Open document als PDF

Het laatste grote werk dat wordt uitgevoerd om de deltaveiligheid te
bereiken, de stormvloedkering in de Nieuwe Waterweg, komt voor het
stormseizoen 1997/1998 gereed.
Ook de beveiliging van het Maasdal tegen de gevolgen van hoge
waterstanden conform de aanbevelingen van Boertien II wordt voortvarend
aangepakt en is in 2005 gereed.
Het recente hoogwater heeft duidelijk aan het licht gebracht dat
bepaalde aspecten om onderzoek vragen. Dit betreft enerzijds de
gevolgen van klimaatveranderingen voor (extreme) rivierafvoeren en
anderzijds het effect van menselijke ingrepen in het riviersysteem. Vooral
onderzoek, gericht op de onderbouwing van een internationaal afgestemde
beleidsontwikkeling is hierbij aan de orde.
Naast de primaire waterkeringen die soms met aanzienlijke wateroverlast
worden geconfronteerd en de ruimtelijke afstemming in de kustzone
zullen ook andere gebieden meer aandacht vragen. Er zal een consistent
beleid (ook internationaal afgestemd) ontwikkeld worden dat op andere
functies (wonen, industrie, natuur, recreatie) is afgestemd. Dit vereist
onderzoek naar de overstromingsrisico’s van buitendijkse gebieden.
De voorbereiding van de periode na de huidige versterkingsronde zal
voor het door primaire waterkeringen beveiligde gebied meer aandacht
vragen. Hoe veilig is ons land na 2000 nu werkelijk? Hoe groot zijn de
werkelijke overstromingsrisico’s mede ten opzichte van andere maatschappelijke
risico’s? Dit vereist gedegen onderzoek naar de werkelijke
overstromingsrisico’s. Alleen op basis hiervan is te zijner tijd en conform
de (concept) wet op de waterkering, de overgang van de huidige
veiligheidsfilosofie naar een veiligheidsfilosofie op grond van
overstromingsrisico te maken. Dit onderzoek wordt uitgevoerd onder
auspiciën van de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen.
In november 1990 is in overleg met de Tweede Kamer gekozen voor het
«dynamisch handhaven» van de kustlijn van 1990 (nota Kustverdediging
na 1990, Kamerstukken II, 1989/1990, 21 136, nr. 5–6). Hiermee is een
basisvoorziening geboden voor het duurzaam handhaven van de
veiligheid en voor het duurzaam behoud van functies en waarden van het
duingebied. De uitvoering van het betreffende besluit is sinds 1991 met
kracht ter hand genomen. In de kustnota 1995 wordt de uitvoering van het
«dynamisch handhaven» geëvalueerd. Thans is al duidelijk dat een
grotere inspanning nodig is om het huidige beleid uit te kunnen blijven
voeren.
De financiële aspecten van de totale waterkeringszorg zoals die bij het
Ministerie van Verkeer en Waterstaat is neergelegd, wordt in de nota
Keren op peil in beeld gebracht. In deze nota zullen de benodigde
financiën voor het Deltaplan grote rivieren, de uitvoering van de kustlijnzorg
(volgens vigerend beleid) en de «integrale kust- en waterkeringszorg»
worden aangegeven. Op deze laatstgenoemde zorg wordt enerzijds
in de kustnota en anderzijds in de vierde nota Waterhuishouding
teruggekomen.
4.3.3. Beleidsaccenten 1996
In 1996 zal de voortgang van de dijkversterkingen en van de maatregelen
in het Maasdal met het oog op de geformuleerde doelstellingen
nauwlettend worden gevolgd. In 1996 zal verder de implementatie van de
Wet op de waterkering – zoals de toetsing van de waterkeringen –
aandacht vragen. Tevens speelt de implementatie van de kustnota 1995.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 24 400 hoofdstuk XII, nr. 2 46