Errata Kennisbasis Nederlandse taal Lerarenopleiding ... - Mentorix
Errata Kennisbasis Nederlandse taal Lerarenopleiding ... - Mentorix
Errata Kennisbasis Nederlandse taal Lerarenopleiding ... - Mentorix
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Omschrijving Het vermogen tot communiceren.<br />
Toelichting Dit begrip wordt in vier typen deelcompetenties gesplitst:<br />
- grammaticale competentie: de <strong>taal</strong>gebruiker beschikt over fonologische en<br />
syntactische vaardigheden en over een adequate woordenschat;<br />
- tekstuele competentie: de <strong>taal</strong>gebruiker is vaardig in het doorzien van de<br />
opbouw van teksten en kan teksten structureren;<br />
- strategische competentie: de <strong>taal</strong>gebruiker kan strategieën hanteren om<br />
communicatieve doelen te bereiken (bijvoorbeeld overtuigen, aanzetten tot<br />
actie);<br />
- functionele competentie: de <strong>taal</strong>gebruiker kan zijn <strong>taal</strong>gebruik aanpassen aan<br />
specifiek contexten.<br />
Zie ook Spreekdoelen, gesprekssituaties.<br />
1.3.6 (2.3.4) Cognitieve Academische Taalvaardigheid (CAT)<br />
Omschrijving De vaardigheid om <strong>taal</strong> op een abstract niveau te kunnen gebruiken om zo in<br />
een schoolse context nieuwe informatie te kunnen verwerven en verwerken.<br />
Toelichting In schoolse situaties moeten leerlingen kunnen beschikken over meer abstracte<br />
<strong>taal</strong> (Cognitieve Academische Taalvaardigheid (CAT) dan in dagelijkse<br />
situaties, waarin vaak meer concrete <strong>taal</strong> volstaat (Dagelijks Algemeen<br />
Taalgebruik (DAT)).<br />
Deze twee typen <strong>taal</strong> onderscheiden zich vooral op de dimensies cognitieve<br />
complexiteit (rapporteren is bijvoorbeeld gemakkelijker dan argumenteren) en<br />
contextuele steun (de uitleg van de werking van een sluis is bijvoorbeeld<br />
gemakkelijker te volgen als illustraties of filmbeelden worden gebruikt).<br />
Zie ook Cognitieve functies van <strong>taal</strong>; sociale functies van <strong>taal</strong>.<br />
1.3.7 (2.3.5, 8.1.5) Taalvariatie<br />
Omschrijving De verscheidenheid in <strong>taal</strong>gebruik tussen mensen en groepen mensen. De<br />
concrete verschijningsvormen van <strong>taal</strong>variatie worden <strong>taal</strong>variëteiten genoemd.<br />
Toelichting Ieder land kent vele <strong>taal</strong>variëteiten. Er zijn verschillen tussen individuen, tussen<br />
groepen (bijvoorbeeld jongeren, yuppen, politici), tussen regio’s (dialecten),<br />
maar bijvoorbeeld ook tussen thuis<strong>taal</strong> en school<strong>taal</strong>. In de <strong>Nederlandse</strong><br />
samenleving hebben we naast al deze variëteiten ook te maken met de speciale<br />
positie van de Friese <strong>taal</strong> en met de talen van allochtone minderheden.<br />
Het huidige standaard Nederlands is in feite niets meer dan een dialect.<br />
Eeuwenlang was er de tegenstelling tussen het Latijn en de volks<strong>taal</strong>, een grote<br />
verzameling streektalen die in de Nederlanden werden gesproken. Gaandeweg<br />
zijn we gaan spreken van het AN (Algemeen Nederlands) of het standaard<br />
Nederlands tegenover dialecten (streektalen). Het Fries en het Nedersaksisch<br />
zijn in Nederland, naast het Nederlands, de enige talen die de status van<br />
standaardtalen hebben gekregen.<br />
Het verschil tussen dialect en standaard<strong>taal</strong> is voor een belangrijk deel een<br />
verschil in status. Niet zelden worden dialecten gezien als een ‘primitieve’ vorm<br />
van het AN, terwijl ze in werkelijkheid volledig gelijkwaardig zijn. De keuze om<br />
een bepaalde variëteit op een gegeven moment uit te roepen tot de<br />
standaardvariëteit, is een politieke, geen <strong>taal</strong>kundige. Met het oog op de<br />
mogelijkheden voor wat betreft het onderwijs en de arbeidsmarkt, is het wel van<br />
belang dat gebruikers van streektalen ook het AN beheersen.<br />
Iedere spreker beschikt over diverse variëteiten. De keuze voor het gebruiken<br />
daarvan hangt af van bijvoorbeeld de gesprekspartners, de geografische plaats<br />
en de gesprekssituatie.<br />
Zie ook Gesprekssituatie; <strong>taal</strong>verandering.<br />
1.3.8 Taalachterstand<br />
Omschrijving Een relatief laag <strong>taal</strong>vaardigheidsniveau in vergelijking met moeder<strong>taal</strong>sprekers<br />
van ongeveer dezelfde leeftijd.<br />
Toelichting Dit begrip gaat terug op door onderwijskundigen in de jaren zestig van de vorige<br />
Voetstuk van de Pabo, <strong>Kennisbasis</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>taal</strong>, pag. 67