Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT VOORWAARDE – 143<br />
goed te vervreemden of in te brengen in een huwgemeenschap en aldus de feitelijke<br />
onvervreemdbaarheid die het geschonken goed treft, opheffen. (*1)<br />
Anderzijds moet de definitieve eigenaar de normale daden van bewaring en van<br />
beheer erkennen die de voorlopige eigenaar, de eigenaar onder ontbindende voorwaarde,<br />
heeft gesteld. De voorlopige eigenaar mag de vruchten houden die het goed<br />
tijdens de wachttijd opbracht en moet die niet teruggeven aan de definitieve<br />
eigenaar. (*2)<br />
219 Als de zaak geheel tenietgaat, is artikel 1182 B.W. van overeenkomstige toepassing.<br />
De koper onder ontbindende voorwaarde draagt derhalve het risico, net zoals<br />
dit het geval was voor de verkoper onder opschortende voorwaarde. Hij moet de tenietgegane<br />
zaak niet teruggeven – wat overigens fysiek onmogelijk is – maar hij kan<br />
evenmin teruggave vragen van de betaalde koopsom. (*3)<br />
Volgens een dissidente mening moet men daarentegen de terugwerkende kracht van<br />
de vervulde voorwaarde consequent toepassen. Dit komt erop neer dat de zaak geacht<br />
wordt aan de verkoper toe te behoren toen ze tenietging. Die moet dus de koopsom<br />
terugbetalen, ook al kan hij de zaak niet terugkrijgen. (*4)<br />
Als de zaak slechts gedeeltelijk tenietging, buiten de fout van de schuldenaar om,<br />
zal men, zoals het geval was bij de opschortende voorwaarde, het risico leggen bij de<br />
schuldenaar, d.w.z. de koper onder ontbindende voorwaarde. De verkoper kan immers,<br />
naar keuze, ofwel de verbintenis ontbinden, ofwel de zaak eisen in de staat waarin ze<br />
zich bevindt, zonder prijsvermindering.<br />
220 De verkrijger onder ontbindende voorwaarde die handelde met een schijnbare<br />
eigenaar, kan de verkrijgende verjaring opwerpen tegen de verus dominus. Zijn titel is<br />
van aard om de eigendom onmiddellijk te doen overgaan, zodat hij het voordeel van<br />
de tien- of twintigjarige termijn kan inroepen. (*5)<br />
221 Wanneer overeenkomsten met opeenvolgende of voortdurende prestaties van<br />
een ontbindende voorwaarde afhankelijk worden gemaakt, werkt de ontbinding enkel<br />
terug tot aan de vervulling van de voorwaarde. (*6)<br />
Vooreerst zijn de verschuldigde prestaties – de verschaffing van het huurgenot b.v.<br />
of de geleverde arbeid – niet voor teruggave vatbaar. En vervolgens stemmen de tot<br />
(*1) Vgl. M. PUELINCKX-COENE, ‘Schenkingen onder ontbindende voorwaarde’, in A. VERBEKE, F. BUYSSENS en<br />
H. DERYCKE, Schenkingen (Handboek Estate Planning 2), Brussel, 2005, 410-411, nrs. 633-636.<br />
(*2) A. KLUYSKENS, o.c., 132, nrs. 110-111.<br />
(*3) BAUDRY-LACANTINERIE en BARDE, o.c., 892; Ch. BEUDANT, Cours de droit civil français, 2e uitg., VIII,<br />
door R. BEUDANT, P. LEREBOURS-PIGEONNIÈRE en G. LAGARDE, Parijs, 1938, 553-555, nr. 759; H. DE PAGE,<br />
o.c., I, 250, nr. 167, 3°.<br />
(*4) M. PLANIOL en G. RIPERT, o.c., VII, 398, nr. 1043; Jur. civ., art. 1183, nr. 39; ASSER-RUTTEN, Verbintenissenrecht,<br />
I,De verbintenis in het Algemeen, Zwolle, 1978, 147; H. EYGOUT, De l’effet rétroactif de la condition accomplie,<br />
Ussel (Fr.), 1922, 265-267, nrs. 384-389; H.R. 19 december 1879, Sir. 1888, 4, 2<strong>3.</strong><br />
(*5) H. DE PAGE, o.c., VII, 1155, nr. 1294, b.<br />
(*6) H. DE PAGE, o.c., I, 250, nr. 167, 4°.<br />
Bijzondere overeenkomsten<br />
OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005)