Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
158<br />
komt morg<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k ik, klaar’. Op 21 Juli<br />
deelt hij mee uit p<strong>en</strong>sion Rustoord te Putt<strong>en</strong><br />
op de Veluwe: ‘De Prospectus is nog niet<br />
gereed ... de vrouw werkt niet zoo heel<br />
gauw! ’ Kort daarna moet <strong>het</strong> voltooid geweest<br />
zijn, want op 23 Augustus lez<strong>en</strong> we:<br />
‘Z<strong>en</strong>d ook proef <strong>van</strong> dat prospectus, hoor,<br />
want ik moet <strong>het</strong> beslist nazi<strong>en</strong>’. De tekst<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> prospectus leek voorgoed verlor<strong>en</strong> te<br />
zijn, maar kon in <strong>het</strong> Letterkundig Museum<br />
gelukkig gereconstrueerd word<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> stuk<br />
er<strong>van</strong> is namelijk bewaard, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>sie<br />
<strong>van</strong> De Berg <strong>van</strong> Licht wordt <strong>het</strong> overige<br />
gedeelte geciteerd. De volledige tekst is nooit<br />
herdrukt, <strong>en</strong> daarom mag deze hier in zijn<br />
totaliteit volg<strong>en</strong>. <strong>Couperus</strong> schrijft:<br />
‘De roman <strong>van</strong> Heliogabalus, Helegabalus,<br />
Elagabalus (alle die nam<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> recht <strong>van</strong><br />
bestaan) speelde mij reeds ti<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> lang<br />
door d<strong>en</strong> geest. Van af <strong>het</strong> eerste oog<strong>en</strong>blik,<br />
dat ik de ruines <strong>van</strong> <strong>Rome</strong> zag. De keizerstijd<br />
<strong>van</strong> de 2de <strong>en</strong> 3de eeuw na Chr. is zoo<br />
mooi te evoqueer<strong>en</strong> tussch<strong>en</strong> die ruïnes.<br />
ledere tourist die Forum <strong>en</strong> Palatijn heeft<br />
gezi<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>ige aandacht, zal <strong>het</strong> décor<br />
<strong>van</strong> de scène der aanbidding <strong>van</strong> ’s keizers<br />
beelt<strong>en</strong>is (einde Eerste Deel) zich goed kunn<strong>en</strong><br />
voorstell<strong>en</strong> ... Tussch<strong>en</strong> de keizers heeft<br />
mij <strong>het</strong> meest altijd getroff<strong>en</strong> de figuur <strong>van</strong><br />
<strong>het</strong> mooie zonnepriestertje, dat tot keizer<br />
werd uitgeroep<strong>en</strong>, omdat <strong>het</strong> Leger verliefd<br />
op hem was <strong>en</strong> omdat hij zoo mooi kon<br />
dans<strong>en</strong>. Het was e<strong>en</strong> antieke ziel, zoowel <strong>van</strong><br />
één persoon, als <strong>van</strong> e<strong>en</strong> geheele M<strong>en</strong>igte, die<br />
ik me moest d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Dat sche<strong>en</strong> mij heel<br />
interessant. Maar ik dacht telk<strong>en</strong>s, gedur<strong>en</strong>de<br />
al die jar<strong>en</strong>: ik b<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> érudit, e<strong>en</strong> ‘historische’<br />
roman te schrijv<strong>en</strong> is niets voor mij ...<br />
Toch liet de idee mij niet los, kwam telk<strong>en</strong>s<br />
weer terug ... Ook dacht ik: <strong>het</strong> boek is niet<br />
e<strong>en</strong> boek voor e<strong>en</strong> Hollands<strong>en</strong> publiek ... En<br />
ik schreef <strong>het</strong> niet ... To<strong>en</strong> las ik L’Agonie<br />
<strong>van</strong> Jean Lombard (dezelfde periode). Gedur<strong>en</strong>de<br />
die lectuur dacht ik: Nu schrijf ik<br />
zeker mijn boek niet: <strong>het</strong> is al geschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
mooier dan ik <strong>het</strong> do<strong>en</strong> kan ... Maar na de<br />
lektuur dacht ik: ne<strong>en</strong>; Lombard geeft d<strong>en</strong><br />
roman <strong>van</strong> <strong>Rome</strong> in di<strong>en</strong> tijd, <strong>en</strong> niet d<strong>en</strong><br />
roman <strong>van</strong> <strong>het</strong> keizertje; niet de ziel <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
priestertje, dat zoo mooi dans<strong>en</strong> kon. En zoo<br />
b<strong>en</strong> ik er toe gekom<strong>en</strong> <strong>het</strong> boek te schrijv<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> die ziel te gev<strong>en</strong>, zoo goed ik kon.<br />
Bronn<strong>en</strong> war<strong>en</strong> Herodianus <strong>en</strong> Lampridius;<br />
voornamelijk Herodianus geeft e<strong>en</strong> kort verhaal:<br />
Lampridius heel veel détails. Beid<strong>en</strong><br />
keur<strong>en</strong> af, kritizeer<strong>en</strong>, veroordel<strong>en</strong>, zonder<br />
e<strong>en</strong>ige zielkundige analyse. Maar de détails<br />
<strong>van</strong> Lampridius (vermoedelijk vele waar) zijn<br />
interessant <strong>en</strong> de ‘ziel’ schuilt er achter. Ik<br />
vind achter de droge opsomming <strong>van</strong> allerlei<br />
trekjes de ziel <strong>van</strong> <strong>het</strong> jonge priestertje; Aziatisch<br />
(ge<strong>en</strong> <strong>Rome</strong>insche ziel) (hij was ook<br />
ge<strong>en</strong> <strong>Rome</strong>in); heel vroom (aan de zon),<br />
bijna dweepziek, ingewijd in de Mysteriën<br />
der Magiërs <strong>en</strong> de geheime wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />
der kabbala; e<strong>en</strong> vrouwelijke ziel in e<strong>en</strong> bizonder<br />
schoon<strong>en</strong> mannelijk<strong>en</strong> vorm, zoo dat<br />
de Magiërs in hem zag<strong>en</strong> de illusie <strong>van</strong> de<br />
weer op aarde ge incarneerde Man-Vrouw;<br />
zoo bekoorlijk <strong>en</strong> innem<strong>en</strong>d in al zijn uiting<strong>en</strong>,<br />
dat e<strong>en</strong> geheel Volk, e<strong>en</strong> geheel Leger<br />
<strong>van</strong> ruwe soldat<strong>en</strong> hem aanbad; gemaal in<br />
zijn danskunst, in <strong>het</strong> sprek<strong>en</strong> <strong>van</strong> tal<strong>en</strong><br />
(zoodra hij Keizer was, oef<strong>en</strong>de hij zijn Latijn<br />
<strong>en</strong> sprak <strong>het</strong> dadelijk zuiver); zoowel<br />
vroom in zijn godsdi<strong>en</strong>st, als dol vroolijk <strong>van</strong><br />
kinderlijke jeugd ... Nog tal <strong>van</strong> schakeering<strong>en</strong><br />
meer, die telk<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> nieuw facet lat<strong>en</strong><br />
vonkel<strong>en</strong> ... Het lachte mij toe, dat alles te<br />
gev<strong>en</strong>, vooral omdat ik de eerste zou zijn, die<br />
Helegabalus zoo opvatte. Niemand die over<br />
hem schreef, of hij heeft hem gelasterd, zelfs<br />
Lombard. Het jongetje was e<strong>en</strong> bedorv<strong>en</strong><br />
Kind <strong>en</strong> zeker hysterisch in zijn man-vrouwelijkheid<br />
maar hij was niet <strong>en</strong>kel ‘liederlijk’ <strong>en</strong><br />
meer niet. Hij was g<strong>en</strong>iaal, <strong>en</strong> artiest in alles<br />
wat hij deed. Hij is de laatste weerschijn <strong>van</strong><br />
de Antieke Schoonheid <strong>en</strong> de Antieke