Open document als PDF

Luchtvaartaangelegenheden
Ook ten aanzien van de regionale luchthavens wordt de verdeling van
bevoegdheden en verantwoordelijkheden tussen Rijk en regio herzien. Het
proces van «minder centrale overheid en meer eigen decentrale verantwoordelijkheid»
zal er toe leiden dat het Rijk zich op termijn terugtrekt uit
de exploitatie en eigendomsverhoudingen van regionale luchthavens
maar wel betrokken blijft bij investeringen waar het gaat om hoofdinfrastructuur.
2.6. Budgettair kader
Onderstaand overzicht geeft (in f mln.) de opbouw van de begroting van
Verkeer en Waterstaat weer, gebaseerd op de standen ontwerpbegroting
1996.
De standen in de kolom 1995 zijn inclusief amendementen, nota’s van
wijziging, de 1e suppletoire wet en de nieuwe mutaties 1995 zoals
opgenomen in deze begroting.
Beleidsterrein
1995 1996 Verschil
01 Algemene departementale aangelegenheden 2 217 2 218 1
02 Rijkswaterstaatsaangelegenheden 2 063 1 930 –133
03 Openbaar vervoer en goederen vervoer 2 495 2 453 –42
04 Luchtvaartaangelegenheden 290 231 –59
05 Zeescheepvaart en maritieme aangelegenheden
178 155 –23
06 Telecommunicatie en postzaken 70 27 –43
07 Meteorologische aangelegenheden 59 62 3
08 Rijksdienst voor het Wegverkeer 225 233 8
Totaal 7 597 7 309 –288
Uit bovenstaand overzicht blijkt dat de begroting 1996 per saldo f 288
mln lager is dan het jaar ervoor.
Op beleidsterrein 01 vindt enerzijds een uitgavendaling plaats op de
personele artikelen 01.01, 01.02 en 01.04 (regeeraccoordtaakstelling).
Anderzijds stijgen artikel 01.16 (bijdragen in verband met het Eurovignet)
en artikel 01.13 (prijsbijstelling).
De daling op beleidsterrein 02 is een saldo van stijgende uitgaven bij
met name onderhoud waterkeringen (02.12) en het Deltaplan Grote
Rivieren (02.24) en dalende uitgaven ten behoeve van de Stormvloedkering
in de Nieuwe Waterweg, de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren
en ten behoeve van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders.
Beleidsterrein 03 daalt met name als gevolg van de invulling van
regeeraccoordtaakstellingen op onderzoek (03.02), lagere uitgaven voor
stimulering openbaar vervoer (03.14), herstructurering binnenvaart (03.41)
en de beëindiging van de kapitaalstorting aan Verenigd Streekvervoer
Nederland (VSN) (03.12). Een deel van deze uitgavendaling wordt
gecompenseerd door een hogere exploitatiebijdrage aan het openbaar
vervoer (03.10/03.19).
De uitgavendaling op beleidsterrein 04 wordt hoofdzakelijk veroorzaakt
door de vervanging van het regeringsvliegtuig in 1995.
Beleidsterrein 05 daalt eveneens in 1996. Hier is sprake van de
overdracht van de kustwachtactiviteiten aan het Ministerie van Defensie
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 24 400 hoofdstuk XII, nr. 2 13