Open document als PDF

BIJLAGE 3 Overzicht inzake wetgeving
(peildatum 1 juni 1995)
1. In het afgelopen parlementaire jaar tot stand gekomen wetten
– Wet van 7 juli 1994, houdende wijziging van de artikelen 18 tot en met
30, 62 en 72 van de Luchtvaartwet (Stb. 1994, 601)
Strekking:
In deze wet is de mogelijkheid opgenomen tot het instellen van een
aparte geluidszone met betrekking tot nachtelijk luchtvaartgeluid. Voorts
zijn in verband met het voorkomen van het overschrijden van de
geluidszones handhavingsbepalingen opgenomen.
Deze wet is in werking getreden met ingang van 17 augustus 1994.
– Wet van 9 augustus 1994, tot wijziging van de Luchtvaartwet (Stb. 1994,
583)
Strekking:
Deze wet heeft tot doel de mogelijkheid om uit de geluidheffingen
bedoeld in het Heffingenbesluit geluidshinder burgerluchtvaartuigen (Stb.
1992, 584) mede de presanering te financieren, te verduidelijken, alsmede
het belastingkarakter van de heffing te formaliseren.
Deze wet is in werking getreden met ingang van 11 augustus 1994.
– Wet van 15 september 1994 tot wijziging van de Grondwaterwet in
verband met de opheffing van de Technische Commissie Grondwaterbeheer
(Stb. 1994, 759)
Strekking:
Opheffing van de Technische Commissie Grondwaterbeheer. In verband
daarmee wordt aan de provincies opgedragen commissies van deskundigen
voor schadezaken in te stellen. De grondslag van de provinciale
heffing wordt daartoe verbreed.
De wet is in werking getreden met ingang van 1 mei 1994.
– Wet van 2 november 1994, houdende wijziging van de Wet op de
telecommunicatievoorzieningen in verband met de uitvoering van richtlijn
nr. 92/44/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 5 juni
1992 betreffende de toepassing van Open Network Provision (ONP) op
huurlijnen (PbEG L 165).
Strekking:
In de wet is onder meer een basis opgenomen op grond waarvan een
geschillen- en bemiddelingsregeling kan worden ingesteld ter oplossing
van bepaalde klachten tussen afnemers van huurlijnen en de leverancier
van huurlijnen (KPN).
Stand van zaken en planning:
De wet zal in werking treden tegelijkertijd met de algemene maatregel
van bestuur die bij de Raad van State sinds 19 mei 1995 aanhangig is,
inhoudende vorenbedoelde geschillen en bemiddelingsregeling.
Inwerkingtreding wordt voorzien eind 1995.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 24 400 hoofdstuk XII, nr. 3 18