02.05.2013 Views

Soendaneesch-Hollandsch woordenboek - upload.wikimedia....

Soendaneesch-Hollandsch woordenboek - upload.wikimedia....

Soendaneesch-Hollandsch woordenboek - upload.wikimedia....

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

88 BOEDI-DAJA-BOEHOEL.<br />

BOEDI-DAJA, t. bedrieglijk van gemoed<br />

(zie daja IL); - 2. naam van een manggahsoort;<br />

- 3. (Jav.) dat waartoe men al zfln<br />

best doet, b. v. een onderneming; -<br />

4. overgangswoord in témbang's, om op<br />

Kinanti te komen.<br />

BOED1G, leeiyk, slecht (zoowel van gedrag<br />

als van voorkomen).<br />

BOEDIGAL, te verg. met bëdëgong en<br />

sombong, verwaten.<br />

BOEDIMAN (Skr. budhiman), verstandig,<br />

wys.<br />

BOEDJAL k., oedël 1., de navel. (Vgl.<br />

poeseur.)<br />

BOEDJANQ k, nonoman 1., jongeling,<br />

jonkman; ma&ih keneh boedjang, nog jongeling<br />

zyn; ook (maar alléén 't kasar-woord)<br />

algem. benaming voor vaste bedienden,<br />

vrouwelijke zoowel als manneiyke (vgl.<br />

badega); baroedjang, jongelingen; djalma<br />

boedjang, jongeling; boeboedjangan, als<br />

jongmensch of vrijgezel leven, ongetrouwd<br />

zyn; boeboedjang, by iemand boedjah g worden<br />

of zijn, iemand dienen; ngaboedjang,<br />

iemand als boedjang dienen, als bediende<br />

in huis opgenomen zyn.<br />

BOEDJANGGA, I. geleerde, wyze, wijsgeer,<br />

letterkundige, tëmbang-schry ver,<br />

auteur; ahli boedjangga, idem; boedjanggana,<br />

zya (haar) wisheid; ngaboedjangga,<br />

iets schry ven of beschrijven, als auteur optreden<br />

of werkzaam zyn; ngaboedjanggadn,<br />

idem.<br />

II. Een andere naam voor oraj santja.<br />

BOEDJANGGOET, naam van een plantje,<br />

in het wild groeiende.<br />

BOEDJËL, kort en dik. B. (Vgl. boegël.)<br />

BOEDJÊNG, 1. van boeroe, van djoegdjoeg<br />

en van boro; ngaboedjëng, naar toe gaan,<br />

op af gaan, jagen op ; diboedjëng; kaboedjëng,<br />

\. van kaboeroe, achterhaald, ingehaald;<br />

boeboedjëng, 1. van botboeroe en van bëbëdil,<br />

jagen; angkat boeboedjëng, op de jacht gaan.<br />

BOEDJIL, naam van een jaksa of reus.<br />

BOEDJOEK, = 't meer gebr. woedjoek.<br />

BOEDJOENA, voll. tjaoe boedjoena, de<br />

kleinste aan het onderste eind van een<br />

tros zittende pisangs, die niet tot volle<br />

ontwikkeling zyn gekomen. B. (Vgl. boetiti.)<br />

BOEDJOER k , nonowe L, de aars (zie ook<br />

kapal); ngadjima' boedjotr of mantat boe-<br />

djoer, sodomie plegen; ook: sodomie. (Vgl.<br />

doeboer.)<br />

BOEDOEG, een verspreide uitslag die<br />

(meestal) uit vuil ontstaat,<br />

boeboedoegan, om het kortste<br />

schurft.<br />

strootje<br />

trekken (ten einde uit te maken wie iets<br />

hebben zal of aan wie de beurt zal zyn).<br />

BOEDRA-BIDROE, of ngaboedra-bidroe, ss<br />

ngaririweuh, het iemand moeiiyk maken,<br />

iemand last veroorzaken.<br />

BOEG, werkw. tusschenw. voor: omvallen,<br />

omróllen.<br />

BOEGAG, op de flesch, geruïneerd. P.<br />

BOEGANG, ïyk, kreng; këmbang boegang f<br />

naam van een plant welks bloem zeer<br />

onaangenaam riekt [op een snel opschietenden,<br />

groenen, zwartgevlekten<br />

stengel van y% M. hoog, ontwikkelt zich<br />

op den top een sneeuwwitte, kelkvormige,<br />

rechtopstaande bloem, die tegen zonsondergang<br />

opengaat]; nangka boegangt naam van een nawflrfra-soort; tjikal boegang,<br />

waarsch. hetzelfde als tjikal pati, ziepati II.;<br />

ngadjampana-boegang, zyn als een djampana<br />

boegang, de oude naam voofpasaran y<br />

iy kbaar, met welke ui tdr. men wil zinspelen<br />

op panasaran, zich onvoldaan of onbevredigd<br />

voelen; ngabotboegang, daar liggen<br />

als een ïyk of kreng.<br />

BOEGBAG, ngbr.; ngaboegbag (Z.-B.), een<br />

bosch ter ontginning openkappen, ontwouden.<br />

(Vgl. boekbak.)<br />

BOEG BÉG, z. v. a. paddoe, tegen elkander<br />

stooten, bonzen of botsen.<br />

BOEGBROEG, ngbr ; ngaboegbroeg, zich<br />

ophoopen, een hoop vormen; ook oveidr.,<br />

b.v. van iemands zonden; ngaboegbroegan,<br />

= ngoeroegan, op iets ('t een of ander)<br />

opstapelen, overhoopen met (b. v met<br />

roentah), bedelven; ook: barricadeeren;<br />

diboegbroegan; kaboegbroegan, bedolven, beladen;<br />

ngaboegbroegkeun, op elkander<br />

stapelen of hoopen, tot één hoop maken<br />

diboegbroegkeun.<br />

BOEGÉL, I. = boedjël, kort en dik. B.<br />

II. (Jav.), stuk brandhout dat niet brandt,<br />

of uitgedoofd is.<br />

BOEGIGIG ngbr.; ngaboegigig, zonder<br />

kleeding of gehavend nederliggen, daar<br />

neerliggen (z. a. een gewonde tyger, een<br />

doode buffel, enz.).<br />

BOEGI8, voll. oerang Boegitt, Boeginees<br />

koeweh Boegis, een soort klein gebak<br />

BOËH, wit katoen of linnen, lynwaad<br />

(vgl. lawon)-, ngawadah-boëh, een sprkw.,<br />

verkl. met pipiloeëun ngomong, zich in<br />

een gesprek mengen.<br />

BOEHAHANG, groot, diep (b. v. een scheur<br />

of wond. (Vgl. boengangatig.)<br />

BOEHAJA, krokodil; tjaoe boehaja, naam<br />

van een pisangsoort.<br />

BOEH BEN, zie beh.<br />

BOEHOEL, ngbr.; kaboehoelan, lijd. voim,<br />

gezegd van iemand dien 't eten in de<br />

keel blijft zitten; in de keel hebber zitten,<br />

een stuk in de keel hebben. (Vgl. kabeureujan.)

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!