03.09.2013 Views

Errata Kennisbasis Nederlandse taal Lerarenopleiding ... - Mentorix

Errata Kennisbasis Nederlandse taal Lerarenopleiding ... - Mentorix

Errata Kennisbasis Nederlandse taal Lerarenopleiding ... - Mentorix

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Zie ook School<strong>taal</strong>woorden; relaties in teksten; begrijpend lezen in een tweede <strong>taal</strong>;<br />

begrijpend lezen en <strong>taal</strong>ontwikkelend vakonderwijs.<br />

2.2.1 Selecteren van woorden<br />

Omschrijving De leraar kiest woorden voor het woordenschatonderwijs.<br />

Toelichting Het is van belang dat woorden die binnen het woordenschatonderwijs worden<br />

aangeboden, zorgvuldig worden geselecteerd. Het belangrijkste is natuurlijk<br />

woorden te kiezen die de leerlingen nog niet kennen.<br />

Criteria die daarnaast gehanteerd worden, zijn:<br />

- woordfrequentie: hoe vaak komt een woord in gesproken en geschreven <strong>taal</strong><br />

voor? Die woorden zijn belangrijk om te kennen. Hierbij kunnen<br />

woordfrequentielijsten worden gehanteerd;<br />

- nut: hoe nuttig is het woord voor een leerling? Dit hangt voor een deel samen<br />

met woordfrequentie. Woorden die veel voorkomen, zijn meestal nuttig om te<br />

kennen. Soms selecteren leraren woorden op grond van nuttigheid, hoewel ze<br />

in een woordfrequentielijst niet hoog in rangorde staan. Het kan zijn dat het in<br />

een bepaalde situatie, zoals in een project, noodzakelijk is ze toch aan te leren;<br />

- context: als een woord in een bepaalde context, zoals een project of een<br />

prentenboek, duidelijk wordt gebruikt, is het voor de leraar belangrijk die kans te<br />

benutten en dat woord aan te leren.<br />

Ten slotte is het niet handig kinderen losse woorden aan te leren. Het is<br />

effectiever meerdere woorden in een logisch en zinvol verband aan te bieden.<br />

De leraar maakt woordgroepen (woordclusters) en neemt bijvoorbeeld de<br />

woorden licht en donker samen of kiest woorden rond een bepaald thema, zoals<br />

ziekenhuis, dokter, verpleegster, injectie en operatie.<br />

Zie ook Woordenschatopbouw; woordfrequentie; semantiseren; tekstbegrip.<br />

2.2.2 Semantiseren<br />

Omschrijving De leraar legt in deze fase van de woordenschatdidactiek woordbetekenissen<br />

uit en licht ze toe.<br />

Toelichting Het is belangrijk dat de leraar dit zelf doet en niet de betekenis terugvraagt aan<br />

de kinderen. Velen kennen het woord immers niet of onvolledig. Het is de taak<br />

van de leraar te bepalen welke betekenisaspecten kenmerkend zijn en hoe hij<br />

de uitleg zo duidelijk mogelijk kan maken.<br />

Hierbij kan hij de ‘drie uitjes’ (Van den Nulft & Verhallen 2001) gebruiken:<br />

- uitbeelden: de leraar maakt de woordbetekenis zichtbaar met beelden,<br />

gebaren en voorwerpen;<br />

- uitleggen: de leraar ondersteunt de beelden met verbale uitleg, omschrijft de<br />

betekenis, geeft voorbeelden en gebruikt de woorden veelvuldig. Hij houdt de<br />

uitleg kort en krachtig;<br />

- uitbreiden: de leraar koppelt in zijn uitleg het woord aan andere woorden die<br />

betekenisverbindingen hebben met het woord (woordgroep). Hij plaatst het<br />

woord in een netwerk van andere woorden.<br />

Zie ook Woordenschatopbouw; selecteren van woorden; didactisch model<br />

woordenschatuitbreiding.<br />

2.2.3 Incidenteel woordenschatonderwijs<br />

Omschrijving Een vorm van woordenschatonderwijs waarbij woordbetekenissen min of meer<br />

toevallig aan de orde komen, bijvoorbeeld bij het lezen van teksten.<br />

Toelichting De leraar gaat uit van het <strong>taal</strong>aanbod dat zich voordoet, bijvoorbeeld in teksten,<br />

en legt woorden uit wanneer hij merkt dat leerlingen het woord niet kennen. Dit<br />

is belangrijk voor de leerlingen om de activiteit te kunnen volgen en om actief<br />

mee te kunnen doen.<br />

Algemeen wordt aangenomen dat de kans klein is dat de woordenschat van de<br />

leerlingen hiermee wordt uitgebreid. Uit onderzoek is gebleken dat woorden<br />

daarvoor veel vaker moeten worden aangeboden en dat leerlingen actief met de<br />

Voetstuk van de Pabo, <strong>Kennisbasis</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>taal</strong>, pag. 79

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!