Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT VOORWAARDE – 115<br />
Deze regel is in de praktijk erg belangrijk. De bankier die aan een klant een<br />
kredietopening toestaat en die, zolang laatstgenoemde van het hem ter beschikking<br />
gestelde krediet geen gebruik heeft gemaakt, slechts een eventuele schuldeiser is (zie<br />
supra, nr. 38), kan niettemin onmiddellijk zijn schuldvordering door zekerheden laten<br />
beveiligen. (*1) En de voorwaardelijke eigenaar kan zijn eigendomstitel onmiddellijk<br />
laten overschrijven om zijn recht, bij het in vervulling gaan van de voorwaarde, tegen<br />
een latere overdracht te laten gelden. (*2)<br />
Hij kan eveneens materiële handelingen stellen om het hem voorwaardelijk verschuldigde<br />
goed te bewaren: hij mag dringende herstellingen laten uitvoeren, het goed<br />
verzekeren, e.d.m.<br />
168 De vraag of de schuldenaar bekwaam was om de voorwaardelijke verbintenis<br />
aan te gaan, wordt beoordeeld in functie van de dag waarop de rechtshandeling werd<br />
gesloten, en niet van de dag waarop de voorwaarde in vervulling gaat. (*3) En als een<br />
nieuwe wet, tijdens de wachttijd, de geldigheidsvereisten komt wijzigen van de<br />
rechtshandeling waaruit de voorwaardelijke verbintenis is voortgevloeid, blijft de<br />
oude wet van toepassing op deze rechtshandeling, behoudens als de nieuwe wet terugwerkende<br />
kracht heeft. (*4)<br />
Dat het recht van de voorwaardelijke schuldeiser tijdens de wachtperiode meer is<br />
dan een louter psychologische verwachting, blijkt zeer duidelijk uit het feit dat zijn<br />
recht overgaat op zijn erfgenamen (art. 1179, tweede zin B.W.). Het aldaar neergelegde<br />
beginsel geldt overigens ook bij het overlijden van de schuldenaar. (*5)<br />
Het geldt echter niet voor de legatarissen (art. 1040 B.W.), noch voor de voorwaarde<br />
die enkel door de persoon van de schuldeiser kon worden vervuld (het maken van een<br />
schilderij b.v.).<br />
Het voorwaardelijk recht van de schuldeiser kan ook onder de levenden worden<br />
gecedeerd. Dit blijkt uit artikel 74 Hyp.W., dat analogisch mag worden uitgebreid.<br />
(*6)<br />
(*1) A. KLUYSKENS, Beginselen van Belgisch burgerlijk recht, I,De verbintenis, Antwerpen, 1948, 126, nr. 104.<br />
(*2) H. DE PAGE (en R. DEKKERS), o.c., VII, 868, nr. 968.<br />
(*3) P. <strong>VAN</strong> OMMESLAGHE, o.c., 766, nr. 8; Luik 30 november 1876, Pas. 1877, II, 54.<br />
(*4) H. DE PAGE, o.c., I, nr. 166, 1° die dit feit verklaart door de terugwerkende kracht van de vervulde voorwaarde;<br />
J. HERBOTS, ‘Contrat sous une condition suspensive’, noot onder Cass. 5 mei 1981, R.C.J.B. 1983, 212, nr. 9; P. POPE-<br />
LIER, Toepassing van de wet in de tijd, inA.P.R., Gent, 1999, 52, nr. 79.<br />
(*5) Ch. BEUDANT, Cours de droit civil français, 2e uitg., door R. BEUDANT en P. LEREBOURS-PIGEONNIÈRE,<br />
VIII, Les Contrats et les Obligations, door G. LAGARDE, Parijs, 1936, nr. 749, a.<br />
(*6) H. DE PAGE, o.c., VII, nrs. 472-473; P. <strong>VAN</strong> OMMESLAGHE, o.c., 766, nr. 7; G. MARTY en P. RAYNAUD,<br />
Dr. civ., II-1, Les obligations, Parijs, 1962, 764, nr. 754, c.<br />
Bijzondere overeenkomsten<br />
OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005)