21.10.2016 Views

Het Leven van Jezus door E. G. White

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoofdstuk 66—Strijd<br />

De priesters en oversten hadden zwijgend naar de rake verwijten <strong>van</strong> Christus geluisterd. Zij<br />

konden niets inbrengen tegen Zijn beschuldigingen. Maar zij waren slechts te vaster besloten om<br />

Hem in de val te laten lopen, en met dit doel voor ogen zonden zij tot Hem spionnen, “die zich<br />

voor-deden als vrome mensen, om Hem op een woord te vatten, ten einde Hem te kunnen<br />

overleveren aan het gezag en de beschikking <strong>van</strong> de stadhouder”. Zij zonden niet de oude Farizeeën,<br />

die <strong>Jezus</strong> vaak ontmoet had, maar jonge mannen die vurig en ijverig waren en <strong>van</strong> wie zij meenden<br />

dat <strong>Jezus</strong> hen niet kende. Deze waren vergezeld <strong>van</strong> enige Herodianen, die de woorden <strong>van</strong><br />

Christus moesten horen, opdat ze tegen Hem zouden kunnen getuigen wanneer Hij verhoord zou<br />

worden. De Farizeeën en Herodianen waren bittere vijanden geweest, maar nu waren ze één in hun<br />

vijandschap tegen Christus.<br />

De Farizeeën hadden zich altijd geërgerd aan het feit dat de Romeinen belasting <strong>van</strong> hen eisten.<br />

Zij meenden, dat het betalen <strong>van</strong> schatting in strijd was met de wet <strong>van</strong> God. Nu zagen zij een<br />

gelegenheid om een strik voor <strong>Jezus</strong> uit te zetten. De spionnen kwamen tot Hem en zeiden<br />

ogenschijnlijk oprecht, alsof ze graag wilden weten wat hun plicht was: “Meester, wij weten dat<br />

Gij rechtuit spreekt en leert en niemand naar de ogen ziet, maar in waarheid de weg Gods leert; is<br />

het ons geoorloofd de keizer belasting te betalen of niet?”<br />

De woorden: “Wij weten dat Gij rechtuit spreekt en leert”, zouden, indien zij oprecht waren<br />

geweest, een heerlijke erkenning zijn geweest. Maar zij werden gesproken om te misleiden;<br />

niettemin was hun getuigenis waar. De Farizeeën wisten, dat Christus rechtuit sprak en leerde, en<br />

zij zullen geoordeeld worden naar hun eigen getuigenis.<br />

Zij die de vraag aan <strong>Jezus</strong> stelden, meenden dat zij hun bedoeling voldoende hadden verborgen;<br />

maar <strong>Jezus</strong> las hun harten als een open boek en bracht hun huichelachtigheid onder woorden. “Wat<br />

verzoekt gij Mij?” zei Hij. Op deze wijze gaf Hij hun een teken dat zij niet gevraagd hadden, <strong>door</strong><br />

te laten zien dat Hij hun verborgen bedoeling las. Zij raakten nog meer in verwarring, toen Hij<br />

eraan toevoegde: “Toont Mij een schelling”. Zij brachten er een, en Hij stelde hun de vraag:<br />

“Wiens beeldenaar en opschrift draagt hij? Zij zeiden: Van de keizer”. Terwijl Hij wees naar het<br />

opschrift op de munt, zei <strong>Jezus</strong>: “Geeft dan de keizer wat des keizers is, en Gode wat Gods is”.<br />

De spionnen hadden verwacht dat <strong>Jezus</strong> hun vraag rechtstreeks zou beantwoorden, hetzij<br />

bevestigend, hetzij ontkennend. Indien Hij zou zeggen: <strong>Het</strong> is tegen de wet om Caesar belasting te<br />

betalen, zou Hij worden aangeklaagd bij de Romeinse autoriteiten en wegens aansporing tot verzet<br />

in arrest worden gesteld. Maar in geval Hij betaling <strong>van</strong> de schatting rechtmatig zou verklaren,<br />

waren zij <strong>van</strong> plan Hem voor het volk te beschuldigen, daar Hij Zich tegen de wet Gods stelde. Nu<br />

waren ze beschaamd en verslagen. Hun plannen waren in de war gestuurd. De beknopte manier<br />

waarop hun vraag was beantwoord, bood hun geen gelegenheid om meer te zeggen.<br />

Christus’ antwoord was geen ontwijking, maar een eerlijk antwoord op de vraag. Terwijl Hij een<br />

Romeinse munt, waarop de naam en de beeltenis <strong>van</strong> Caesar waren geslagen, in Zijn hand hield,<br />

384

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!