden verkregen in de interacties tussen de verschillende
functies en de daaruit voortvloeiende beperkingen voor
bepaalde gebruiksmogelijkheden.
– organisatie en instrumentarium;
een veranderende maatschappij vereist dat het beschikbare
instrumentarium voor de uitvoering van het waterbeleid kritisch
wordt bezien. Wettelijke regelingen en het financieringsinstrumentarium
worden geëvalueerd (Wet Waterhuishouding en de
Wet Verontreiniging zeewater) en eventueel aangepast.
Gezien de hoge investeringen die in het verleden zijn gedaan voor
zowel veiligheid als voor duurzame watersystemen is een degelijke
onderbouwing van de maatregelen van evident belang. Verwaarlozing van
een dergelijke onderbouwing leidt op de lange termijn tot inefficiënte
uitvoering en mogelijk tot onjuiste keuzen. Het onderzoek voor het
waterbeheer is sterk praktijkgericht en kan als toegepast onderzoek
worden gekarakteriseerd. De sturing van het onderzoek gericht op de
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 24 400 hoofdstuk XII, nr. 2 41