Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Couperus ' Komedianten' en het Rome van Domitianus - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Dan spreekt uit I 4 19 wel e<strong>en</strong>heel andere wereld:<br />
Marsyas<br />
Hij was ge<strong>en</strong> snoever <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ijdeltuit,<br />
Maar daagde Apollo uit alle<strong>en</strong> omdat<br />
Hij zich steeds ver <strong>van</strong> hem gehoud<strong>en</strong> had<br />
En in zijn stem ’t verter<strong>en</strong>d godsgeluid<br />
Nooit had geduld, noch op zijn kunst’naarspad<br />
Die str<strong>en</strong>g wijz<strong>en</strong>de hand, noch in zijn fluit<br />
Dat vreemde zucht<strong>en</strong>, dat de gr<strong>en</strong>s beduidt<br />
Voor wie zichzelf liefst onverm<strong>en</strong>gd bezat.<br />
Vertrouwd ook met de diepste kunsfnaarskwal<strong>en</strong>,<br />
Bestreed de god hem niet als e<strong>en</strong> gevaar,<br />
Maar trof hem slechts met zijn alzi<strong>en</strong>de stral<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> – om zichzelf te zijn – trok hij zijn huid,<br />
Dat goddelijk bezoedeld schandkleed, uit<br />
En bloedde naakt <strong>en</strong> stierf als kunst<strong>en</strong>aar.<br />
223<br />
De bij uitstek dionysische Marsyas wordt onmiddellijk met e<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>ning <strong>van</strong> de traditie<br />
geïntroduceerd, die ev<strong>en</strong> doet d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de retorische gelad<strong>en</strong>heid <strong>van</strong> Revius: ’T <strong>en</strong> zijn de<br />
Jod<strong>en</strong> niet, Heer Jesu, die u cruyst<strong>en</strong>...’.<br />
Dit is t<strong>en</strong>zij m<strong>en</strong> <strong>het</strong> slot <strong>van</strong> I 2 al als zodanig wil beschouw<strong>en</strong> de eerste directe confrontatie<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> dionysische <strong>en</strong> Apollo. Het lijkt wel of ‘ge<strong>en</strong> ijdeltuit’ in de eerste regel e<strong>en</strong> scherpe<br />
teg<strong>en</strong>stelling moet vorm<strong>en</strong> met Orpheus’ w<strong>en</strong>s bewonderd te word<strong>en</strong> in de laatste regels <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
voorafgaande sonnet.<br />
M<strong>en</strong> herinnert zich <strong>het</strong> verhaal: <strong>het</strong> primitieve natuurwez<strong>en</strong>, de satyr Marsyas, raapt de door<br />
Ath<strong>en</strong>e versmade fluit op 20 <strong>en</strong> waagt <strong>het</strong> in e<strong>en</strong> muziekwedstrijd met zijn fluit <strong>het</strong> teg<strong>en</strong> <strong>het</strong><br />
verhev<strong>en</strong> lierspel <strong>van</strong> de god Apollo op te nem<strong>en</strong>. Midas dankte er zelfs zijn ezelsor<strong>en</strong> aan. Ook<br />
hier weer e<strong>en</strong> omkering <strong>van</strong> <strong>het</strong> traditionele verhaal: niet de wrede god straft de satyr voor zijn<br />
hybris door hem te vill<strong>en</strong>, ne<strong>en</strong>, als hij door de alzi<strong>en</strong>de god met zijn stral<strong>en</strong> is getroff<strong>en</strong>, 21<br />
voelt Marsyas zich bezoedeld, doet zich dit lot zelf aan <strong>en</strong> bevestigt sterv<strong>en</strong>d zo zijn kunst<strong>en</strong>aarschap.<br />
Voordat wij dit kardinale gedicht nader beschouw<strong>en</strong>, nog e<strong>en</strong> Nietzsche-citaat, zoals te verwacht<strong>en</strong><br />
ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s uit Die Geburt der Tragödie (Schlechta I, p. 49); ‘(Der Satyr) war das Urbild des<br />
M<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>, der Ausdruck seiner höchst<strong>en</strong> und starkst<strong>en</strong> Regung<strong>en</strong>, als begeisterter Schwarmer,<br />
d<strong>en</strong> die Nahe des Gottes <strong>en</strong>tzückt, als mitleid<strong>en</strong>der G<strong>en</strong>osse, in dem sich das Leid<strong>en</strong> des Gottes<br />
wiederholt, als Weisheitsverkünder aus der fietst<strong>en</strong> Brust der Natur heraus, (...). Der Satyr war:<br />
etwas Erhäb<strong>en</strong>es und Göttliches: so musste er besonders dem schmerzlich gebrochn<strong>en</strong> Bliek des<br />
dionysisch<strong>en</strong> M<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> dünk<strong>en</strong>.’ 22<br />
In Vestdijks sonnet is Marsyas ongetwijfeld als echte kunst<strong>en</strong>aar gezi<strong>en</strong>, maar in <strong>het</strong> octaaf is hij