Luchthavensystemen - SEO Economisch Onderzoek
Luchthavensystemen - SEO Economisch Onderzoek
Luchthavensystemen - SEO Economisch Onderzoek
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
94 HOOFDSTUK 8<br />
de verkeersdistributiemaatregelen. We verwijzen voor een beschrijving van de<br />
sturingsmogelijkheden in een informeel gestuurd MAS naar hoofdstuk 3.<br />
8.4.3 Slotopmerkingen bij de effectiviteit van de voorgestelde<br />
sturingsmaatregelen<br />
We hebben in dit hoofdstuk laten zien dat het relatieve effect van Lelystad binnen een MAS voor<br />
het vrijspelen van capaciteit op Schiphol beperkt is. Echter, een additioneel belangrijke<br />
overweging om toch een regulatoir MAS te realiseren is het risico van ‘autonome’ low-cost groei<br />
op Lelystad. Deze ‘autonome’ groei (1) draagt niet bij aan de mainportontwikkeling en (2) houdt<br />
zelfs het risico in zich van substitutie van mainport-relevant verkeer op Schiphol. Op basis<br />
hiervan is het het overwegen waard een regulatoir Randstedelijk MAS te realiseren, aangevuld<br />
met informele sturingsinstrumenten (zoals local rules, faciliteiten- en tariefdifferentiatie).<br />
Een aantal slotopmerkingen is op zijn plaats met betrekking tot de effectiviteit van een selectieve<br />
sturing binnen een MAS met het oog op de mainportdoelstelling:<br />
• Een belangrijk deel van het mainport-relevante verkeer is sterk georiënteerd op de pieken<br />
op Schiphol. Het is bij voorbaat niet duidelijk hoeveel van de slots, die op Schiphol<br />
vrijvallen door migratie naar Lelystad, nieuwe ruimte opleveren in de piekperioden. Dat<br />
aantal zal naar verwachting beperkt zijn.<br />
• Een andere complicatie vormen de nachtvluchten van Transavia op Schiphol. Lelystad<br />
zal geen mogelijkheid gaan bieden voor nachtvluchten. Dit kan een belemmering voor<br />
Transavia gaan vormen voor migratie naar Lelystad. Bij gedeeltelijke migratie kunnen<br />
kostenverhogende factoren gaan spelen, zij het dat Transavia al heeft laten zien dat<br />
gespreide vakantiecharteroperaties vanaf de verschillende regionale luchthavens in<br />
Nederland goed haalbaar is.<br />
• In hoofdstuk 6 hebben we de onzekerheden en risico’s bij de planning van een MAS<br />
besproken 76 . Deze risico’s gelden ook voor een Randstedelijk MAS. De kans bestaat<br />
immers dat luchtvaartmaatschappijen -zelfs in het geval van een regulatoir MAS<br />
aangevuld met informele sturing- niet bereid zijn te migreren naar Lelystad.<br />
• Daarnaast bestaat de kans dat het grillige low-cost en charter segment wel migreert maar<br />
uiteindelijk besluit de operaties toch weer naar elders te verplaatsen. In dat geval is het<br />
risico dat er op Lelystad sprake is van overcapaciteit. Dit vergt dan ook een stapsgewijze<br />
en zo flexibel mogelijke ontwikkeling van Lelystad, waarbij het faciliteitenaanbod geënt is<br />
op de wensen van de toekomstige gebruikers 77 .<br />
• De onzekerheden en risico’s in een MAS zijn niet alleen een aangelegenheid van de<br />
luchthavenexploitant. Ook de nationale overheid dient zich bewust te zijn van de<br />
onzekerheden en risico’s in een MAS: ondanks de sturingsmechanismen valt de gewenste<br />
beleidsuitkomst niet te garanderen. De uitkomst blijft uiteindelijk primair afhankelijk van<br />
bedrijfseconomische overwegingen van de luchtvaartmaatschappijen en het keuzegedrag<br />
van de consument.<br />
76 Zie bijvoorbeeld De Neufville (2000).<br />
77 Zie bijvoorbeeld Paul Beck (2007). The planning of secondary airports in the era of low-cost airlines.<br />
Presentation at First Annual Airneth Conference, 11-13 April 2007, The Hague.<br />
<br />
<strong>SEO</strong> ECONOMISCH ONDERZOEK