23.09.2013 Views

VERZOEKSCHRIFT

VERZOEKSCHRIFT

VERZOEKSCHRIFT

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

9191/1288432.1<br />

vooroordeel hebben omtrent het gelijk of ongelijk van een partij, zonder zich om de<br />

waarheid te bekommeren, en mag er evenmin enige twijfel of schijn bestaan dat de<br />

rechter een vooroordeel zou hebben, zelfs al zou hij zich uit zichzelf alleen bekommeren<br />

om de waarheid.<br />

191. De schijn van partijdigheid dient niet door een bewijs van een concrete en aangetoonde<br />

vooringenomenheid te worden gestaafd, maar moet op objectieve gronden zijn gesteund.<br />

Het betreft situaties die bij de beklaagde en derden een objectief verantwoorde twijfel<br />

kunnen doen ontstaan over de geschiktheid van de betreffende magistraat of magistraten<br />

om met de vereiste onpartijdigheid en onafhankelijkheid uitspraak te doen.<br />

De beklaagde die gewag maakt van een objectieve schijn van partijdigheid omwille van<br />

de schending van het vermoeden van onschuld, dient niet aan te tonen dat deze<br />

schending van het vermoeden van onschuld een werkelijke invloed op de strafrechter<br />

heeft uitgeoefend, waardoor de strafrechter bij de beoordeling van de ten laste gelegde<br />

feiten niet anders zou kunnen besluiten dan tot een schuldigverklaring van de<br />

beklaagde(n).<br />

Evenmin zou de schijn van partijdigheid door de strafrechter in kwestie kunnen worden<br />

weerlegd door aan te geven dat hij zich niet door de door de beklaagde bekritiseerde<br />

uiting van het vermoeden van schuld gehouden acht, noch door te verwijzen naar het<br />

vermoeden dat de magistraten geacht worden bestand te zijn tegen de beeldvorming die<br />

uitgaat van publieke verklaringen van partijen, betrokken derden of louter derden of die<br />

uitgaat van de media.<br />

192. Voornoemde objectieve gronden die een schijn van partijdigheid creëren, kunnen<br />

voorhanden zijn wanneer door een magistraat, die zelf niet rechtstreeks over de<br />

voorliggende zaak dient te oordelen, uitspraken zijn gedaan die het vermoeden van<br />

onschuld van een beklaagde schenden, wanneer de werkelijke betekenis van de<br />

gebruikte bewoordingen geen twijfel over de schending van het vermoeden van onschuld<br />

laten bestaan, wanneer de uitlatingen plaatsvonden op een ogenblik waarop er in de<br />

strafprocedure nog geen definitieve uitspraak werd gedaan, wanneer de<br />

mediabelangstelling van die aard is dat de uitlatingen bij de beklaagde en de publieke<br />

opinie een ruime weerklank hebben gekregen en wanneer de hiërarchische positie van<br />

de betreffende magistraat van die aard is dat bij de beklaagde en de publieke opinie<br />

minstens de indruk kan bestaan dat de rechters die daadwerkelijk over de zaak zouden<br />

oordelen, hierdoor mogelijk zouden kunnen zijn beïnvloed, zonder dat een concrete<br />

beïnvloeding dient te worden aangetoond.<br />

193. Wanneer een beklaagde uitdrukkelijk aangeeft dat hij, ten gevolge van bepaalde feiten<br />

en/of omstandigheden die zijn vermoeden van onschuld in de hierboven omschreven<br />

omstandigheden schenden, twijfels heeft omtrent de onpartijdigheid van alle hoven van<br />

beroep, evenals van het Hof van Cassatie, dan zijn noch de procedure van de wraking,<br />

noch de procedure van de verwijzing van de ene rechtbank naar de andere rechtbank de<br />

geëigende procedures om aan deze twijfels en de bestaande schijn van partijdigheid te<br />

verhelpen, daar de instelling van elk van deze procedures zou betekenen dat een rechter,<br />

126

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!