25.09.2013 Views

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT VOORWAARDE – 93<br />

in je tuin velt die mijn uitzicht belemmert’, vervuld zijn, als de boom inderdaad wordt<br />

geveld, ongeacht wie de hakbijl hanteert. (*1)<br />

139 In beginsel is de voorwaarde ook ondeelbaar. Ze heeft slechts uitwerking, indien<br />

ze in haar geheel vervuld is. (*2) De voorwaarde van het verkrijgen van een lening<br />

met een looptijd van twintig jaar, tegen een maximumrentevoet van 5 %, is niet<br />

gerealiseerd, als de betrokkene weliswaar een lening verkrijgt die echter binnen tien<br />

jaar moet worden terugbetaald, tegen 6,75 %. De voorwaarde gaat dus in vervulling,<br />

of ze gaat niet in vervulling, maar ze gaat niet gedeeltelijk in vervulling.<br />

Dit houdt ook in dat de voorwaardelijke schuldeiser bij een gedeeltelijke vervulling<br />

van de voorwaarde geen (proportionele) aanspraak kan maken op het hem voorwaardelijk<br />

toegezegde. (*3) Partijen kunnen echter het tegendeel bedingen of dit tegendeel<br />

kan voortvloeien uit de strekking van de overeenkomst. (*4)<br />

Werd een verbintenis van meer dan één voorwaarde afhankelijk gesteld, dan kunnen<br />

deze voorwaarden cumulatief of alternatief worden opgevat. In het eerste geval<br />

heeft de verbintenis slechts uitwerking (c.q. dooft ze uit) indien en wanneer alle voorwaarden<br />

samen vervuld zijn. In het tweede geval volstaat de vervulling van minstens<br />

één van de alternatief gestelde voorwaarden. Welke van beide hypotheses in een concreet<br />

geval voorligt, is andermaal een kwestie van interpretatie.<br />

2. De invloed van een tijdsbepaling<br />

140 Een positieve voorwaarde is vervuld, wanneer de toekomstige en onzekere gebeurtenis<br />

waarvan de werking van de verbintenis afhankelijk werd gesteld, plaatsvindt.<br />

Indien de werking van de verbintenis afhankelijk werd gesteld van het niet<br />

plaatsvinden (of uitblijven) van een gebeurtenis (negatieve voorwaarde), dan is deze<br />

voorwaarde vervuld, als het zeker is dat deze gebeurtenis niet zal plaatsvinden. (*5)<br />

Omgekeerd is een positieve voorwaarde niet vervuld, als het zeker is dat de gebeurtenis<br />

zich niet zal voordoen, terwijl de negatieve voorwaarde niet vervuld is, als de<br />

gebeurtenis wel plaatsvindt.<br />

In dit opzicht hebben de positieve en de negatieve voorwaarde een verschillend<br />

‘epistemisch’ statuut. De positieve voorwaarde geldt als vervuld, als ze zich effectief<br />

(*1) ASSER-HARTKAMP, ibid.<br />

(*2) ASSER-HARTKAMP, o.c., 130, nr. 169.<br />

(*3) Jur. civ., art. 1175 à 1180, nr. 46.<br />

(*4) Eindejaarspremies (en andere daarmee gelijk te stellen voordelen) zijn niet louter vergoedingen wegens getrouwheid<br />

aan de werkgever, maar maken deel uit van het loon. Maar het loon is proportioneel verschuldigd in verhouding tot de<br />

duur van de tijdens het verlopen jaar gepresteerde arbeid; het recht op loon ontstaat immers naarmate de arbeidsprestaties<br />

geleverd worden (Cass. 9 september 1985, R.W. 1985-86, 2692, met noot R. BOES, ‘De splitsbaarheid van de oudejaarspremie’,<br />

2693-96).<br />

(*5) ASSER-HARTHAMP, o.c., 130, nr. 169.<br />

Bijzondere overeenkomsten<br />

OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005)

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!