het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
het bloeitijdperk van het nederlandse volkslied
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
TAAL, METRUM, VERSBOUW, MELODIE, RHYTHME, VORM 79<br />
bij de liederen uit de 14de tot de 17de eeuw. De tweedelige<br />
vorm geniet onbetwist de voorkeur.<br />
In ieder geval is <strong>het</strong> aantal variaties vrijwel onbeperkt<br />
en is <strong>het</strong> beeld, dat <strong>het</strong> Nederlands <strong>volkslied</strong> in dit<br />
opzicht biedt even rijk en afwisselend als op melodisch<br />
en rhythmisch gebied. Hieraan moet nog toegevoegd<br />
worden een groot aantal onregelmatige vormen, die direct<br />
opvallen door de afwijking in <strong>het</strong> aantal maten. De<br />
1iederen, waarbij de volzin uit weer of minder dan 8<br />
maten bestaat, of waarbij de verhouding tussen A en B<br />
zeer ongelijk is, behoren hiertoe.<br />
Nemen wij enige voorbeelden (de cijfers duiden <strong>het</strong><br />
aantal maten aan):<br />
1k zag Caecilia komen:<br />
A (=ab) 8 B (=cde) 12 A (=ab) 8<br />
Schoon jonkvrouw, ick moet LI claghen:<br />
A (=aa) 10 B (=b)6<br />
Heer jezus heeft een hofken:<br />
A (=aa) 13 =bcc)<br />
Ic stont op hoghe berghen:<br />
a = (4) b = (6)<br />
Ick weet een vrouken amoureus:<br />
A (=ab) B (=c) A (=ab)<br />
Herders hij is geboren:<br />
A (=ab) 8 B (=c) 5<br />
Wij klommen op hooge Bergen:<br />
a = 4 b = 6<br />
Hoe kit dit kindeken:<br />
A ( =ab) 12 B =c refrein) 8<br />
Van minnen bin is dus ghewont:<br />
A (=ab) B (=abc)<br />
In den hemel is een dans:<br />
A (=ab) 10 B (=cb) 9