Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Tabel 2.4 Confrontatie primaire BBSH-doelgroep en corporatiekernvoorraad, regio<br />
Regio % Corporatiesector<br />
op totale<br />
woningvoorraad<br />
in principe in de gehele regio kunnen reageren op aangeboden sociale huurwoningen.<br />
Voor beide steden is het dus interessant om een overzicht te geven <strong>van</strong> de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> de kernvoorraad in de regio. In beide gevallen heeft de centrale stad een<br />
grote concentratie <strong>van</strong> goedkope (sociale) huurwoningen en zou de gemeente graag<br />
zien dat randgemeenten een grotere taak krijgen bij huisvesting <strong>van</strong> lage inkomensgroepen<br />
door nieuwbouw of door andere toewijzing <strong>van</strong> huurwoningen. Voor zover<br />
hier afspraken in regionaal verband zijn gemaakt, rijst natuurlijk de vraag in hoeverre<br />
deze nagekomen worden.<br />
Eerder zagen we al dat de regio zeer rele<strong>van</strong>t is voor de gemeente Den Haag, waar<br />
de verhouding tussen primaire doelgroep en kernvoorraad krap wordt en afspraken<br />
in regionaal verband gemaakt zijn om te zorgen dat herstructurering niet tot een<br />
afname <strong>van</strong> de slaagkansen <strong>van</strong> woningzoekenden op de sociale huurmarkt leidt. Al<br />
enkele decennia zien Den Haag en Rotterdam selectieve migratiestromen optreden<br />
in de vorm <strong>van</strong> een uitstroom <strong>van</strong> middeninkomens uit de stad en instroom <strong>van</strong><br />
lagere inkomens. Voor een deel is selectieve migratie tegengegaan door enkele grote<br />
nieuwbouwwijken binnen de gemeentegrenzen te realiseren (Nesselande in Rotterdam<br />
en Ypenburg, Wateringse Veld en Leidschenveen in Den Haag), maar tijdens<br />
de herstructureringsperiode was er nog steeds een selectief vertrekoverschot <strong>van</strong>uit<br />
bepaalde wijken naar andere regiogemeenten. De veelgehoorde klacht <strong>van</strong> grote steden<br />
is dat de lasten <strong>van</strong> het huisvesten <strong>van</strong> de laagste inkomensgroepen onevenredig<br />
worden verdeeld binnen de regio. In Rotterdam en Den Haag hebben de regionale<br />
afspraken onder andere de functie om de keuzemogelijkheden <strong>van</strong> de doelgroep in<br />
de regio te stimuleren. Daarbij dient overigens wel opgemerkt te worden dat enkele<br />
regiogemeenten bij Rotterdam en Den Haag ook een aanzienlijke voorraad sociale<br />
huurwoningen hebben, bijvoorbeeld Schiedam, Vlaardingen, Delft en Zoetermeer.<br />
Verder kampen Rotterdamse regiogemeenten als Schiedam, Vlaardingen en Maassluis<br />
ook met ‘grootstedelijke’ problematiek en worden in het regionale beleid dan ook niet<br />
aangewezen als gemeenten die extra moeten inzetten op verruiming of stabilisatie <strong>van</strong><br />
de kernvoorraad.<br />
Tabel 2.4 geeft een overzicht <strong>van</strong> de primaire BBSH-doelgroep en de corporatievoorraad<br />
in de regio Haaglanden en Rotterdam. Voor de Haagse regio geldt in 2003 en<br />
2008 een percentage kernvoorraadwoningen <strong>van</strong> 93, respectievelijk 87 procent <strong>van</strong> de<br />
36 <strong>Bijwerkingen</strong> <strong>van</strong> <strong>herstructureringsoperaties</strong><br />
% Corporatiekernvoorraad<br />
op totale<br />
woningvoorraad<br />
% primaire<br />
doelgroep<br />
<strong>van</strong> beleid<br />
Haaglanden<br />
2003 36% 33% 28%<br />
2008 34% 30% 29%<br />
Stadsregio<br />
Rotterdam<br />
2002 50% 46% 30%<br />
2008 44% 40% 33%