2606-volledige-tekst_tcm28-124504
2606-volledige-tekst_tcm28-124504
2606-volledige-tekst_tcm28-124504
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 10: Slothoofdstuk: verschillen en overeenkomsten in de mobilisatie van aanhangers van<br />
anti-islam- en radicale-islambewegingen<br />
cultureel pluralisme met civiel territoriaal (is multiculturalistisch). We zien dus dat in<br />
Frankrijk en Duitsland relatief weinig ruimte is voor religieuze en etnische groepsidentiteiten,<br />
terwijl in België en het VK binnen het multiculturalistische model meer ruimte voor<br />
groepsidentiteiten is.<br />
Institutionele en discursieve politieke barrières of mogelijkheden bepalen de mate waarin een<br />
partij of een sociale beweging anti-islamsentimenten kan mobiliseren. Als politieke partijen<br />
dat sentiment mobiliseren en kanaliseren is er minder noodzaak voor sociale bewegingen om<br />
dat te doen, aldus Hutter (2014). Hutters argument blijkt op te gaan voor twee van de vier door<br />
ons onderzochte landen. In Vlaanderen zien we een sterke partij en een marginale beweging,<br />
in Duitsland zien we juist een sterke beweging en zwakke politieke partijen. Het VK en<br />
Frankrijk blijken (enigszins) af te wijken. Hoewel het VK een marginale politieke partij kent<br />
(British National Party) en, in overeenstemming met Hutters argument, verschillende spraakmakende<br />
anti-islamstraatgroeperingen 203 , zijn die echter wat betreft aanhang nooit zo groot<br />
geworden als bijvoorbeeld Pegida in Duitsland. Het VK heeft dus een marginale partij én een<br />
marginale beweging, niettemin plaatsen we hier een aantal kanttekeningen bij. Ten eerste<br />
blijkt dat Britain First (BF) lastig in te delen is, het is namelijk een partij die geregeld uit het<br />
bewegingsrepertoire put. Daarnaast lijkt de aanhang van BF en English Defence League (EDL)<br />
momenteel marginaal, zeker vergeleken met het Duitse Pegida, maar qua impact (in het<br />
bijzonder in de media), zijn beide toch redelijk invloedrijke actoren. UKIP, en AfD 204 , beide<br />
relatief nieuwe partijen, zijn niet meegenomen in onze analyses omdat ze allebei niet opgevat<br />
worden als een expliciete anti-islampartij; bovendien is de mate van invloed op het moment<br />
van schrijven nog onduidelijk. Ook Frankrijk wijkt af, daar is zowel sprake van een sterke<br />
anti-islam partij áls een invloedrijke ultra-laïque anti-islambeweging. Daarbij zij opgemerkt dat<br />
de ultra-laïque anti-islamorganisaties relatief klein zijn; ze trekken maar weinig mensen<br />
tijdens acties, terwijl hun invloed in de media marginaal is. Ze zijn voornamelijk actief op<br />
blogs, en verkregen bekendheid door enkele spraakmakende acties. Het ultra-laïque anti-islamveld<br />
kent wel een aantal invloedrijke opiniemakers waaronder Charlie Hebdo 205 . Interessant<br />
daarbij is dat het Front National voornamelijk (extreem-) rechtse burgers aantrekt, terwijl de<br />
ultra-laïque anti-islambeweging links en rechts als strange bedfellows verenigt. Ook haken ze<br />
hun anti-islamboodschap aan bij twee verschillende masterframes (cf. Gamson 1992) – Frans<br />
nationalisme en laïcité, waarmee het anti-islamdiscours genormaliseerd is. Kortom, ze<br />
appelleren aan verschillende masterframes en kanaliseren om verschillende redenen het<br />
anti-islamsentiment, waarmee zij verschillende groepen mobiliseren. Zodoende kunnen een<br />
beweging met invloedrijke actoren en een sterke partij naast elkaar bestaan.<br />
Hoewel dus elk van de vier onderzochte landen anti-islamsentimenten kent, laat de<br />
mobilisatie daarvan een gevarieerd beeld zien. Zowel in Duitsland als het VK zien we dat<br />
politieke anti-islampartijen, evenals andere nieuwe partijen, weinig voet aan de grond<br />
krijgen. Dit lijkt eerder door de politieke barrières te komen (institutioneel: geslotenheid<br />
van het politieke model plus cultureel: politieke cultuur) dan door het burgerschapsmodel.<br />
Immers, Duitsland kent een assimilationistisch model en het VK een multicultureel model.<br />
Politieke barrières in beide landen zoals de hoge kiesdrempel en het Britse meerderheidsstelsel<br />
en repressie van extreemrechts in Duitsland lijken van meer betekenis. Bij marginale<br />
politieke partijen zouden we een sterke mobilisatie via sociale bewegingen verwachten. En<br />
inderdaad, in Duitsland weet Pegida weken achtereen duizenden betogers op de been te<br />
brengen. Inmiddels heeft de nieuwe anti-establishmentpartij AfD bij de deelstaatverkiezingen<br />
een politieke aardverschuiving in Duitsland veroorzaakt; de toekomst zal moeten<br />
uitwijzen of AfD duurzaam in staat is de Duitse politieke institutionele en discursieve<br />
barrières te overwinnen. In het VK loopt het met AfD vergelijkbare UKIP tegen de grenzen<br />
203 waaronder de English Defence League en Britain First.<br />
204 typische populistische anti-Europa-, anti-establishment- en anti-immigratiepartij, maar niet zo expliciet anti-islam als sommige Europese tegenhangers<br />
205 Waarbij overigens vermeld moet worden dat de oplage van Charlie Hebdo voor de aanslagen in 2015 rond 45.000 lag (The Economist 5 mei<br />
2015). Door de controverse rondom haar cartoons is de reikwijdte van het blad echter groot.<br />
182