Werken aan sociaal weerbare wijken - Instituut ISW
Werken aan sociaal weerbare wijken - Instituut ISW
Werken aan sociaal weerbare wijken - Instituut ISW
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
lokale instellingen een taak hebben in het handhaven van regels. Toch is cynisch vertrouwen<br />
(van bewoners in elkaar en van bewoners in lokale instellingen) geen gunstige uitgangspositie<br />
waarin een buurt kan verkeren. Hoewel cynisch vertrouwen <strong>aan</strong>vankelijk gepaard gaat met<br />
(illegitieme maar) effectieve sociale controle, nemen we <strong>aan</strong> dat dit uiteindelijk een<br />
bedreiging vormt voor de legitimiteit van de buurt en de lokale instellingen. Eigenrichting<br />
door bewoners brengt de legitimiteit van ‘de buurt’ in gevaar. Eigenmachtig optreden door<br />
professionals brengt de legitimiteit van lokale instellengen in gevaar.<br />
Gezond wantrouwen. In tegenstelling tot goed vertrouwen en cynisch vertrouwen bestaat<br />
er bij gezond wantrouwen onder bewoners wel twijfel over de legitimiteit van de buurt en de<br />
lokale instellingen die horen toe te zien op de naleving van deze regels. Zij verwachten<br />
namelijk dat sociale controle niet of slechts ineffectief uitgeoefend zal worden. Bewoners zijn<br />
teleurgesteld dat regels niet - of niet naar behoren - worden gehandhaafd. Gezond<br />
wantrouwen herkent men <strong>aan</strong> een houding van ‘eerst zien, dan geloven’. Gezond wantrouwen<br />
gaat gepaard met inactiviteit naarmate bewoners menen dat het ineffectief is om iemand <strong>aan</strong><br />
te spreken op overlastgevend of wetsovertredend gedrag of hiervan melding te maken bij<br />
lokale instellingen.<br />
Wantrouwen. Wanneer bewoners wantrouwend zijn is hun vertrouwen in het verleden zo<br />
vaak beschaamd dat zij het volledig hebben verloren. Wij verst<strong>aan</strong> onder wantrouwen dat de<br />
geldigheid van formele gedragsregels en/of de legitimiteit van politie en justitie wordt<br />
ontkend. Wantrouwende bewoners vinden het vanzelfsprekend dat sociale controle ineffectief<br />
zal zijn, delen de opvatting dat gedrags- en rechtsregels niet op hen van toepassing zijn, en<br />
beschouwen degenen die toezien op de naleving van deze regels – de buurt en lokale<br />
instellingen – vanzelfsprekend als illegitiem. Men plaatst zichzelf boven de wet en wijst<br />
wetshandhaving af met als argument dat de politie de wet selectief zal handhaven en<br />
betrokkenen daardoor benadeeld zullen worden. Wantrouwen is de slechtst denkbare<br />
uitgangspositie waarin een buurt kan verkeren. Waar wantrouwen overheerst, verwacht men<br />
dat de uitoefening van sociale controle geen bijdrage levert <strong>aan</strong> buurtveiligheid maar hier juist<br />
afbreuk <strong>aan</strong> doet. Wantrouwen heeft een verlammende werking op de uitoefening van sociale<br />
controle. Wanneer bewoners elkaar wantrouwen, is het <strong>aan</strong>nemelijk dat zij zich terugtrekken<br />
en in het vervolg afzien van directe informele sociale controle. Wanneer bewoners lokale<br />
instellingen wantrouwen, zullen zij lokale instellingen niet inschakelen wanneer zij worden<br />
geconfronteerd met voorvallen van overlast en criminaliteit. In de tweede plaats is<br />
wantrouwen de slechtst mogelijke uitgangspositie omdat lokale instellingen er geen voet <strong>aan</strong><br />
de grond zullen krijgen. Wanneer een buurt namelijk door wantrouwen wordt verteerd, zijn de<br />
bewoners vaak zo teleurgesteld door het optreden van lokale instellingen, dat zij een<br />
minachting hebben ontwikkeld voor alles wat lokale instellingen doen en waar zij voor st<strong>aan</strong>.<br />
Men laat zich door deze instellingen niets meer vertellen. In de derde plaats is wantrouwen de<br />
slechtst denkbare uitgangspositie omdat wanneer het eenmaal bezit heeft genomen van een<br />
buurt het blijft voortbest<strong>aan</strong> tot lang nadat de directe <strong>aan</strong>leiding voor het wantrouwen is<br />
verdwenen (Kirk en Papachristos, 2007).<br />
In onze evaluatie gaat het om de vraag in hoeverre door middel van de interventies<br />
wantrouwen wordt weggenomen en goed vertrouwen wordt gewonnen. Lokale instellingen<br />
zijn echter niet ‘zomaar’ in staat om met interventies het vertrouwen van bewoners om te<br />
buigen richting een ‘goed vertrouwen’. Zij zijn daartoe pas in staat indien er vold<strong>aan</strong> is <strong>aan</strong><br />
twee voorwaarden. In de eerste plaats moeten lokale instellingen onderkennen dat waar<br />
bewoners geen of slechts ineffectieve sociale controle uitoefenen, zij het als hun publieke taak<br />
moeten beschouwen om zelf extra formele sociale controle uit te oefenen. Als instellingen<br />
Duurzame buurtveiligheid | 73