12.07.2015 Views

Minder pretentie, meer ambitie - Oapen

Minder pretentie, meer ambitie - Oapen

Minder pretentie, meer ambitie - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

266 minder <strong>pretentie</strong>, <strong>meer</strong> <strong>ambitie</strong>achtergrond (Lewis en Kanji 2009; Bebbington et al. 2008). Bovendien ontstaat deneiging om vooral grotere al bestaande organisaties te financieren, zeker als dezesuccessen kunnen tonen. De institutionele logica lijkt dwingender dan de ontwikkelingslogica(Edwards 2004).De institutionele logica brengt ook met zich mee dat Nederlandse ngo’s moetenaantonen dat ze draagvlak hebben in de Nederlandse samenleving. Ze krijgenslechts financiering als ze 25 procent ‘uit de markt’ halen – een regeling van ministerVan Ardenne uit 2007. Dat leidt ertoe dat Nederlandse ngo’s naast dikkerapporten met ‘verwachte resultaten’ voor het ministerie ook beeldmateriaal vanzielige of juist door hulp opgefleurde kinderen aan Nederlandse burgers gaanpresenteren. ‘Voor slechts een paar euro’s per maand kan Shanti weer naar school’– een dergelijke stijlvorm levert aantoonbaar de meeste donateurs op. Riddell(2007) spreekt in dit kader over ‘de grootste leugen van ontwikkelingshulp’. Integenstelling tot wat de verkooppraatjes suggereren is ontwikkeling een grilligproces. De meeste ngo’s weten dat ook. Ze zijn vaak helemaal niet in de weer metShanti, maar met het ministerie van Onderwijs of de lokale dorpshoofden. Devraag is welke effecten het ter wille van het draagvlak toch maar verspreiden vandeze ‘leugen’ heeft op de Nederlandse ngo’s. Hoe verhoudt hun inspanning om‘maatschappelijk draagvlak’ te creëren in Nederland’, zich tot andere mogelijkheden,zoals streven naar verdere professionalisering en het zoeken van hunlegitimiteit in de ontwikkelingslanden zelf (zie ook Dietz et al. 2006)?De opkomst van zuidelijke ngo’s, een ver doorgevoerde bureaucratische logica eneen hybride opdracht in Nederland: dat alles roept de vraag op wat de toekomst isvan de westerse ngo’s. Van het antwoord op deze vraag hangt af of deze ngo’s in detoekomst aan mondiale ontwikkeling zullen kunnen bijdragen, en of ze daarbijdan nog een eigen, toegevoegde waarde zullen hebben.9.3.1 ontwikkeling van landen: specifieker zijnHet antwoord op de vraag naar de <strong>meer</strong>waarde van Nederlandse ngo’s begint bijhet antwoord op de vraag naar de betekenis van ngo’s in ontwikkelingslanden zelf.Net als bij eerdere ontwikkelingsparadigma’s is inmiddels gebleken dat ook hetcivil society paradigma niet zaligmakend is. Uit onderzoek komt steeds weer naarvoren dat de rol van ngo’s niet onderschat, maar ook niet overschat moet worden(Bebbington et al. 2008; Biekart 2008; Bräutigam 2000; Edwards 2004, 2009b;Lewis en Kanji 2009; Molenaers en Renard 2007, 2009; Rahman 2006; Riddell2007; Roy 2008). Civil society en sociaal kapitaal kunnen niet simpelweg gelijkgeschakeldworden aan ngo’s – het zijn geen synoniemen. Ngo’s doen niet per se‘goed’ (Grotenhuis 2009). Bovendien is het een extreem heterogene categorie, of,zoals Carothers het zegt: “Civil society everywhere is a bewildering array of thegood, the bad and the outright bizarre” (in Molenaers en Renard 2007: 262). De

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!