VERZOEKSCHRIFT
VERZOEKSCHRIFT
VERZOEKSCHRIFT
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
9191/1288432.1<br />
Mijnheer de Procureur-Generaal,<br />
Ik heb de eer u te melden dat ik de raadsman van mevrouw Christine Schurmans,<br />
raadsheer in het hof van beroep van Brussel ben.<br />
Mijn cliënte vernam dat u werd belast met een rapporteringstaak betreffende de wijze<br />
waarop het beraad in de zgn. Fortis-zaak voor de 18de kamer van het hof van beroep van<br />
Brussel verliep.<br />
Mijn cliënte verzoekt mij u te bevestigen volledig te uwer beschikking te zijn voor het<br />
verschaffen van elke toelichting betreffende de voor haar onaanvaardbare wijze waarop<br />
dat zgn. beraad onder leiding van kamervoorzitter Paul Blondeel is verlopen, alsmede bij<br />
de afwezigheid van beraad omtrent een verzoek tot heropening der debatten waarvan zij<br />
het bestaan in de pers heeft moeten vernemen. Dit verzoek werd kennelijk berecht in het<br />
inmiddels bekende arrest, zonder enig beraad binnen de 18de kamer.<br />
(…)<br />
(get. Patrick Hofströssler)<br />
65. Verder werd in de pers van dezelfde dag (16 december 2008) beweerd dat ook<br />
Verzoekster van CD&V-signatuur zou zijn en dat zij zich plotseling ziek zou hebben<br />
gemeld. Hiermee werd meer dan gesuggereerd dat Verzoekster niet ziek zou zijn<br />
geweest en hoogstens een ziekte in extremis zou hebben voorgewend (zie stuk nummer<br />
28). Uit het strafonderzoek blijkt thans dat die nacht om 01u03 de heer eerste voorzitter<br />
bij het Hof van beroep te Brussel een e-mail stuurde naar raadsheer Paul Blondeel met<br />
de vraag om een nota ‘verslag van de feiten’ te controleren en met de volgende vraag<br />
“zie jij nog andere aanwijzingen van schuld?”; die nota zou de heer eerste voorzitter bij<br />
het Hof van beroep te Brussel later nog gebruiken als basis om de strafvordering lastens<br />
Verzoekster in te stellen.<br />
66. Op 17 december 2008 werd een brief die de toenmalige eerste minister Yves LETERME<br />
aan de toenmalige minister van justitie Jo VANDEURZEN heeft gericht, publiek gemaakt<br />
(zie stuk nummer 29). Die brief luidt als volgt:<br />
Waarde collega,<br />
Aansluitend op de berichten en beweringen met betrekking tot eventuele beïnvloeding<br />
door mijzelf of mijn beleidscel van de rechterlijke macht in het Fortis-dossier, informeer ik<br />
U hierbij over het exacte feitenrelaas met betrekking tot de contacten van mijn beleidscel<br />
in dit dossier.<br />
Er heeft geen enkel contact plaatsgevonden tussen mijzelf en welke magistraat dan ook<br />
in het kader van het Fortis-dossier.<br />
Met betrekking tot de procedure voor de Voorzitter van de rechtbank van koophandel,<br />
verneemt mijn beleidscel op 6 november via de beleidscel van de minister van Financiën<br />
38