17.11.2012 Views

Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar

Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar

Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

drukking vond in e<strong>en</strong> ‘reeds vroeg-rijp geschoolde<br />

taalmacht’, <strong>en</strong> deze taalmacht niet<br />

<strong>en</strong>kel tot e<strong>en</strong> ‘tweede natuur’, ook tot e<strong>en</strong><br />

‘onlesbare natuur’ was geword<strong>en</strong>, had zulks<br />

tot gevolg dat zijn’ artistieke geaardheid die<br />

<strong>van</strong> e<strong>en</strong> ‘bijna dierlijk, artiest-zijn’ was geword<strong>en</strong>,<br />

‘deze lichamelijke pot<strong>en</strong>tie om gedur<strong>en</strong>de<br />

de l<strong>en</strong>gte <strong>van</strong> e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> de stem<br />

vibrer<strong>en</strong>de te houd<strong>en</strong> in de keel’. Het blijkt<br />

eerder e<strong>en</strong> zuidelijk dan e<strong>en</strong> noordelijk verschijnsel<br />

te zijn, dit sam<strong>en</strong>gaan in de taal <strong>van</strong><br />

aan de <strong>en</strong>e kant ‘barre abstracties’ <strong>van</strong> de<br />

geest, ‘ontsteg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>’, aan de andere ‘kwalijk-aanvaarde<br />

aardsheid’; aan de <strong>en</strong>e kant<br />

‘spiraalstrakke tocht<strong>en</strong> naar de ledige ruimt<strong>en</strong>’,<br />

aan de andere ‘huil<strong>en</strong>de nederlag<strong>en</strong> naar<br />

de diepte zijner natuur toe’. Hij komt Nijhoff<br />

voor als de k<strong>en</strong>taur, geklemd tuss<strong>en</strong> de<br />

‘vleselijkheid <strong>van</strong> zijn stem’, de ‘directheid<br />

<strong>van</strong> zijn instinct<strong>en</strong>’, <strong>het</strong> ‘verbanningsgevoel<br />

binn<strong>en</strong> dit aardse’, <strong>en</strong> de ‘laatste gr<strong>en</strong>s <strong>van</strong><br />

e<strong>en</strong>zelvige bewustheid’, t<strong>en</strong> slotte zijn ‘in ’t<br />

zicht houd<strong>en</strong> <strong>van</strong> nog maar één <strong>en</strong>kel punt<br />

<strong>van</strong> aanschouw<strong>en</strong>: God, niets dan God zelf.<br />

Van de Woestijne was er de dichter niet naar,<br />

om als Nijhoff zelf, ook voortgekom<strong>en</strong> uit<br />

<strong>het</strong> modernistisch symbolisme met classicistische<br />

allures, zijn zware stemming<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong><br />

‘los-drom<strong>en</strong>’, zijn moedeloze mijmering<strong>en</strong> te<br />

lat<strong>en</strong> ‘wegijl<strong>en</strong>’, e<strong>en</strong> poètiek die Nijhoff aan<br />

<strong>het</strong> einde <strong>van</strong> zijn ontwikkeling <strong>en</strong>igszins<br />

heeft gewijzigd tot e<strong>en</strong> terugkeer naar de<br />

aarde, individueel <strong>en</strong> collectief bewoonbaar.<br />

Tuss<strong>en</strong> de ‘Modder<strong>en</strong> Man’ <strong>en</strong> de ‘Heilige <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Getal’ <strong>van</strong> Van de Woestijne, heeft Nijhoff<br />

zelf uiteindelijk voor de gewone Man<br />

gekoz<strong>en</strong>. Hoe dan ook: ‘Wat <strong>het</strong> ‘vleesch’ is,<br />

<strong>en</strong> <strong>het</strong> hinder<strong>en</strong>de daar<strong>van</strong>, nooit is <strong>het</strong> in<br />

<strong>het</strong> Nederlands zo vleselijk uitgesprok<strong>en</strong>’, als<br />

in de lyriek <strong>en</strong> de epiek <strong>van</strong> Van de Woestijne,<br />

<strong>het</strong> ‘dichterdier’.<br />

Na de vorige belichting <strong>van</strong> Karel <strong>van</strong> de<br />

Woestijne als epicus, subs. lyricus <strong>en</strong> pro-<br />

187<br />

zaïst, eerst door Albert Verwey als verteg<strong>en</strong>woordiger<br />

<strong>van</strong> de oudere modernistische neoclassicistische<br />

g<strong>en</strong>eratie, dan door Paul <strong>van</strong><br />

Ostaij<strong>en</strong> als verteg<strong>en</strong>woordiger <strong>van</strong> de jongere<br />

modernistische a<strong>van</strong>t-garde g<strong>en</strong>eratie,<br />

eindelijk door Martinus Nijhoff als bemiddelaar<br />

tuss<strong>en</strong> beid<strong>en</strong>, - met dan toch e<strong>en</strong><br />

sterke voorkeur voor de stelling <strong>van</strong> Verwey<br />

<strong>en</strong> Van Ostaij<strong>en</strong>, nl. die <strong>van</strong> Van de Woestijne<br />

als <strong>het</strong> ‘dichterdier’ – is <strong>het</strong> goed zich de<br />

vraag te stell<strong>en</strong> of <strong>en</strong> in hoever de literaire<br />

kritiek gepoogd heeft, op meer wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

dan wel essayistische wijze, zich e<strong>en</strong><br />

idee te vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> wez<strong>en</strong>lijk creatief<br />

karakter, d.i. <strong>het</strong> f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ologisch-structureel<br />

substraat <strong>van</strong> bedoelde verbeeldingswereld.<br />

Wat heeft Van de Woestijne daartoe<br />

aangezet? Het is e<strong>en</strong> eerste vraag, die in dit<br />

verband rijst. Voorts, waarom o.m. antieke,<br />

d.i. Griekse of Latijnse mythische verbeelding<strong>en</strong>?<br />

Hoe werd<strong>en</strong> die geïntegreerd in zijn<br />

werk, als gestaltegeving <strong>van</strong> eig<strong>en</strong> problematiek?<br />

Was die integratie noodzakelijk, is die<br />

echt of vals, kwam die op tijd of te laat,<br />

rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>de met zijn situatie als<br />

schrijver teg<strong>en</strong>over zichzelf, t<strong>en</strong> slotte teg<strong>en</strong>over<br />

de evolutie <strong>van</strong> de Nederlandse literatuur,<br />

in haar geheel’?<br />

Het blijkt dat over de diverse aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />

de problematiek, <strong>van</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

standpunt uit, is nagedacht 11 . Vooral dan<br />

door Prof. P. Minderaa, in zijn bek<strong>en</strong>de monografie.<br />

12<br />

Het lijkt me niet noodzakelijk opnieuw te<br />

herhal<strong>en</strong> wat Minderaa betoogd heeft, in <strong>het</strong><br />

bijzonder wat de ontdekking <strong>en</strong> bewondering<br />

betreft <strong>van</strong> Van de Woestijne <strong>van</strong> <strong>en</strong><br />

voor de klassiek<strong>en</strong>, op <strong>het</strong> Kon. Ath<strong>en</strong>eum<br />

te G<strong>en</strong>t, aan de G<strong>en</strong>tse Rijksuniversiteit,<br />

na eig<strong>en</strong> lectuur, ev<strong>en</strong>min op de eerste<br />

spor<strong>en</strong> te wijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun beïnvloeding in<br />

zijn lyriek, proza of kritiek. M<strong>en</strong> vindt hierover<br />

voldo<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s in de monografie<br />

<strong>van</strong> Minderaa, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in de twee hoofd-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!