het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
TAAL, METRUM, VERSBOUW, MELODIE, RHYTHM, VORM 57<br />
eeuw reeds op gewezen, dat er <strong>van</strong> een eenvoudig melodietype,<br />
bestaande uit enige stijgende en dalende tonen,<br />
niet minder dan 30 varianten bestaan. De melodie <strong>van</strong><br />
't Oostenrijkse <strong>volkslied</strong> <strong>van</strong> Haydn (later als „Deutschlandlied"<br />
geannexeerd) vindt hij bijv. terug in een psalm<br />
<strong>van</strong> Goudimel en een Gregoriaans gezang!<br />
De bekende Hongaarse componist Bela Barta, die zich<br />
evenzeer als folklorist onderscheiden heeft, zegt ergens<br />
in een artikel over „Volksliedforschung und Nationalismus":<br />
„Nebenbei gesagt habe ich die Vermutung, dass<br />
alle Volksmusik der Erdkugel im Grunde genommen<br />
auf sehr wenig zahlreiche Urformen, Urtypen, Urstilarten<br />
zuriickzufiihren ist, wenn genugendes Material und<br />
genugendes Studium desselben vorliegen wird."<br />
Dat er tussen de verschillende melodieen dikwijls zulk<br />
een opvallende verwantschap bestaat, is reeds voor velen<br />
een bron geweest <strong>van</strong> vergelijkend studieonderzoek. Het<br />
terrein is zo uitgebreid, dat een dergelijke studie jarm<br />
<strong>van</strong> nauwgezette en ijverige arbeid vereist. Wii denken<br />
hier aan de gedetailleerde studies <strong>van</strong> <strong>van</strong> Duyse, E. Closson,<br />
John Meier c.s. en J. Weckerlin.<br />
De verwantschap kan op verschillende manieren tot<br />
stand komen: door een gelijkluidend begin, <strong>het</strong>zelfde<br />
motief of dezelfde toonsoort. Ook <strong>het</strong> rhythme kan overeenstemmen,<br />
doch in de meeste gevallen is <strong>het</strong> totaal<br />
verschillend.<br />
Een overgroot percentage <strong>van</strong> alle melodieen begint met<br />
een stijgende kwint. De stijgende kwart komt eveneens<br />
veel voor, doch de dalende kwart is vrij zeldzaam. Men<br />
vindt deze laatste o.a. bij twee <strong>van</strong> de bekendste en<br />
schoonste liederen <strong>van</strong> ons <strong>volkslied</strong>erenrepertoire: „Mijn<br />
hertken hevet altijt verlanghen" en „Het dag<strong>het</strong> in den<br />
Oosten" (vb. 8, blz. 59). Gelijk men ziet, bepaalt de<br />
verwantschap zich hier tot de eerste zeven tonen.