De guillotine (Simone van der Vlugt)
De guillotine (Simone van der Vlugt)
De guillotine (Simone van der Vlugt)
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
17<br />
Het grootste deel <strong>van</strong> de nacht ligt Sandrine wakker. Het dunne,<br />
smerige stromatras bezorgt haar luizen en pijn in haar rug. Hoe<br />
heeft ze ooit haar bed bij de Lambertins hard en ongerieflijk kunnen<br />
vinden?<br />
In die stille donkere uren overvalt haar de paniek die ze vlak na<br />
haar arrestatie heeft weten te on<strong>der</strong>drukken. Ze zit ge<strong>van</strong>gen. Ze<br />
zal worden voorgeleid aan het Tribunaal. Ze zal oog in oog staan<br />
met de Officier <strong>van</strong> Justitie, Fouquier-Tinville. Ze zal het doodvonnis<br />
over zich horen uitspreken.<br />
Met een ingehouden kreet vliegt ze overeind en staart in het<br />
donker. Ze is nat <strong>van</strong> het zweet. Ze wacht tot haar hart weer tot<br />
bedaren komt voor ze gaat liggen. Is Nicolas ook wakker? Dat zal<br />
haast wel.<br />
Sandrine sluit haar ogen en probeert het beeld <strong>van</strong> de <strong>guillotine</strong><br />
te verdrijven. Uiteindelijk valt ze toch in slaap en als ze haar ogen<br />
weer opent, is het wat lichter.<br />
Heel even weet Sandrine niet waar ze is, maar dan herkent ze<br />
haar cel. Liggend op haar rug vecht ze tegen de golf <strong>van</strong> wanhoop<br />
die haar overvalt. <strong>De</strong> vrouw op het an<strong>der</strong>e stromatras snurkt.<br />
Sandrine blijft doodstil liggen tot ze voetstappen en luide stemmen<br />
in de gang hoort. Het zijn de ge<strong>van</strong>genenbewaar<strong>der</strong>s die de deuren<br />
komen openen.<br />
'Opstaan!' schreeuwen ze naar binnen.<br />
Sandrine staat op. Ze strijkt de kreukels uit haar rok en haalt<br />
haar vingers door haar haren. Alsof ze zo de straat op kan lopen,<br />
zet ze haar mutsje op. Achter haar komt haar celgenote overeind.<br />
Ze ziet er niet meer zo passief en afgetobd uit. Nu pas ziet Sandrine<br />
dat ze lang niet zo oud is als ze had gedacht. Tegen de <strong>der</strong>tig misschien.<br />
<strong>De</strong> vrouw knikt haar toe.<br />
'Goedemorgen', zegt Sandrine.<br />
<strong>De</strong> vrouw lacht, maar het klinkt niet vrolijk.<br />
'Ja', zegt ze. 'Goedemorgen. Ik ben Cécile Pontier.'<br />
'Sandrine ... Bonnet.'<br />
Cécile hoort de korte aarzeling.<br />
155