Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Rapport - Bijwerkingen van herstructureringsoperaties - KKS
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
8.2.2 Waarom ervaringen in ont<strong>van</strong>gst- en controlebuurten afwijken<br />
In slechts drie <strong>van</strong> de tien ont<strong>van</strong>gstbuurten is de ervaren achteruitgang <strong>van</strong> de buurt<br />
significant sterker dan in de controlebuurt: de twee Rotterdamse ont<strong>van</strong>gstbuurten<br />
(Vreewijk en Oosterflank) en de Groningse ont<strong>van</strong>gstbuurt Selwerd. Is de grotere<br />
ervaren achteruitgang in deze buurten inderdaad het gevolg <strong>van</strong> de grotere instroom<br />
<strong>van</strong> herhuisvestingsurgenten? Dat onderzoeken we aan de hand <strong>van</strong> logistische regressie<br />
analyses. In Bijlage 6 lichten we deze techniek toe. Met deze analyses kan worden<br />
bepaald of bewoners <strong>van</strong> een specifieke ont<strong>van</strong>gstbuurt ook negatiever over de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> hun buurt zijn als rekening wordt gehouden met andere factoren, zoals<br />
hun achtergrondkenmerken (leeftijd, huishoudenssamenstelling, inkomen, etc.) en<br />
specifieke buurtontwikkelingen die zij ervaren.<br />
Als we rekening houden met de achtergrondkenmerken <strong>van</strong> de respondenten, dan<br />
blijken bewoners <strong>van</strong> Selwerd niet meer vaker een achteruitgang <strong>van</strong> hun buurt<br />
te ervaren 30 (Zie Tabel 8.2). Dat Selwerders vaak een achteruitgang ervaren heeft te<br />
maken met het feit dat hier relatief veel mensen met een lange woonduur wonen. Dat<br />
is een bewonerscategorie die nu eenmaal vaker negatief is over buurtontwikkelingen<br />
dan bewoners met een korte woonduur. Het ervaren buurtverval heeft dus niet<br />
zozeer te maken met het feit dat Selwerd een ont<strong>van</strong>gstwijk is. Voor Rotterdam geldt<br />
dat naast mensen met een korte woonduur ook alleenstaanden minder negatief zijn<br />
over de ontwikkelingen in de buurt. Als we rekening houden met deze achtergrondkenmerken<br />
blijft het verschil in de achteruitgang die bewoners <strong>van</strong> ont<strong>van</strong>gst- en<br />
controlebuurten ervaren wel bestaan. Daarom is voor Rotterdam nader onderzocht<br />
waar de ervaren achteruitgang <strong>van</strong> de buurt verder aan gerelateerd kan worden. Dat<br />
hebben we gedaan door voor Rotterdam een tweede logistische regressiemodel te<br />
schatten waarin ook specifieke veranderingen die bewoners ervaren worden meegenomen<br />
(zie Tabel 8.2). Van deze veranderingen blijkt alleen de ervaring dat de<br />
bevolkingssamenstelling verslechtert significant samen te hangen met het gevoel dat<br />
de buurt in zijn geheel verslechtert. Rekening houdend met dit effect vallen de verschillen<br />
tussen alleenstaanden en andere huishoudens weg. Belangrijker nog is dat het<br />
effect <strong>van</strong> het wonen in een ont<strong>van</strong>gstbuurt in deze analyse wegvalt. Weliswaar is de<br />
kans dat men in Oosterflank een achteruitgang ervaart nog altijd groter dan in De<br />
Esch, maar het verschil tussen beide wijken is niet significant meer. Het verschil tussen<br />
Vreewijk en De Esch valt zelfs vrijwel helemaal weg als we rekening houden met de<br />
mening over de bevolkingssamenstelling. Dit betekent dat het feit dat zoveel bewoners<br />
<strong>van</strong> Vreewijk een achteruitgang <strong>van</strong> de buurt ervaren vrijwel volledig op het conto kan<br />
worden geschreven <strong>van</strong> de negatieve perceptie ten aanzien <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> de<br />
bevolkingssamenstelling. Dat is een duidelijke aanwijzing voor het optreden <strong>van</strong> een<br />
waterbedeffect. De vraag is echter wat precies de rol is <strong>van</strong> de gepercipieerde instroom<br />
<strong>van</strong> herhuisvestingsurgenten in de beoordeling <strong>van</strong> de bevolkingssamenstelling. Deze<br />
vraag wordt in de volgende paragraaf beantwoord op basis <strong>van</strong> de onderzoeksgegevens<br />
in alle onderzoekssteden.<br />
30 Ook in de andere onderzoekssteden zien we dat men in geen <strong>van</strong> de ont<strong>van</strong>gstbuurten vaker een achteruitgang<br />
<strong>van</strong> de buurt ervaart als we rekening houden met de achtergrondkenmerken <strong>van</strong> bewoners.<br />
252 <strong>Bijwerkingen</strong> <strong>van</strong> <strong>herstructureringsoperaties</strong>