25.09.2013 Views

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT VOORWAARDE – 75<br />

107 Het onderscheid tussen een eigenlijke voorwaarde en een last (ev. een voorwaarde-last)<br />

blijft nochtans niet zonder rechtsgevolgen. Weliswaar is artikel 900 B.W.<br />

eveneens op de last van toepassing, maar indien de ontbindende voorwaarde in vervulling<br />

gaat, wordt de gift van rechtswege ontbonden (art. 1183 B.W.); wordt de last<br />

daarentegen niet uitgevoerd, dan heeft de ‘herroeping’ niet van rechtswege plaats: de<br />

beschikker (of zijn erfgenamen) moet ze in rechte vorderen (art. 956 B.W.). De rechter<br />

is niet verplicht de herroeping uit te spreken, maar beschikt over een appreciatierecht.<br />

Bovendien kan de begiftigde worden verplicht tot uitvoering. (*1) Artikel 953<br />

B.W. transponeert overigens artikel 1184 B.W. naar het domein van de rechtshandelingen<br />

om niet. (*2)<br />

De kwalificatie als voorwaarde of als last kan soms de geldigheid van de gift beïnvloeden.<br />

Zo is de last, opgelegd aan A, om het hem geschonken goed te bewaren en<br />

om het, na zijn dood, aan een bepaalde derde C over te dragen, een verboden erfstelling<br />

over de hand. Maar het legaat aan C van de goederen waarover de begiftigde<br />

tijdens zijn leven niet zou hebben beschikt, is een geoorloofd voorwaardelijk legaat<br />

(legaat de residuo), namelijk een overlevingswinst, afhankelijk van het vooroverlijden<br />

van en de niet-vervreemding door de eerste begiftigde. (*3)<br />

Omdat de last evenwel hoofdzakelijk, zo niet uitsluitend giften modaliseert, en men<br />

ze bovendien, theoretisch althans, moet onderscheiden van de eigenlijke voorwaarde,<br />

wordt er hier verder niet op ingegaan.<br />

b. Wat is de sanctie bij een ongeoorloofde voorwaarde?<br />

108 Volgens artikel 1172 B.W. is niet alleen de ongeoorloofde voorwaarde nietig,<br />

maar ook de overeenkomst (lees: verbintenis) die ervan afhangt. Artikel 900 B.W. bepaalt<br />

daarentegen, inzake schenkingen en testamenten, dat ongeoorloofde voorwaarden<br />

voor niet-geschreven worden gehouden: enkel de voorwaarde is dus nietig, terwijl<br />

de rechtshandeling zelf haar geldigheid behoudt en haar gevolgen afwerpt. Men<br />

moet derhalve een onderscheid maken tussen rechtshandelingen onder bezwarende titel<br />

en onder kosteloze titel, ofschoon het probleem van de ongeoorloofde voorwaarde<br />

zich hoofdzakelijk voordoet bij rechtshandelingen onder kosteloze titel.<br />

– Inzake rechtshandelingen onder bezwarende titel<br />

109 De verbintenis die afhangt van een ongeoorloofde voorwaarde is nietig. Betreft<br />

het een wederkerig contract, dan zal deze nietigheid de nietigheid van de correlatieve<br />

verbintenis van de wederpartij meebrengen.<br />

(*1) M. PUELINCKX-COENE, ‘Overzicht van rechtspraak. Giften’, T.P.R. 1999, 1051, nr. 439.<br />

(*2) Voor meer details, H. DE PAGE, o.c., VIII, nrs. 628-652; G. MARTY en P. RAYNAUD, ibid.<br />

(*3) Zie daarover H. DE PAGE, o.c., VIII, nrs. 1750-1751, en MARTY en RAYNAUD, ibid.<br />

Bijzondere overeenkomsten<br />

OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005)

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!