Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT VOORWAARDE – 145<br />
voorwaarde, B, verkoopt zijn ontbindbaar recht aan Z, tegen een definitief bepaalde<br />
of verschuldigde prijs. In werkelijkheid verkopen zij dan de kans om eigenaar te worden<br />
of te blijven. Deze verkoop is niet voorwaardelijk, maar definitief; hij heeft de<br />
waarschijnlijkheid tot voorwerp dat de verkoper eigenaar zal worden of blijven. De<br />
koopsom zal dan ook lager zijn dan de venale waarde van het goed. Men heeft te<br />
maken met een aleatoire overeenkomst, ‘puisque le cédant renonce à une chance de<br />
gain supérieure au bénéfice du cessionnaire, lequel prend le risque de perdre le prix<br />
qu’il a payé et qui reste définitivement acquis au cédant du droit conditionnel’. (*1)<br />
Deze techniek waardoor de voorwaardelijk gerechtigde zijn voorwaardelijk recht<br />
op het verkochte goed aan een derde overdraagt, heft evenwel de onzekerheid niet op,<br />
maar verplaatst ze naar de koper, Z (of naar de beslaglegger).<br />
225 De onzekerheid wordt daarentegen opgeheven, indien beide voorwaardelijk gerechtigden<br />
samen optreden. Dit samen optreden van de gerechtigde onder opschortende<br />
voorwaarde en van die onder ontbindende voorwaarde kan verschillende gedaanten<br />
aannemen.<br />
Vooreerst kunnen de hoedanigheden van gerechtigde onder opschortende voorwaarde<br />
en van gerechtigde onder ontbindende voorwaarde in dezelfde persoon verenigd<br />
zijn. De begiftigde onder ontbindende (negatieve) voorwaarde wordt b.v. de<br />
erfgenaam van de schenker onder opschortende voorwaarde. Ofwel cedeert de ene<br />
voorwaardelijk gerechtigde zijn voorwaardelijk recht aan de andere voorwaardelijk<br />
gerechtigde. Zoals gezegd, komt dit niet neer op een kanscontract. Men merke op dat<br />
de voorwaardelijke rechten op het goed, ondanks deze cessie, blijven bestaan. ‘Par<br />
suite les droits que les tiers ont acquis sur le droit conditionnel cédé subsistent, tout<br />
en restant subordonnés à la réalisation de la condition’. (*2)<br />
Een tweede mogelijkheid bestaat erin dat de ene voorwaardelijk gerechtigde een<br />
abdicatieve afstand doet van zijn voorwaardelijk recht. Dit zou tot gevolg hebben dat<br />
het afgestane recht door aanwas toevloeit aan de gerechtigde op het complementair<br />
tegengesteld voorwaardelijk recht. Enkel de partij in wiens voordeel de voorwaarde<br />
werd bedongen, kan er echter afstand van doen. Abdicatieve afstand van een voorwaardelijk<br />
recht is derhalve niet mogelijk, indien de voorwaarde in het belang van<br />
beide partijen werd bedongen.<br />
Vervolgens kunnen de beide voorwaardelijk gerechtigden aan een derde een zeker<br />
recht verschaffen, en aldus de feitelijke onverhandelbaarheid van voorwaardelijke<br />
rechten vermijden. Ofwel wordt de zaak door beiden voorwaardelijk gecedeerd aan<br />
de derde Z. B (de eigenaar onder opschortende voorwaarde) cedeert het goed onder<br />
opschortende voorwaarde aan Z, en A (de eigenaar onder ontbindende voorwaarde)<br />
cedeert het goed onder ontbindende voorwaarde. De koopsom is, in dit geval, inte-<br />
(*1) Ph. DEROUIN, l.c., 33, nr. 6<strong>3.</strong><br />
(*2) Ph. DEROUIN, l.c., 35, nr. 68. Theoretisch is het ook mogelijk dat A zijn voorwaardelijk eigendomsrecht op het<br />
goed onder bezwarende titel aan B cedeert, maar deze hypothese is erg theoretisch (DEROUIN, l.c., 35, nr. 67).<br />
Bijzondere overeenkomsten<br />
OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005)