02.05.2013 Views

Soendaneesch-Hollandsch woordenboek - upload.wikimedia....

Soendaneesch-Hollandsch woordenboek - upload.wikimedia....

Soendaneesch-Hollandsch woordenboek - upload.wikimedia....

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

550 SANTANA—SAOER.<br />

8ANTANA (Skr., familie, geslacht), algemeene<br />

titel van den kleinen (halven) adel,<br />

nl. afstammelingen van raden's uithuwelijken<br />

met minderen gesproten [voorname-<br />

lijk onderscheiden in asep, mas en ocdjang] ;<br />

soemaniana, zich als een santana voordoen.<br />

(Vgl. menak en tjatjah.)<br />

8ANTAP, alleen in kasantap (Z.-B.), betooverd.<br />

(Vgl. santëp.)<br />

SANTËK, dicht by het bepaalde tijdstip;<br />

in Kad. ook z. v. a. pajak, (van een kranke)<br />

bedenkelijk, hopeloos.<br />

SANTEN, I. geurig, smakelijk, = sari<br />

(waarvan het, naar den vorm, 1. zou moeten<br />

zyn); ook 1. van balt, de nageboorte; mesëm<br />

santen, of imoet santen, = mesëm mams,<br />

vriendelijk glimlachen; hideung santen, of<br />

eenv. santen, lichtbruin van kleur en er<br />

lief uitzien; koneng santen, naam van een<br />

fconetv-plant die gebezigd wordt om<br />

(fijnge8tooten en dan als pleister) op het<br />

naveltje van pasgeboren kinderen te leggen<br />

(vgl. tëmën); tjisantën, een andere naam<br />

oor tji-pati, kokosmelk. (Zie ook bjj lëlëb.)<br />

II. = koengsi, zie ald. P.<br />

SANTËP, alleen in kasantëp, 1. van kdbeuki,<br />

dat wat men gaarne lust, lievelingssp^s.<br />

SANTJA, voll. oraj santja, naam van een<br />

groote slang, reuzenslang, de python [kan<br />

wel 5 M. en langer worden]; hoeroe santja,<br />

naam van een hoeroe-boom die goed hout<br />

oplevert. (Zie ook saroeni I.)<br />

SANTJANG, voll. mejong santjang, naam<br />

van een langen dunnen tjjger, panter.<br />

SANTOEN (Jav.), = sasih, 1. van botlan,<br />

de maan, maand.<br />

8ANTOK, ngbr.; njantok, happen, bflten,<br />

happen oi bijten in (van een visch, een<br />

slang, enz.), ophappen, afhappen; ook:<br />

tegen aan komen, tegen stooten (b. v. een<br />

schip tegen den wal); disantok.<br />

8ANTOLA, = 't meer gebr. sambilan. (Zie<br />

sambil II.)<br />

SANTONQ, ngbr.; njantong, gereedliggen<br />

(b. v. een schip), gereedstaan (b. v. spijzen),<br />

op de loer liggen, gereedliggen om een<br />

ê aanval of sprong te doen (b.v. een slang);<br />

ook: aangapen (P.); njantongkeun, iets<br />

voor de hand leggen, iets zóó leggen dat<br />

het in 't oog valt;<br />

SANTOSA (Skr.,<br />

disangtongkeun.<br />

genoegzaamheid), het<br />

tegenoverg. van apës, stevig, hecht, sterk,<br />

in goeden staat verkeeren, welvarend (b.v.<br />

een stad of dorp), standvastig, onverzettelijk,<br />

onwrikbaar; njantosadn, sterker maken,<br />

versterken, den welstand bevorderen,<br />

sterken, stichten; disantosadn; njantosaheun,<br />

hecht of sterk maken, in goeden<br />

staat brengen, welvarend maken; ook<br />

= ngoetamakeun, goed zorgen voor ; njantosakeun<br />

maneh, zich versterken; disan<br />

tosakeun-, kasantosadn, hechtheid, sterkte,<br />

kracht, goede staat, welstand, standvastigheid.<br />

SANTRI, leerling van een Mohammed.<br />

seminarie, seminarist, student; ook wel in<br />

't algemeen: scholier; njantri, student-»<br />

scholier of leerling worden of zyn ; pasantren,<br />

Mohammed, seminarie [zynde een<br />

particuliere inrichting, onafhankelijk dus<br />

van de geestelijkheid en van het gezag;<br />

leeraar (goeroe) is doorgaans slechts één<br />

persoon, en de vakken van onderwas zjjn<br />

hoofdzakelijk de Koran en de instellingen<br />

van den Islam; vgl. langgar]; masantren,<br />

leerling worden of zijn op een pasantren ;<br />

masantrenkeun, iemand op een pasantren<br />

doen tot het nemen van onderwas; dipasantrenkeun.<br />

SANTRONG, ngbr. ; njantrong, iets dicht<br />

bfl iemand plaatsen. P.<br />

SAOED (Jav.), alleen in disaoed en kasaoed,<br />

= kabawa, weggevoerd, medegevoerd;<br />

kasaoed koe mega, medegevoerd door eeft<br />

wolk.<br />

SAOEH, anker (vgl. djangkar); saoeheun,<br />

1. naam van een grassoort; 2. gebruikt van<br />

iemand die veel lisa of neten op het hoofd<br />

heeft, in welk geval men daarvan zegt:<br />

ngan djoekoet-saoeheunl bae.<br />

SAOEK, een voorwerp (soort zak) van fijngespleten<br />

bamboe, waarin men de soeoek<br />

doet wanneer die in de kampadn zal geperst<br />

worden.<br />

SAOEM (Ar., tsaoem), 1. van poewasa, vasten.<br />

(Vgl. syam.)<br />

SAOENQ, hut, prieel, looverhut, loods;<br />

ook: kap, overdek (van een wagen of kar);<br />

sasaoengan, 1. hutje op palen* looverdak of<br />

iets derg. op een paal of palen ; - 2. het-<br />

zelfde als poepoehoenan, zie poehoen; - 3. hetzelfde<br />

als sakëdoep, zie ald.; - pisaoengan,<br />

verkl. met noe babakoe kana paranti saoeng,<br />

de vaste plaats voor een saoeng \njaoengan,<br />

over iets een loods, hut of kap maken;<br />

disaoengan.<br />

SAOER, 1. 1. (maar minder hoog dan lahir<br />

en daardoor ook vaak als s. gebezigd),<br />

omong k., een zeggen, een woord, dat wat<br />

men uitspreekt (vgl. soer); ook 1. van tjèloekan,<br />

g. w.: roep! gëndoe-saoer, beraadslagen,<br />

raadplegen, overlegging (vgl. rasa);<br />

saoerna, hy (zij) zeide, zyn woord is (was),<br />

zeggende; oelah sasaoer- saoerna, men moet<br />

niet zoo alles zeggen wat maar voor den<br />

mond komt; njaoer, 1.1. of 8.va.nngomong,<br />

zeggen, spreken; - 2. 1. van njëloekan en ngala,<br />

roepen, laten roepen, ontbieden; ook: voor

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!