Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
VOORWAARDE – 156<br />
<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT<br />
Dit zou dan tot de ongerijmde conclusie leiden dat het Nieuw Nederlands Burgerlijk<br />
Wetboek, dat voorwaardelijke rechtshandelingen erkent en regelt en hun ongeveer<br />
dezelfde functie toekent als bij ons, de retroactiviteit bant, terwijl ons Wetboek ze<br />
hoog in het vaandel voert.<br />
De paradox wordt opgelost, als men beseft dat de retroactiviteit van de Code Napoléon<br />
in werkelijkheid niets meer betekent dan Resoluto iure dantis resolvitur ius<br />
accipientis, welke regel in Nederland, op zijn beurt, in verband wordt gebracht met<br />
de zakelijke werking van de ontbindende voorwaarde.<br />
De Toelichting bij het zo-even vermelde artikel 3:38 lid 2 N.N.B.W. bepaalt overigens<br />
dat van terugwerkende kracht geen sprake is, wanneer rechten onder voorwaarde<br />
worden overgedragen. ‘Wel zal alsdan met de vervulling van de voorwaarde<br />
niet alleen het recht van hem verdwijnen, aan wie dit onder die voorwaarde is overgedragen,<br />
maar ook van allen die hun recht van deze verkrijger afleiden. Dit laatste is<br />
echter het gevolg van de omstandigheid dat wie een beperkt recht heeft, ook als regel<br />
niet meer recht aan derden kan overdragen dan hijzelf heeft. De vervulling der voorwaarde<br />
doet hier rechten vervallen’. (*1)<br />
Bovendien bepaalt artikel 3:84 lid 4 N.B.W. dat, wanneer ter uitvoering van een<br />
voorwaardelijke verbintenis geleverd wordt, slechts een recht wordt verkregen dat aan<br />
dezelfde voorwaarde als die verbintenis is onderworpen. Dit houdt in dat een levering<br />
ter uitvoering van een verbintenis onder opschortende voorwaarde aan de verkrijger<br />
een recht verschaft dat eveneens afhankelijk is van die opschortende voorwaarde. Een<br />
levering daarentegen ter uitvoering van een verbintenis onder ontbindende voorwaarde,<br />
verschaft aan de verkrijger een recht dat evenzeer afhankelijk is van deze<br />
ontbindende voorwaarde. (*2) Artikel 3:84, lid 4 N.B.W. geeft dus precies aan waarin<br />
de zakelijke (of goederenrechtelijke) werking van de vervulde voorwaarde bestaat.<br />
Men herinnere zich immers dat de levering, als zakenrechtelijke overeenkomst, onderscheiden<br />
van de obligatoire rechtshandeling, in het Nederlandse recht vereist is om<br />
de eigendom te doen overgaan. (*3)<br />
‘Met de vervulling van de ontbindende voorwaarde eindigt niet alleen het recht van<br />
de verkrijger, maar ook dat van hen die hun recht van deze verkrijger afleiden. Correlatief<br />
doet de vervulling van de opschortende voorwaarde de rechten van de verkrijger<br />
en van diens rechtsverkrijgers tot onvoorwaardelijke rechten uitgroeien’. (*4)<br />
(*1) E.M. MEIJERS, Ontwerp voor een Nieuw Burgerlijk Wetboek. Toelichting (boek 1-4), Den Haag, 1954, 188. Voor<br />
een grondige en verhelderende toelichting bij de geschiedenis van de nieuwe Nederlandse regeling (grotendeels bepaald<br />
door het Duitse recht), zie A.H. SCHELTEMA, De goederenrechtelijke werking van de ontbindende voorwaarde, Deventer,<br />
2003;<br />
(*2) Nieuw Burgerlijk Wetboek. Tekst en Commentaar, onder redactie van J.H. NIEUWENHUIS, C. STALKER en<br />
W. VALK, Deventer, 1990, 93, nr. 7.<br />
(*3) Dat men, in het Nederlandse recht, tot onze verrassing, hoofdzakelijk aandacht besteedt aan de zakenrechtelijke werking<br />
van de ontbindende voorwaarde (en de opschortende voorwaarde dus nogal stiefmoederlijk behandelt) houdt overigens<br />
verband met de dualiteit van rechtshandelingen die vereist zijn om de eigendom te doen overgaan. Het voorwaardelijk<br />
karakter kan betrekking hebben zowel op de obligatoire als op de zakenrechtelijke rechtshandeling; voor meer details,<br />
zie A.H. SCHELTEMA, o.c.<br />
(*4) J.H. NIEUWENHUIS, C. STALKER en W. VALK, ibid.<br />
OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005) Kluwer uitgevers