VERZOEKSCHRIFT
VERZOEKSCHRIFT
VERZOEKSCHRIFT
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
9191/1288432.1<br />
To recapitulate, in order for the respondent State to be able to rely before the Court on the<br />
applicant's status as a civil servant in excluding the protection embodied in Article 6, two<br />
conditions must be fulfilled. Firstly, the State in its national law must have expressly<br />
excluded access to a court for the post or category of staff in question. Secondly, the<br />
exclusion must be justified on objective grounds in the State's interest.<br />
34. Thus, the Eskelinen judgment, which intended that a presumption of Article 6<br />
protection should exist, imposes a wider applicability than the Court's previous case-law.<br />
It also encompasses cases of dismissal, unless the domestic system excludes access to<br />
court in that respect. Article 6 does not apply only to cases where domestic law expressly<br />
excludes access to a court for the category of staff in question, and where this exclusion<br />
is justified by the State's objective interest."<br />
216. Hieruit volgt dat artikel 6 van het Verdrag wel degelijk van toepassing is op<br />
tuchtvervolgingen, evenals op strafvervolgingen, tegen rechters, alsook volgens de<br />
rechtspraak gevallen van afwijzing.<br />
Het Belgische interne recht stelt de tuchtvervolgingen immers in voor rechtscolleges (zie<br />
art. 412 Ger. W.: de eerste kamer van het Hof van Cassatie is bevoegd ten aanzien van<br />
de leden van de hoven van beroep) en bepaalt uitdrukkelijk het recht van klagers in de<br />
Belgische rechtsorde als een grote vernieuwing met de wet van 7 juli 2002 (B.S., 14<br />
augustus 2002). Anders gesteld, het indienen van een tuchtklacht is een door de<br />
Belgische wet erkend recht. Welnu, de uitoefening van dat door de Belgische wet erkend<br />
recht, moet Verdragsconform kunnen gebeuren. Dit betekent dan ook dat de behandeling<br />
van een klacht, als een wettelijk erkend rechtsinstrument, Verdragsconform moet kunnen<br />
gebeuren.<br />
De uitsluiting van artikel 6 van het Verdrag op de positie van de klagers in tucht is<br />
trouwens nooit de bedoeling van de Belgische wetgever geweest. Meer nog, de Hoge<br />
Raad voor de Justitie heeft bij de totstandkoming van de huidige Belgische wet het<br />
volgende geadviseerd (zie stuk nummer 62):<br />
1.2. Meer openheid in het tuchtrecht<br />
1.2.1. De H.R.J. werd opgericht om grondige verandering in de werking van het gerecht<br />
mee te brengen, waarbij de deelname van niet-magistraten moest instaan voor meer<br />
openheid.<br />
In die lijn moet de H.R.J. dan ook aandringen op meer transparantie in tuchtzaken.<br />
Daartoe moet worden voorzien dat de klager kan worden gehoord over zijn klacht door de<br />
instantie die bevoegd is om de tuchtvervolging in te stellen en moet gehoord worden door<br />
de Nationale Tuchtraad bevoegd om de klacht te onderzoeken (voorzien wordt dat de<br />
eerste de klager kan horen, zo dit nuttig geacht wordt om te kunnen beslissen over het<br />
instellen van een tuchtvervolging. De tweede moet de klager horen, gezien de klacht<br />
ernstig genoeg werd bevonden om een vervolging te verantwoorden).<br />
Om te voorkomen dat een eenvoudig telefoontje als klacht zou moeten behandeld worden<br />
moet het voorontwerp het begrip klacht nader omschrijven. Zonder in nodeloos<br />
formalisme te vervallen moet immers ook voldaan zijn aan de rechtszekerheid:<br />
140