Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
319<br />
In de korte roman Orpheus (1960) <strong>van</strong> ALBE <strong>het</strong>k<strong>en</strong>t de ik-figuur in zijn vri<strong>en</strong>d-kunst<strong>en</strong>aar E.<br />
Pemberton e<strong>en</strong> heuse Orpheus, niet alle<strong>en</strong> door di<strong>en</strong>s muzikaal tal<strong>en</strong>t maar vooral door di<strong>en</strong>s<br />
smart om <strong>het</strong> overlijd<strong>en</strong> <strong>van</strong> zijn vrouw. ‘De hartstochtelijk minn<strong>en</strong>de kunst<strong>en</strong>aar was inderdaad<br />
met elke zin afgedaald in de onderwereld <strong>van</strong> Hades <strong>en</strong> Persephone, dol<strong>en</strong>d als e<strong>en</strong> blinde op <strong>het</strong><br />
spoor <strong>van</strong> <strong>het</strong> eig<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong> <strong>en</strong> tast<strong>en</strong>d naar <strong>het</strong> licht, dat alle<strong>en</strong> de blik <strong>van</strong> zijn onsterfelijke<br />
Eurydike hem kon verl<strong>en</strong><strong>en</strong>.’ Wanneer ook de echtg<strong>en</strong>oot overlijdt, gelooft de ik-figuur in de<br />
gelukkige her<strong>en</strong>iging <strong>van</strong> <strong>het</strong> paar. ‘Thans geloof ik in de eeuwige rustplaats <strong>van</strong> Orpheus <strong>en</strong><br />
Eurydike.’<br />
In <strong>het</strong> kortverhaal <strong>van</strong> J. BROUWERS, Orpheus, in de bundel Het mes op de keel (1964) wacht<br />
de di<strong>en</strong>stplichtige matroos Victor (of mogelijk Vinc<strong>en</strong>t) terneergeslag<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> bar op <strong>het</strong> einde<br />
<strong>van</strong> de wereld. Als dit echter niet doorgaat, mijmert hij vol bitterheid over <strong>het</strong> verlies <strong>van</strong> zijn<br />
jeugd <strong>en</strong> zijn liefje. Maar plots is <strong>het</strong> geluk toch met hem: ‘Iemand praatte teg<strong>en</strong> hem. E<strong>en</strong><br />
zekere Judith. (Als Orpheus dacht hij, Ik heb mijn dode bruid terug).’ Voor hem is dit meisje<br />
zijn Judith rediviva. Na e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>malige ontmoeting met haar is hij weer alle<strong>en</strong>: ‘(Als Orpheus,<br />
dacht hij. Voor de tweede keer alle<strong>en</strong>.)’ Daarop ziet hij <strong>het</strong> niet meer zitt<strong>en</strong> <strong>en</strong> pleegt zelfmoord<br />
door verdrinking; “(Zelfs Orpheus kreeg ge<strong>en</strong> derde keer.)’<br />
Dat H. LAMPO e<strong>en</strong> zwak heeft voor mythologische held<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwijzing<strong>en</strong> is reeds uit zijn<br />
titelkeuze af te leid<strong>en</strong>. Orpheus ligt hem erg na aan <strong>het</strong> hart, want in twee werk<strong>en</strong>, waartuss<strong>en</strong><br />
meer dan twintig jaar ligt, speelt hij e<strong>en</strong> belangrijke rol.<br />
Vooreerst is daar de onvervulde liefdesverhouding in De geliefd<strong>en</strong> <strong>van</strong> Falun (1946). Uit e<strong>en</strong><br />
toevallige ontmoeting tuss<strong>en</strong> de Belgische journalist Christiaan Terborgh <strong>en</strong> de Zweedse Anna-<br />
L<strong>en</strong>ah groeit e<strong>en</strong> liefdesrelatie die gepredistineerd is om e<strong>en</strong> Orpheus-<strong>en</strong>-Eurydiceliefde te zijn.<br />
Hun beider liefdesverklaring<strong>en</strong> in de buurt <strong>van</strong> de Orfeusfontem <strong>van</strong> C. Milles te Stockholm<br />
kunn<strong>en</strong> niet anders klink<strong>en</strong> dan: ‘Je b<strong>en</strong>t niet alle<strong>en</strong> Eurudike. Je b<strong>en</strong>t ook de weergevond<strong>en</strong><br />
Eurudike.’ <strong>en</strong> ‘Ik zou hier ur<strong>en</strong> met jou will<strong>en</strong> rondsl<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>, vertrouwde mijn gezellin me toe.’<br />
Doch Christiaan voorvoelt: ‘Doch zo lang zou Orfeus Eurudike niet volg<strong>en</strong>, wèl? ’ Door de<br />
oorlog wordt hun verhouding onderbrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> als Christiaan haar dood verneemt, zoekt hij haar<br />
graf op waarop hij haar naam schrijft: Eurudike.<br />
In De god<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> hun getal hebb<strong>en</strong> (of) Kasper in de onderwereld (1969) vind<strong>en</strong> we e<strong>en</strong><br />
zonder meer magistrale ‘herwerking’ <strong>van</strong> de mythe waarin de drie gestalt<strong>en</strong> <strong>van</strong> Orpheus in<br />
symbiose lev<strong>en</strong> in Kasper. Vanaf <strong>het</strong> mom<strong>en</strong>t dat (de geestelijk gestoorde concertpianist)<br />
Kasper met zijn mondharmonika e<strong>en</strong> zeehond <strong>en</strong> e<strong>en</strong> tijger betovert, is de connectie met de<br />
magische Thracische bard gelegd. Zijn mu/iek is ook in staat geprikkelde stakers in e<strong>en</strong> café <strong>en</strong><br />
opgezweepte betogers te kalmer<strong>en</strong>. Met muziek valt vrede te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Wanneer we getuige zijn<br />
<strong>van</strong> optrekk<strong>en</strong>de schimm<strong>en</strong> op <strong>het</strong> kerkhof – waarin o.i. de auteur er Vergilius Georgica IV <strong>en</strong><br />
A<strong>en</strong>eis VI heeft op nageslag<strong>en</strong> – dan is Kasper t<strong>en</strong> volle de magische zanger in de onderwereld<br />
op zoek naar zijn geliefde.<br />
Bij die zoektocht door de strat<strong>en</strong> <strong>van</strong> Antwerp<strong>en</strong> komt hij in contact met de alchimist<br />
B<strong>en</strong>edictus die op zijn manier de weg naar de andere wereld zoekt. Beid<strong>en</strong> zijn <strong>het</strong> e<strong>en</strong>s over de<br />
k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>van</strong> die weg: geweldloosheid, goedheid <strong>en</strong> volgehoud<strong>en</strong> strev<strong>en</strong> naar wijsheid. In<br />
Kasper is de mysticus ontwaakt. Als hij bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> onder e<strong>en</strong> clownesk kruisbeeld zich verwant