Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
in tijd <strong>en</strong> ruimte voordo<strong>en</strong>, niet aan de buit<strong>en</strong>kant<br />
<strong>van</strong> hun materiele verschijningsvorm<strong>en</strong>,<br />
nl. de ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die tot de ‘petite<br />
histoire’ behor<strong>en</strong>, niet tot de intellectuele<br />
tiistoire universelle’, de ideeënhistorie, de<br />
historie <strong>van</strong> de filosofische system<strong>en</strong>. Deze<br />
ding<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> inderdaad zo, literair, creatief,<br />
bij oudere <strong>en</strong> jongere tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> <strong>van</strong> Van de<br />
Woestijne. We hoev<strong>en</strong> slechts aan <strong>het</strong> tijdgebond<strong>en</strong>,<br />
al dan niet geëngageerd werk te<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>van</strong> H. Gorter, A. Verwey, H. Roland<br />
Holst, A. Roland Holst, M. Nijhoff, P.<br />
<strong>van</strong> Ostaij<strong>en</strong>, ‘toujours lui! ’. Paul <strong>van</strong><br />
Ostaij<strong>en</strong>, <strong>van</strong> wie Van de Woestijne in 1929,<br />
<strong>het</strong> jaar <strong>van</strong> zijn dood, in Vandaag getuigde:<br />
‘Van Ostaij<strong>en</strong> is de laatste groote vreugde<br />
geweest in mijn jongste literaire lev<strong>en</strong>: zij<br />
blijft stral<strong>en</strong> in mij’. Voorts, in cursief: ‘hij<br />
vermocht <strong>het</strong>, op mijzelf over te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> wat<br />
hij-zelf als diepere, zij <strong>het</strong> meest-troebele<br />
ontroering had ondergaan bij <strong>het</strong> sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> zijn gedicht’. De ‘functie als dichter’<br />
<strong>van</strong> Van Ostaij<strong>en</strong>. die Van de Woestijne hier<br />
bedoelt, is weliswaar de functie uit zijn laatste<br />
organisch-expressionistische tijd, die hem<br />
naar de ‘poésie pure’ voerde, niet de functie<br />
uit zijn eerste humanitair-expressionistischè<br />
tijd, die hem naar e<strong>en</strong> vorm <strong>van</strong> unanimistisch<br />
collectivisme had gevoerd. Hoe dan<br />
ook, op de tweesprong 1928-1929, waarop<br />
na 1928 Van Ostaij<strong>en</strong> niet meer zijn volle<br />
maat heeft kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, terwijl vóór 1929<br />
Van de Woestijne, die nog wel had kunn<strong>en</strong><br />
gev<strong>en</strong>, staan hier twee poëzieopvatting<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over<br />
elkaar, twee est<strong>het</strong>ische system<strong>en</strong>,<br />
als gevolg <strong>van</strong> twee manier<strong>en</strong> dichter te zijn:<br />
de introverte individualistische <strong>en</strong> de extroverte<br />
unanimistische; de eerste wortel<strong>en</strong>d in<br />
de verhouding Ik èn de wereld, de tweede in<br />
de verhouding de wereld èn Ik, waartuss<strong>en</strong>,<br />
– <strong>het</strong> spreekt <strong>van</strong>zelf –, tal <strong>van</strong> schakering<strong>en</strong>.<br />
tuss<strong>en</strong>vorm<strong>en</strong> of noodbrugg<strong>en</strong> bestaan.<br />
Terwijl Paul <strong>van</strong> Ostaij<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> extroverte<br />
181<br />
dichtertype naar <strong>het</strong> introverte dichtcrtype<br />
is geëvolueerd, kan <strong>het</strong> teg<strong>en</strong>deel niet gezegd<br />
word<strong>en</strong> <strong>van</strong> de dichterlijke evolutie <strong>van</strong> Karel<br />
<strong>van</strong> de Woestijne. Zowel in poëzie als<br />
proza, vertoont bij hem wez<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschijning<br />
e<strong>en</strong> introverte of individualistische<br />
structuur, die constant is. Als er bij Van de<br />
Woestijne evolutie is, – <strong>en</strong> die is er ongetwijfeld,<br />
– dan vertoont zich die, op <strong>het</strong><br />
constante niveau hier<strong>van</strong>, elders <strong>en</strong> anders,<br />
nl. in de manier waarop <strong>het</strong> <strong>en</strong>kel gericht<br />
zijn op zichzelf, zich <strong>van</strong> zintuiglij kheid naar<br />
bov<strong>en</strong>zintuiglijkheid, <strong>van</strong> de splijt<strong>en</strong>de onrust<br />
wekk<strong>en</strong>de zinn<strong>en</strong> naar God als ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>d,<br />
geruststell<strong>en</strong>d Getal heeft ontwikkeld.<br />
Derhalve in de persoon zelf, niet buit<strong>en</strong> de<br />
persoon: ev<strong>en</strong>min in de persoon die zich<br />
verhoudt tot de wereld, of omgekeerd. De<br />
wereld is hier de wereld der zinn<strong>en</strong>, die tot<br />
de persoon behor<strong>en</strong>.<br />
Het is dus wel zo dat Van de Woestijne, als<br />
individualist uit <strong>het</strong> eerste kwart <strong>van</strong> de<br />
20ste eeuw, onmiddellijk aansluit bij die<br />
eeuw<strong>en</strong>oude traditie, – historisch de <strong>en</strong>ig<br />
geld<strong>en</strong>de, literair de <strong>en</strong>ig doelbewuste, – op<br />
<strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> <strong>het</strong> persoonlijk schepp<strong>en</strong>d<br />
schrijv<strong>en</strong>, waarop <strong>het</strong> gestalte gev<strong>en</strong> aan <strong>het</strong><br />
eig<strong>en</strong> zelf stof <strong>en</strong> einddoel is. Zij heeft altijd<br />
bestaan, <strong>en</strong> loopt als e<strong>en</strong> rode draad doorhe<strong>en</strong><br />
de Oosters-Westerse literatuur, <strong>van</strong>af<br />
<strong>het</strong> Hooglied <strong>van</strong> Salomo tot <strong>en</strong> met de<br />
poëzie <strong>van</strong> Baudelaire, zelf eind- <strong>en</strong> beginpunt;<br />
als beginpunt die <strong>van</strong> de traditie <strong>van</strong> de<br />
decad<strong>en</strong>te, symbolistische Fin de siècle-literatuur.<br />
Trouw<strong>en</strong>s, ev<strong>en</strong>min als <strong>van</strong> zijn zinnelijk<br />
geslacht komt de lyrische of epischlyrische<br />
schepp<strong>en</strong>de schrijver er niet toe zich<br />
te bevrijd<strong>en</strong> <strong>van</strong> zijn individueel Ego. Ik bedoel<br />
ook zijn Alter ego of – om met de<br />
dieptepsychologie te sprek<strong>en</strong> – zijn diepere<br />
Es, of dit nu <strong>het</strong> persoonlijk bewuste, of <strong>het</strong><br />
persoonlijk onbewuste is in functie <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
collectief onbewuste.