2606-volledige-tekst_tcm28-124504
2606-volledige-tekst_tcm28-124504
2606-volledige-tekst_tcm28-124504
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 6: Duitsland<br />
Steinberg concludeert dat ten tijde van schrijven (2013) het Duitse jihadistische veld in<br />
toenemende mate professionaliseert; in de voorbereiding van de radicale moslims die<br />
uitreizen naar Afghanistan en Pakistan, met het ontstaan van een Duitse jihadgroepering<br />
(hoewel nog gekenmerkt door amateurisme), met de aansluiting van Duitse jihadisten bij<br />
gevestigde Turkse netwerken, en met de groei van het bredere salafistische veld in Duitsland.<br />
De dreiging van het jihadistische veld is in de afgelopen jaren nog verder toegenomen door<br />
de oorlog in Syrië en Irak. Die trekt relatief grote aantallen Duitse moslims aan die de IS<br />
willen ondersteunen in zijn streven naar een islamitische staat, met een risico dat zij naar<br />
Duitsland terugkeren met militaire ervaring en geradicaliseerde standpunten.<br />
6.3.2 Discursieve repertoires<br />
Het extremistische (jihadistische) discours<br />
De militaire aanwezigheid in Afghanistan bevestigt het idee dat Duitsland een vijand van<br />
moslims is. “Het aantal doden in Afghanistan is een aantal dat ons uit onze slaap houdt.<br />
En de Duitsers hebben een leidende positie in deze enorme misdaad. Dus niemand moet<br />
verbaasd zijn als de Afghaanse Miqdad zegt, ik kan niet wachten om Duitsers te doden” 135<br />
(Steinberg 2013: 207).<br />
Jihadisten halen voorbeelden aan die illustreren dat Duitse militairen wandaden begaan<br />
tegen moslimbroeders en -zusters, zoals het eerdergenoemde benzinetrucks-incident:<br />
“Jullie hebben een enorm slachtpartij van burgers veroorzaakt met een luchtaanval. (…)<br />
We weten heel goed dat de moslims die jullie hebben vermoord enkel nummers voor jullie<br />
zijn. Menselijke waardigheid kan jullie allemaal niets schelen want voor jullie heeft een<br />
moslim niet dezelfde waarde als een van jullie” 136 (Steinberg 2013: 227).<br />
Verhalen (en video’s) over de slechte behandeling van moslimgevangenen versterken het<br />
verhaal dat westerse landen moslims onderdrukken en met twee maten meten. Steeds meer<br />
worden westerse landen gepresenteerd als onderdrukker en klinkt de oproep moslims<br />
wereldwijd te bevrijden van de “tirannie van de ongelovigen” (Steinberg 2013: 90). Ook<br />
voorbeelden uit het ‘Westen’, bijvoorbeeld de hoofddoekjesverboden en de publicatie van<br />
de ‘Mohammedcartoons’, versterken het gevoel dat het Westen de islam bedreigt.<br />
De Duitse Taliban Mujahedeen ontwikkelde haar eigen ‘klassieke internationalistische<br />
ideologie’, gestoeld op jihadistische <strong>tekst</strong>en, met een accent op Duitsland en Oezbekistan.<br />
De basis hiervan is: “de vijanden van islam (VS en haar bondgenoten, vooral Israël en<br />
Duitsland) voeren oorlog tegen de islam. De enige gepaste reactie is de heilige oorlog van de<br />
Taliban, Al Qaida, IJU en andere jihadistische organisaties. Deelname aan deze jihad is de<br />
individuele plicht van elke moslim” (Steinberg 2013: 167). Daarnaast vormt de Duitse steun<br />
aan het dictatoriale en gewelddadige regime in Oezbekistan, die voortkomt uit het strategische<br />
belang van Oezbekistan voor de militaire operatie in Afghanistan, een extra bevestiging<br />
van het idee dat Duitsland een (hypocriete) vijand van moslims is.<br />
Propaganda probeert moslims te motiveren af te reizen naar gebieden zoals momenteel<br />
Syrië en Irak, om deel te nemen aan de gewapende strijd om een ‘pure islamitische’<br />
samenleving te bewerkstelligen. Zelfmoordaanslagen worden verheerlijkt, en omgekomen<br />
(zelfmoord-) activisten worden geëerd en als rolmodel gepresenteerd. Daarnaast wordt<br />
opgeroepen tot het plegen van aanslagen in westerse landen. Hiervoor worden twee argumenten<br />
aangedragen: (1) de militaire acties gericht tegen jihadistische groeperingen in Irak<br />
en Syrië, voorheen Afghanistan; en (2) de achterstelling van moslims en de islam in westerse<br />
landen, waarbij men nadrukkelijk aandacht besteedt aan actualiteiten die deze achter-<br />
135 “The number of deaths in Afghanistan is a number that is robbing us of our sleep. And the Germans have taken a leading position in this huge<br />
crime. So no one should be surprised when the Afghan Miqdad says, I am dying to kill Germans.”<br />
136 “You caused an enormous massacre of the civilian population with an air strike. (…) We know exactly how the Muslims that you have killed are<br />
merely numbers to you. You walk all over human dignity because for you a Muslim does not have the same value as one of you.”<br />
108