het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
HET WERELDLIJK LIED 115<br />
Van de nog resterende oorspronkelijk Nederlandse stem.<br />
men zijn er nog enkele, die onmiskenbaar hun afkomst<br />
<strong>van</strong> een danswijze verraden. Dit kan men opmaken uit<br />
<strong>het</strong> gehele karakter en uit de maatsoort en <strong>het</strong> stereotiep<br />
volgehouden rhythme. Daartoe kan men allereerst rekenen<br />
de Studentendans en „Hoe groot o Heer en hoe<br />
vervaerlick" waarboven met kleine letters is aangegeven<br />
„yoke'', waarmede bedoeld is een langzame vorm <strong>van</strong><br />
de gaillarde.<br />
Verder de melodieen „Ghy die met u braef gelaet" en<br />
„Het was een ryck mans burgers zoon". Over de oorsprong<br />
<strong>van</strong> „Hoort allegaer" tast men nog in <strong>het</strong> duister.<br />
Misschien is de tekst hier met de melodie ontstaan bij<br />
gelegenheid <strong>van</strong> de overwinning der watergeuzen in<br />
Zeeland (1574 ).<br />
De oogst aan Nederlandse liederen is bij Valerius dus<br />
wel bedroevend klein. Doch zo wilde de toenmalige<br />
mode <strong>het</strong> nu eenmaal en dit verwijt kan men even goed<br />
aan Starter maken met zijn „Friesche Lusthof", die niet<br />
minder dan 25 melodieen met de Gedenckklank gemeen<br />
heeft(!) of aan Lenaerts <strong>van</strong> der Goes met zijn „Druyventros<br />
der Amoureusheyt". Toch is <strong>het</strong> aantal Nederlandse<br />
liederen bij Valerius nog altijd grocer. Meer betreurensw<br />
,,ardig is <strong>het</strong>, dat Valerius zoveel ontleend<br />
heeft aan de toenmalige instrumentale dansmuziek:<br />
Balletten, Almanden, Courantes, Gaillardes, Branles enz.<br />
Daardoor vooral zijn de meeste melodieen niet geschikt<br />
voor de stem, of door een te grote om<strong>van</strong>g Of door <strong>het</strong><br />
zuiver instrumentaal karakter.<br />
Het is hier onze taak niet na te gaan hoe <strong>het</strong> verval <strong>van</strong>,<br />
<strong>het</strong> <strong>volkslied</strong> bewerkstelligd werd, zowel door de buitenlandse<br />
overheersing als door de toenemende instrumentale<br />
invloed. Dr J. Pollmann heeft dit bovendien reeds<br />
duidelijk en overtuigend genoeg gedaan. Doch wij wil-