het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
88<br />
BLOEITIJDPERK NEDERLANDSE VOLKSLIED<br />
Eveneens in de zevende strofe: „Die wachter blaest sinen<br />
horen. Ick sie den dach int scijn". De inhoud <strong>van</strong> de<br />
oorspronkelijke lezing is veel dramatischer: twee mededingers<br />
werven om de gunst <strong>van</strong> een meisje. Degene,<br />
die zij werkelijk liefheeft, wordt echter in een tweegevecht<br />
gedood. Zij vindt hem onder een lindeboom en<br />
begraaft hem met zijn zwaard; uit wanhoop begeeft zij<br />
zich dan in een klooster:<br />
Nu wil is mi gaen begeven<br />
In een cleyn cloosterkijn,<br />
Ende draghen swarte wijlen,<br />
Ende worden een nonnekijn.<br />
Met haer claer stemme<br />
Die misse dat si sanck<br />
Met haer snee witten handen<br />
Dat si dat belleken clanck.<br />
Dat dit lied. buitengewoon populair was, kan men of leiden<br />
uit <strong>het</strong> feit, dat men de melodie in bijna elk liedboek<br />
vindt aangehaald, <strong>van</strong>af <strong>het</strong> „Devoot ende profitelyck<br />
boeckxen (1539) tot <strong>het</strong> Haarlems Liedboek, begin 18de<br />
eeuw). Ook de vergeestelijkingen wijzen hierop:<br />
1) Het dag<strong>het</strong> in den Oosten<br />
Die maan schijnt overal<br />
Hoe geerne soude ick weten<br />
Waer mijn Biel varen sal.<br />
2) Het dag<strong>het</strong> in den Oosten<br />
Die Bonne schijnt overal<br />
Wie Heer Jezus wil minnen<br />
Hi en slape niet so lang.