25.09.2013 Views

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

Hoofdstuk 3. MODALITEITEN VAN VERBINTENISSEN

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>VERBINTENISSEN</strong>RECHT VOORWAARDE – 63<br />

financieel maar in elk geval psychologisch, veel nadeliger uitvallen dan dat de echtscheiding<br />

wordt uitgesproken – waardoor hij nochtans effectief schuldenaar zal worden<br />

van de koopsom. (*1)<br />

De gebeurtenis of het feit in de macht van de schuldenaar staat de geldigheid van<br />

de van deze gebeurtenis afhankelijke verbintenis niet in de weg, als het teweegbrengen<br />

van die gebeurtenis aan de schuldenaar een nadeel berokkent of voor hem een<br />

offer uitmaakt. (*2)<br />

92 Ofschoon de rechtsleer over de potestatieve voorwaarde dit onvoldoende belicht,<br />

ontstaan verbintenissen meestal niet alleen en geïsoleerd, maar in een synallagmatisch<br />

verband. Als de schuldenaar onder potestatieve voorwaarde derhalve zijn verbintenis<br />

niet nakomt, verliest hij ook het voordeel van de door zijn wederpartij verschuldigde<br />

prestatie. (*3) En wanneer de verbintenis van de schuldenaar vernietigd wordt, verliest<br />

de correlatieve verbintenis van de schuldeiser van de potestatieve verbintenis haar<br />

oorzaak; derhalve is de gehele overeenkomst nietig. ‘Indien de ene verbintenis nietig<br />

is wegens afhankelijkheid van een (louter) potestatieve voorwaarde, is de andere dat<br />

ook... Op die manier wordt de ‘schuldeiser’ van de eerste verbintenis (schuldenaar<br />

van de tweede) beschermd tegen de willekeur van de ‘schuldenaar’ van de eerste verbintenis<br />

(schuldeiser van de tweede)’. (*4)<br />

(*1) Ph. MALAURIE en L. AYNÈS, Cours de droit civil, VI,Les obligations, Parijs, 1993-94, 647, noot 53; Rb. Luik<br />

23 april 1990, Rec. gén. enr. not. 1992, 112: de rechter redeneert echter helemaal niet in termen van de ernst van het<br />

gebrachte offer, maar merkt op dat de termijn waarbinnen de echtscheiding zal worden uitgesproken ook afhangt van de<br />

aan de procedure inherente traagheid: bepalen van een datum waarop de getuigen zullen worden verhoord, vaststellen van<br />

een datum waarop daarover zal worden gepleit, e.d.m.<br />

Vgl.: ‘Vraag is natuurlijk of het gevaar reëel is dat de schenker bereid is tot dergelijke drastische beslissing [in dat<br />

geval: niet te huwen] met zware persoonlijke gevolgen louter en alleen om op zijn schenking te kunnen terugkomen’ (M.<br />

PUELINCKX-COENE, ‘Schenkingen onder potestatieve voorwaarde’, in A. VERBEKE, F. BUYSSENS en H. DERYCKE,<br />

Schenkingen (Handboek Estate Planning 2), Brussel, 2005, 423, nr. 653, noot 1025).<br />

(*2) Ph. MALAURIE en L. AYNÈS, o.c., VI, 646, nr. 111<strong>3.</strong> Of, zoals J. GHESTIN (o.c., inEtudes A. WEILL, 255) het<br />

uitdrukt; ‘Lorsque l’acte à accomplir par le débiteur est sans conséquences réelles pour lui, il peut, en fait, se libérer<br />

discrétionnairement de son engagement, qui est par là potestatif et annulable. En revanche, lorsque les conséquences de<br />

l’acte extérieur à accomplir sont suffisamment importantes pour que le choix du débiteur ne puisse être normalement déterminé<br />

par le souci d’éluder son obligation, celle-ci est valable.’<br />

Volgens O. MILHAC (La notion de condition dans les contrats à titre onéreux, Parijs, 2001, 46-53) heeft men met een<br />

zuiver potestatieve voorwaarde te maken, telkens wanneer de voorwaarde de mogelijkheid open laat voor een contractueel<br />

onevenwicht, in die zin dat de ene partij een reële prestatie moet leveren waartegenover geen (reële) prestatie van de<br />

wederpartij staat.<br />

De comparatist denkt hier onvermijdelijk aan de Engelse consideration, die o.m. als volgt gedefinieerd werd: ‘A valuable<br />

consideration, in the sense of the law, may consist either in some right, interest, profit or benefit accruing to the one<br />

party, or some forbearance, detriment, loss or responsibility, given, suffered or undertaken by the other’ (Currie v. Misa,<br />

L.R. 10 Ex. 162) gecit. in SMITH & THOMAS: A casebook in Contract, 11 uitg., London, Sweet & Maxwell, 2004, 200).<br />

(*3) Vgl. J.L. AUBERT, in Rép. Defrénois, 1983, art. 33027, 402: ‘Celui qui entendrait discrétionnairement écarter sa<br />

dette, se priverait aussi du bénéfice de sa créance’; anders: Ph. MALAURIE en L. AYNÈS (Cours de droit civil, VI,Les<br />

obligations, vol. 3, Régime général, Parijs, 2001, 131, nr. 180) die leren dat het wederkerig contract in dit opzicht niet<br />

verschilt van andere rechtshandelingen, wat niet wegneemt dat de andere opgesomde criteria (objectiviteit van de criteria,<br />

realiteit van het te brengen offer) nog steeds een rol spelen.<br />

(*4) M.E. STORME, o.c., 1280-1281, nr. 21; vgl. J. GHESTIN, o.c., inD. 1973, Chron. 295, nr. 14; Ph. MALAURIE en<br />

L. AYNÈS, o.c., VI, 649, nr. 1115; Cass. 27 mei 1991, Soc. Kron. 1992, 28; Antwerpen 26 maart 2001, R.W. 2002-03, 425;<br />

Cass. fr. 7 juni 1983, Bull. civ. 1983, III, nr. 132, met noot J.L. AUBERT in Rép. Defrénois 1984, 805, nr. 48.<br />

Bijzondere overeenkomsten<br />

OBO – Afl. 65 (4 oktober 2005)

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!