VERZOEKSCHRIFT
VERZOEKSCHRIFT
VERZOEKSCHRIFT
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
9191/1288432.1<br />
Uw Hof oordeelde dus:<br />
Dat het vermoeden van onschuld niet enkel kan worden geschonden door de rechter<br />
die van de zaak ten gronde kennis neemt, maar ook door andere publieke autoriteiten;<br />
Dat uitlatingen van bepaalde van de hoogste autoriteiten in Frankrijk, namelijk de<br />
minister van binnenlandse zaken en twee hoge ambtenaren van de politiediensten,<br />
tijdens een persconferentie waarin een geïdentificeerd persoon wordt aangeduid als<br />
initiatiefnemer van misdrijven, een verklaring van schuld inhouden ten aanzien van<br />
die persoon;<br />
Dat dergelijke beschuldigingen gedaan door hoge autoriteiten het publiek aanzetten<br />
om te geloven in die schuld;<br />
Dat dergelijke beschuldigingen een vooroordeel uitmaken en vooruitlopen op de<br />
feitenappreciatie door de bevoegde rechters;<br />
Dat dergelijke beschuldigingen onherroepelijk leiden tot de schending van het<br />
vermoeden van onschuld;<br />
Dat het feit dat dergelijke beschuldigingen de rechter ten gronde niet binden en<br />
tegengesproken kunnen worden in de latere procedure, geen herstel bieden voor de<br />
schending van het vermoeden van onschuld;<br />
Dat dergelijke beschuldigingen des te verwerpelijk zijn wanneer men kon voorzien dat<br />
er ruime media-aandacht aan zou besteed worden.<br />
175. Het hoeft weinig betoog dat, wanneer deze principes worden toegepast op de huidige<br />
zaak, de beschuldigingen en veroordelingen gedaan door de Eerste Voorzitter van Het<br />
Hof van Cassatie en de Eerste Voorzitter van het Hof van beroep te Brussel, betreffende<br />
Verzoekster a fortiori leiden tot een schending van het vermoeden van onschuld in hoofde<br />
van Verzoekster. Immers:<br />
De beschuldigingen werden in de huidige zaak niet gedaan door de uitvoerende<br />
macht of door de politie maar door leden van de rechterlijke macht die geacht worden<br />
onafhankelijk en onpartijdig te zijn;<br />
De rechterlijke instanties die de uitspraken deden waren de vertegenwoordigers van<br />
de Belgische rechterlijke macht, nl. de Eerste Voorzitter van Het Hof van Cassatie, de<br />
hoogste magistraat van het land, en de Eerste Voorzitter van het Hof van beroep te<br />
Brussel, een hooggeplaatste magistraat en de korpsoverste van Verzoekster; de<br />
Eerste Voorzitter van Het Hof van Cassatie Ghislain Londers heeft overigens niet<br />
nagelaten zelf te benadrukken dat hij sprak als hoogste magistraat van het land, dat<br />
zijn dood en de emotie die hierbij gepaard ging, pleitten voor het snel informeren van het publiek vormden deze<br />
elementen tegelijkertijd de voorbode van de aandacht die de media nog zou besteden aan verklaringen over het<br />
lopende onderzoek. Om die reden is het gebrek aan discretie en terughoudendheid ten aanzien van de eisende<br />
partij des te meer laakbaar. De litigieuze verklaringen hebben overigens aanzienlijke gevolgen gekend die de<br />
Franse grenzen hebben overschreden.”.<br />
113