Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
jongerenoverlast toe- of afneemt, maar dat op buurtniveau de ervaren overlast steeds<br />
gelijk blijft, omdat deze zich steeds door de buurt heen verplaatst:<br />
“Jeugd en jongeren zijn heel erg mobiel. Die overlast verplaatst zich dus door de buurt. Op<br />
een moment is een bepaald plein in de wijk bijvoorbeeld echt heel veel overlast. Maar<br />
anderhalf jaar later vindt dat ergens anders in de wijk plaats, waardoor de mensen die<br />
oorspronkelijk daar heel veel last <strong>van</strong> ervaren hebben, dat dan niet meer doen. Dat is het<br />
vaak met jongeren. Als wij kijken naar hangplekken, die we gehad hebben de afgelopen<br />
jaren, dan zijn die verspreid geweest over de wijk en het is elke keer ergens anders. Dat is<br />
inherent aan jongeren, dat ze mobiel zijn, dat dat verspreidt.”<br />
Buurtverval gerelateerd<br />
Wanneer vinden bewoners nu vooral dat de buurt achteruit gaat? Hangt dat samen<br />
met hun eigen achtergrond? Of met bepaalde trends die zij observeren? Wat betreft<br />
de achtergrondkenmerken zien we meestal geen samenhang met de ervaren achteruitgang<br />
<strong>van</strong> de buurt (Zie Tabel 7.19). De enige uitzondering hierop is dat bewoners<br />
die recentelijk in de buurt zijn komen wonen, minder vaak negatief zijn over de<br />
buurtontwikkeling.<br />
Als bewoners bewust een waterbedeffect ervaren, zullen zij negatiever zijn over buurtontwikkelingen<br />
wanneer zij denken dat er veel herhuisvestingsurgenten in hun buurt<br />
zijn komen wonen. In Groningen is dit inderdaad het geval, waarbij opvalt dat deze<br />
relatie alleen in de ont<strong>van</strong>gstbuurten aanwezig is en niet in de controlebuurt. Wel hangen<br />
andere ervaren ontwikkelingen sterker samen met de ervaren verslechtering <strong>van</strong><br />
de buurt dan de ervaren instroom <strong>van</strong> herhuisvestingsurgenten. Het gaat hier dan<br />
vooral om de ervaring dat er meer rommel is, de bevolkingssamenstelling is verslechterd,<br />
de drugsoverlast en criminaliteit is toegenomen en de gezelligheid is verminderd.<br />
Figuur 7.41 geeft een gedetailleerder beeld <strong>van</strong> de relatie tussen de ervaren instroom<br />
<strong>van</strong> herhuisvestingsurgenten en de ervaren en verwachte buurtontwikkelingen.<br />
Toekomst<br />
Verleden<br />
Ja, veel<br />
Ja, weinig<br />
Nee<br />
Ja, veel<br />
Ja, weinig<br />
Nee<br />
17%<br />
28%<br />
28%<br />
29%<br />
29%<br />
28%<br />
20%<br />
0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />
212 <strong>Bijwerkingen</strong> <strong>van</strong> <strong>herstructureringsoperaties</strong><br />
43%<br />
43%<br />
43%<br />
39%<br />
Vooruitgang Gelijk<br />
68%<br />
63%<br />
30%<br />
30%<br />
29%<br />
32%<br />
Achteruitgang<br />
Figuur 7.41 Groningen: Ervaren instroom herhuisvestingsurgenten afgezet tegen ervaren en<br />
verwachte buurtontwikkeling<br />
Bron: Universiteit Utrecht, Enquête buurtontwikkelingen, 2010